Personenbelasting - deel 2 van de aangifte Flashcards

1
Q

(hfst 1: bezoldiging bedrijfsleider)

Wat is het toepassingsgebied?

A
  • bedrijfsleiders eerste categorie: mandatarissen (bestuurders en vereffenaars)
  • bedrijfsleiders tweede categorie: zelfstandige directeurs en interne consultants
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

(hfst 1: bezoldiging bedrijfsleider)

Wat is het belastbaar tijdstip?

A

Het jaar van de betaling of de toekenning.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

(hfst 1: bezoldiging bedrijfsleider: belastbare inkomsten)

Wat is het attractiebeginsel?

A

= alle beloningen door de vennootschap toegekend door de bedrijfsleider (bedrijfsleiderbezoldigingen)

uitzonderingen:

  • onbezoldigd een opdracht uitoefenen in een VZW of andere RP onderworpen aan RPB
  • bezoldigde opdracht in combinatie met onbezoldigde opdracht als bedrijfsleider
  • erelonen voor occasionele opdrachten als zelfstandige beoefenaar van een vrij beroep, die verschillen van de activiteit van de onderneming waar men bedrijfsleider is
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

(hfst 1: bezoldiging bedrijfsleider: belastbare inkomsten)

Wat zijn belastbare bezoldigingen?

A

Bezoldigingen

  • eigenlijke bezoldigingen
  • VAA

Huurherkwalificatie

  • voor bedrijfsleiders 1ste categorie
  • bezoldiging = ontvangen huur - (KI x 5/3 x 4,60
  • beperking indien verhuur voor gedeelte van het jaar of indien de eigenaar voor een gedeelte van het jaar bedrijfsleider is
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

(hfst 1: bezoldiging bedrijfsleider: beroepskosten)

Wat zijn de beroepskosten?

A
  • niet ingehouden persoonlijke sociale bijdragen

- andere beroepskosten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

(hfst 1: bezoldiging bedrijfsleider: beroepskosten)

Wat zijn de niet ingehouden sociale bijdragen?

A

Sociale bijdragen als zelfstandige –> de zelfstandige moet zelf bijdragen betalen aan een sociaal verzekeringsfonds met inbegrip van premies voor het vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

(hfst 1: bezoldiging bedrijfsleider: beroepskosten)

Wat zijn de ander e beroepskosten?

A

Werkelijke beroepskosten:

  • intresten van schulden voor de verwerving van aandelen
  • tenlasteneming van de vennootschapsverliezen
  • kostenforfait: 3% bruto bezoldiging met max. 2.580
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

(hfst 1: bezoldiging bedrijfsleider: inhoudingen)

Wat wordt ingehouden?

A
  • bedrijfsvoorheffing
  • inhoudingen voor aanvullend pensioen
  • bijzondere bijdrage sociale zekerheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

(hfst 2: winsten)

Wat is het toepassingsgebied?

A
  • NP
  • beroepswerkzaamheid is de exploitatie van een handels-, nijverheids- of landbouwonderneming = gewoonlijk en hoofzakelijk daden van koophandel stellen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

(hfst 2: winsten)

Wat is het belastbaar tijdstip?

A
  • de datum van afsluiting van het boekjaar

- belastbaarheid van zodra de vordering een zeker en vaststaand karakter heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

(hfst 2: winsten: belastbare inkomsten)

Wat is de eigenlijke exploitatiewinst?

A

De eigenlijke exploitatiewinst is de bedrijfseconomische brutowinst

Formule: omzet - (beginvoorraad + aankopen - eindvoorraad)

Andere winstbestanddelen:
- loon van de handelaar (aan zichzelf toegekend = VU
- VAA
ten laste van de onderneming: voordelen die onder de beroepskosten zijn opgenomen zijn belastbaar
genoten van derden zijn belastbaar voor de werkelijke waarde
- terugbetaling van sociale bijdragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

(hfst 2: winsten: belastbare inkomsten)

Wat zijn voorheen vrijgestelde winsten die belastbaar worden?

A
  • door corona kan het verwachte verlies overgedragen worden naar het vorig boekjaar = carry-back. Het gevraagd bedrag voor aanslagjaar 2020 van de vrijstelling voor toekomstige beroepsverliezen is een voorheen vrijgestelde winst die belastbaar wordt.
  • indien niet meer aan vrijstellingsvoorwaarden wordt voldaan is er sprake van een voorheen vrijgestelde winst die nu wordt belast.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

(hfst 2: winsten: belastbare inkomsten)

Wat zijn financiële opbrengsten?

A

= roerende goederen en kapitalen worden gebruikt voor de uitoefening van de beroepswerkzaamheid

  • deze opbrengsten blijven onderworpen aan de RV –> die is wel verrekenbaar en terugbetaalbaar.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

(hfst 2: winsten: belastbare inkomsten)

Wat zijn meerwaarden?

A

= gerealiseerde of verwezenlijkte meerwaarden op activa die voor de uitoefening van de beroepswerkzaamheid worden gebruikt

  • belastbare meerwaarde = positief verschil verkoopwaarde/ontvanngen vergoeding - kosten van vervreemding en aanschaffingswaarde - afschrijvingen / waardeverminderingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

(hfst 2: winsten: belastbare inkomsten)

Hoe is de gerealiseerde meerwaarde belastbaar?

A

Materiele vaste activa:

  • minder dan 5 jaar in de onderneming: progressief tarief
  • 5 jaar of meer dan 5 jaar in de onderneming: 16,5%

Immateriële vaste activa en vlottende activa: progressief tarief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

(hfst 2: winsten: belastbare inkomsten)

Wat zijn vrijgestelde meerwaarden?

A
  • Meerwaarden op MVA & IVA: gespreide taxatie aan het progressief tarief (voldoen aan de herbeleggingsvoorwaarde)
  • bedrijfsvoertuigen: vrijstelling (wederbelegging in ecologische voertuigen)
  • meerwaarden op personenwagens zijn slechts belastbaar voor het aftrekbaar gedeelte (niet aftrekbaar gedeelte wordt vrijgesteld)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

(hfst 2: winsten: belastbare inkomsten)

Hoe staan de meerwaarden op de aangifte?

A
  • code 1603/2603: meerwaarden afzonderlijk belastbaar aan 16,5%
  • code 1604/2604: meerwaarden belastbaar aan het progressief tarief
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

(hfst 2: winsten: belastbare inkomsten)

Wat is winst die overeenstemt met voorheen afgetrokken kosten van vervreemding?

A

= kosten die in een vorig belastbaar tijdperk werden afgetrokken en die nogmaals afgetrokken worden van de meerwaarde als kosten van vervreemding

  • worden toegevoegd aan de balstbare basis
  • wordt niet ingevuld als men kiest voor het wettelijk kostenforfait
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

(hfst 2: winsten: sociale bijdragen)

Wat zijn de sociale bijdragen?

A

Zelfstandigen moeten zelf bijdragen betalen aan een sociaal verzekeringsfonds met inbegrip van de premies voor het vrij aanvullend pensioen voor zelfstandigen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

(hfst 2: winsten: andere beroepskosten)

Wat is het wettelijk kostenforfait?

A

= 30% op de brutowinst verminderd met de sociale bijdragen

max. €4.880 (voor het aanslagjaar 2021)

21
Q

(hfst 2: winsten: andere beroepskosten)

Wat is de aftrek werkelijke beroepskosten?

A
  • kosten van vervreemding van activa
  • bezoldiging meewerkende echtgenoot / wettelijk samenwonende partner
  • andere beroepskosten
22
Q

(hfst 2: winsten: andere beroepskosten)

Wat wordt er gedaan met kosten van vervreemding van activa?

A

De netto-meerwaarde wordt belast (de aftrek van kosten van vervreemding wordt dus in mindering gebracht van de meerwaarde

  • de kosten van vervreemding in het jaar van verwezenlijking zijn geen aftrekbare beroepskost –> worden afzonderlijk ingevuld in 1620/2620 en worden niet afgetrokken van de brutowinst
23
Q

(hfst 2: winsten: andere beroepskosten)

Wat is het maxi-statuut?

A

De meewerkende echtgenoot heeft geen andere beroepsactiviteit met opbouw van sociale rechten.
De meewerkende echtgenoot moet dan zelf aansluiten bij een sociaal verzekeringsfonds als meewerkende echtgenoot

Voorwaarden

  • echtgenoot moet werkelijk helpen
  • toekenning moet overeenstemmen met een normale bezoldiging
  • niet hoger dan 30% van het gezamenlijk belast netto-inkomen (na aftek van beroepskosten en toepassing van de economische vrijstellingen

Fiscale gevolgen van de toekenning:

  • bij de geholpen echtgenoot: toekenning is aftrekbaar als beroepskost
  • bij de meewerkende echtgenoot: aangifte in vak XX
24
Q

(hfst 2: winsten: andere beroepskosten)

Wat gebeurt er met de andere beroepskosten?

A

Alle andere beroepskosten moeten worden ingevuld bij code 1606/2606.

25
Q

(hfst 2: winsten: andere beroepskosten)

Wat gebeurt er met de autokosten van een zelfstandige?

A
  • woon-werkverkeer is aftrekbaar aan €0,15/km
  • beroepsverplaatsingen:
    vanaf aanslagjaar 2021: gramformule
    wagen aangekocht 1/1/2018: minimum aftrekbare percentage 75%
  • privé-verplaatsingen: niet aftrekbaar
26
Q

(hfst 2: winsten: economische vrijstellingen)

Wat zijn de economische vrijstellingen?

A
  • vrijstelling voor bijkomend personeel voor uitvoer en integrale kwaliteitszorg (code 1612/2612)
  • vrijstelling voor bijkomend personeel (code 1613/2613)
  • vrijstelling voor stagiairs (code 1622/2622)
  • vrijstelling voor sociaal passief ingevolge het eenheidsstatuut (code 1633/2633)
  • investeringsaftrek (code 1614/2614)
27
Q

(hfst 2: winsten: economische vrijstellingen)

Wat is de investeringsaftrek?

A

= investeringen in MVA en IVA in nieuwe staat worden vrijgesteld

Uitgesloten activa: dezelfde als vennootschapsbelasting

28
Q

(hfst 2: winsten: economische vrijstellingen)

Welke soorten investeringsaftrek zijn er? (3 soorten)

A
  • eenmalige investeringsaftrek
  • gespreide investeringsaftrek
  • verhoogde investeringsaftrek
29
Q

(hfst 2: winsten: economische vrijstellingen)

Wat is de eenmalige investeringsaftrek?

A

8% op da aanschaffingswaarde

Door COVID-19 voor de periode van 12/3/2020 - 31/12/2022 verhoogd naar 25%.

30
Q

(hfst 2: winsten: economische vrijstellingen)

Wat is de gespreide investeringsaftrek?

A

10,5% op jaarlijks afschrijvingsbedrag

Voorwaarde: de eerste dag van het belastbaar tijdperk minder dan 20 werknemers tewerkstellen.

31
Q

(hfst 2: winsten: economische vrijstellingen)

Wat is de verhoogde investeringsaftrek?

A

Dit is dezelfde als in de vennootschapsbelasting voor kleine ondernemingen.

32
Q

(hfst 2: winsten: economische vrijstellingen)

Is de investeringsaftrek overdraagbaar?

A

Ja, de investeringsaftrek is onbeperkt overdraagbaar.

33
Q

(hfst 2: winsten: toekenning aan de meewerkende echtgenoot / wettelijk samenwonende partner)

Wat is het mini-statuut?

A

De meewerkende echtgenoot geniet al voorwaardig van een sociaal statuut ingevolge van een eigen beroepsactiviteit.

34
Q

(hfst 2: winsten: toekenning aan de meewerkende echtgenoot / wettelijk samenwonende partner)

Wat zijn de voorwaarden van het mini-statuut?

A
  • aanslag op naam van beide echtgenoten
  • werkelijk helpen
  • geen netto beroepsinkomen groter dan €14.400
  • toekenning moet overeenstemmen met een normale bezoldiging
  • niet hoger dan 30% van de gezamenlijk belastbare nettowinst (na aftrek van beroepskosten en toepassing van de economische vrijstelling)
35
Q

(hfst 2: winsten: toekenning aan de meewerkende echtgenoot / wettelijk samenwonende partner)

Wat zijn de fiscale gevolgen van het mini-statuut?

A

Bij de geholpen echtgenoot: meewerkinkomen –> sociale bijdrage meewerkende echtgenoot is aftrekbaar bij de geholpen echtgenoot

Bij de meewerkende echtgenoot: niets invullen

36
Q

(hfst 3: baten)

Wat is het toepassingsgebied?

A
  • zelfstandige beoefenaars van een vrij beroep
  • personen die ambten of posten bekleden
  • personen die inkomsten verkrijgen uit winstgevende bezigheden
37
Q

(hfst 3: baten)

Wat is het belastbaar tijdstip?

A

In principe: belastbaarheid op tijdstip waarin de baten werkelijk worden geind

Uitzonderingen

  • geneesheren waarbij de inning gebeurt door een ziekenhuis: op ogenblik dat ziekenhuis ereloon heeft ontvangen van de patient
  • advocaten: voorschotten in jaar van aanwending
38
Q

(hfst 3: baten: belastbare inkomsten)

Wat zijn ontvangsten uit de uitoefening van het beroep?

A
  • alle ontvangsten
  • voordelen van alle aard die de belastingplichtige ontvangt
  • inkomsten uit RG en OG gebruikt voor de beroepswerkzaamheid

Er geldt hier wel een verplichting om ontvangstbewijzen uit te reiken

39
Q

(hfst 3: baten: belastbare inkomsten)

Wat is voorheen vrijgestelde winst die belastbaar wordt?

A

Winst die eerst vrijgesteld is en dan belastbaar werd zoals gezien in hfst 2: winsten.

40
Q

(hfst 3: baten: belastbare inkomsten)

Wat zijn de achterstallige erelonen?

A

Het gedeelte van het ereloon dat 12 maanden prestaties overtreft met betrekking tot prestaties uitgeoefend voor de overheid, en waarbij de betaling laattijdig is.

Tarief: afzonderlijk belastbaar tegen de gemiddelde aanslagvoet (tenzij globalisatie voordeliger)

41
Q

(hfst 3: baten: belastbare inkomsten)

Welke kosten behoren toe de belastbare inkomsten van de baten?

A
  • ontvangsten uit de uitoefening van het beroep
  • voorheen vrijgestelde winsten die belastbaar worden
  • achterstallige erelonen
  • meerwaarden
  • voorheen afgetrokken kosten van vervreemding
42
Q

(hfst 3: baten: beroepskosten)

Wat zijn de sociale bijdragen bij de baten.

A

Verplichte bijdragen inzake sociaal statuut zelfstandigen en de premies VAPZ

43
Q

(hfst 3: baten: beroepskosten)

Hoe worden de andere beroepskosten berekend?

A

Door ofwel de werkelijke beroepskosten ofwel door het wettelijk kostenforfait.

44
Q

(hfst 3: baten: beroepskosten)

Hoe gebeuren de werkelijke beroepskosten?

A

zoals bij de winsten

  • kosten van vervreemding van activa
  • bezoldiging meewerkende echtgenoot / wettelijk samenwonende partner
  • andere kosten
45
Q

(hfst 3: baten: beroepskosten)

Hoe zit het wettelijk kostenforfait in elkaar?

A

Via een tabel (art. 51 WIB92)

46
Q

(hfst 4: bezoldiging meewerkende echtgenoot)

Wat moet een meewerkende echtgenoot doen?

A

De meewerkende echtgenoot of de wettelijk samenwonende partner zonder eigen sociaal statuut moet zich verplicht aansluiten bij het maxi-statuut indien hij geen sociale bescherming heeft via eigen beroepswerkzaamheid.

De bezoldiging wordt dan aangegeven in vak XX. (voor het maxi-statuut)

47
Q

(hfst 4: bezoldiging meewerkende echtgenoot)

Wat zijn de voorwaarden voor een bezoldiging voor de meewerkende echtgenoot?

A
  • de geholpen belastingplichtige moet winsten of baten genieten
  • meewerkende echtgenoot moet werkelijk helpen
  • niet hoger dan 30% van het gezamenlijk belast netto-inkomen (na aftrek van beroepskosten en toepassing van de economische vrijstellingen
48
Q

(hfst 4: bezoldiging meewerkende echtgenoot)

Wat zijn de fiscale gevolgen van toekenning bezoldiging meewerkinkomen?

A

Bij de geholpen echtgenoot: het is een aftrekbare beroepskost

Bij de meewerkende echtgenoot:

  • toegekende bezoldigingen (code 1450/2450)
  • aftrek eigen sociale bijdragen (code 1451/2451)
  • aftrek eigen beroepskosten (code 1452/2452)

Als er gekozen wordt voor het wettelijk kostenforfait moet de code 1452/2452 niet worden ingevuld –> 5% op de bezoldiging verminderd met de sociale bijdragen met een maximum van €4.290