Belasting over de toegevoegde waarde (BTW) Flashcards

1
Q

(hfst 1: inleiding)

Wat is de belasting over toegevoegde waarde?

A

= een belasting dat betaald moet worden op elk stukje waarde dat een onderneming toevoegt in de economische keten

Wordt uiteindelijk betaald door de finale consument.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

(hfst 1: inleiding)

Wat is de verschuldigde btw?

A

De btw op verkopen die de onderneming ontvangt van klanten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

(hfst 1: inleiding)

Wat is de aftrekbare btw?

A

De btw op aankopen die de onderneming betaalt aan leveranciers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

(hfst 1: inleiding)

Wat gebeurt er met het verschil tussen de verschuldigde btw en de aftrekbare btw?

A

Resultaat is positief: verschil is het te betalen btw aan de btw-administratie.

Resultaat is negatief: verschil is het terug te vorderen btw van de btw-administratie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

(hfst 1: inleiding)

Hoe zit de invoering van de btw in elkaar?

A

BTW is op basis van btw-richtlijnen opgericht en is een Europese belasting die ingevoerd is in België op 1 januari 1971.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

(hfst 1: inleiding)

Wat zijn de kenmerken van de BTW?

A
  • het is een verbruiksbelasting
  • het wordt geheven door een btw-belastingplichtige
  • het wordt voldaan door middel van gefractioneerde betalingen
  • het wordt uiteindelijk gedragen door de eindverbruiker
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

(hfst 1: inleiding)

Wat is het territoriaal toepassingsgebied van de btw?

A
  • het binnenland: het grondgebied van de 27 lidstaten van de EU
    + Monaco
  • Canarische Eilanden, Ceuta, Melilla
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

(hfst 1: inleiding)

Wat is het te volgen stappenplan om te zien wie er BTW verschuldigd is in België?

A
  1. Is de handeling gesteld door een btw-belastingplichtige?
    Ja –> Stap 2
  2. Is de handeling een belastbare handeling?
    Ja –> Stap 3
  3. Vindt de belastbare handeling in België plaats?
    Ja –> Stap 4
  4. Is een vrijstelling van btw van toepassing?
    Nee –> Stap 5
  5. Wie is de schuldenaar van de btw?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Wie zijn belastingplichtigen?

A

Eenieder die in de uitoefening van een economische activiteit geregeld en zelfstandig met of zonder winstoogmerk hoofdzakelijk of aanvullend leveringen van goederen en diensten verricht die in het Wetboek omschreven zijn ongeacht op welke plaats de economische activiteit wordt uitgeoefend.

En de in Belgie gevestigde personen die juridisch gezien wel zelfstandig zijn doch financieel, economische en organisatorisch nauw met elkaar verbonden zijn voor de toepassing inzake btw als 1 belastingplichtige dienen aangemerkt te worden (zijn een btw-eenheid)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Welke soorten belastingplichtigen zijn er?

A
  • gewone of volledige btw-belastingplichtige
  • incidentele of toevallige btw-belastingplichtige
  • gemengde btw-belastingplichtige
  • gedeeltelijke btw-belastingplichtige
  • niet-belastingplichtige RP
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Wat zijn gewone of volledige btw-belastingplichtigen?

A

De volledige economische activiteit bestaat uit handelingen onderworpen aan de btw.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Wat zijn incidentele of toevallige btw-belastingplichtigen?

A

Handelingen met betrekking tot nieuwe gebouwen en nieuwe vervoermiddelen die niet tot hun reguliere activiteit behoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Wat zijn gemengde btw-belastingplichtigen?

A

Activiteiten die bestaan zowel uit handelingen onderworpen aan btw als handelingen vrijgesteld van btw.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Wat zijn gedeeltelijke btw-belastingplichtigen?

A

Activiteiten die bestaan uit zowel handelingen onderworpen aan btw als handelingen die buiten het toepassingsgebied van de btw vallen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Wat zijn niet-belastingplichtige rechtspersonen?

A

Belgische Staat, gemeenschappen en gewesten, provincies, gemeenten en openbare instellingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Welke bijzondere regelingen bestaan er inzake de belastingplicht?

A
  • vrijstellingsregeling voor kleine ondernemingen (drempel €25.000 omzet exclusief btw)
  • forfaitaire landbouwondernemingen (teruggave van 2% of 6%)
  • forfaitaire btw-belastingplichtigen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Wie zijn tussenpersonen inzake btw?

A

Lasthebber: is belast met het verrichten van een rechtshandeling en handelt in naam en voor rekening van een opdrachtgever
- gefactureerd aan 21% btw

Makelaar: brengt in principe alleen de partijen samen met het oog op het afsluiten van een contract
- gefactureerd aan 21% btw

Commissionair: persoon die op eigen naam of onder firma voor rekening van een lastgever werkt of de tussenpersoon bij verkoop en inkoop.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

(hfst 2: btw-belastingplichtigen)

Wat zijn de verplichtingen van btw-belastingplichtigen?

A
  • Aangifte indienen van economische activiteit
  • Facturen opmaken en btw-ontvangstbewijzen of handelingen inschrijven in het dagboek van ontvangsten
  • Bewijskrachtige boekhouding houden ten opzichte van de btw-administratie
  • Periodieke btw-aangiftes indienen
  • Saldo aan btw ten gunste van de administratie voor de 20ste van de maand betalen
  • Jaarlijks een lijst van belastingplichtige klanten neerleggen
  • Overzicht van intracommunautaire handelingen indienen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

(hfst 3: belastbare handelingen)

Welke handelingen zijn belastbaar?

A
  • leveringen van goederen onder bezwarende titel door een btw-belastingplichtige
  • verrichten van diensten onder bezwarende titel door een btw-belastingplichtige
  • invoer van goederen
  • intracommunautaire verwervingen van goederen onder bezwarende titel onder bepaalde voorwaarden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Wat zijn de voorwaarden om te spreken over een levering die onderworpen is aan btw?

A
  • het gaat om een levering van een goed, of een gelijkgestelde handeling
  • onder bezwarende titel, of met een levering onder bezwarende titel gelijkgesteld
  • in België
  • gesteld door een btw-belastingplichtige binnen de uitoefening van zijn economische activiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Wat wordt bedoeld onder goederen?

A
  • lichamelijke goederen
  • elektriciteit, gas, warmte en koude
  • andere zakelijke rechten dan het eigendomsrecht met uitzondering van het recht van erfpacht in het kader van een onroerend leasing
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Wat wordt bedoeld onder levering?

A

De terbeschikkingstelling van een goed aan de verkrijger of de overnemer
(ze verkrijgen de macht om als eigenaar over een goed te kunnen beschikken)

Een contract tot overdracht of aanwijzing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Wat zijn met een levering gelijkgestelde handelingen?

A

= eigendomsoverdracht van een goed ingevolge een vordering door de overheid of een wet, decreet, ordonnantie, besluit of administratieve verordening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Wat is een met een levering onder bezwarende titel gelijkgesteld handeling?

A
  • de verbruiklening
  • onttrekkingen en ingebruiknemingen
  • overbrengingen: een goed van het bedrijf van een btw-belastingplichtige naar een ander lidstaat overbrengen voor bedrijfsdoeleinden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Wat zijn overdrachten die geen leveringen zijn?

A

Overdrachten van de algemeenheid van goederen of van een bedrijfsafdeling indien de overnemer btw-belastingplichtig is en de verschuldigde btw had kunnen aftrekken

De overnemer wordt geacht de persoon van de overdrager voort te zetten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Wat is de plaats van de levering

A

De plaats waar het goed materieel ter beschikking van de verkrijger of overnemer wordt gesteld.

Uitzonderingen

  • Goed wordt verzonden: plaats waar de verzending of het vervoer naar de verkrijger aanvangt
  • Goed wordt door of voor rekening van de leverancier geïnstalleerd of gemonteerd: plaats waar de installatie of montage wordt verricht
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Wat is het tijdstip van de levering?

A

Op tijdstip waarop het goed ter beschikking van de verkrijger of overnemer wordt gesteld

Uitzonderingen

  • vervoer door of voor rekening van de leverancier: ogenblik van de aankomst van de goederen
  • installatie van de goederen door of voor rekening van de leverancier: tijdstip waarop de werkzaamheden zijn voltooid
  • doorlopende leveringen: tijdstip waarop een periode afsluit, waarop een afrekening of betaling betrekking heeft
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Wat zijn vrijgestelde leveringen

A
  • uitvoer: levering vanuit België naar een derde land
  • intracommunautaire levering: verkoop vanuit Belgie aan een btw-plichtige koper uit een andere EU-lidstaat (mits voldaan aan voorwaarden art. 39bis WBTW)
  • leveringen met installatie en montage: de plaats van de levering is het land waar de montage of installatie gebeurt
  • regeling verkopen op afstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: leveringen)

Hoe zit het met de regeling verkopen op afstand?

A

Voor particulieren en personen die niet gehouden zijn tot intracommunautair verwerven is de btw verschuldigd in land van aankomst van de goederen

Voorwaarden

  • de goederen worden door of voor rekening van de leverancier naar de koper vervoerd of verzonden
  • de drempel van verkopen door deze leverancier werd overschreden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: diensten)

Wat zijn diensten?

A

= elke handeling die geen levering van een goed is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: diensten)

Wat zijn de vier voorwaarden opdat een dienst onderworpen is aan btw?

A
  • het gaat om een dienst zoals bedoeld in art. 18 of gelijkgesteld met een dienst art.19 WBTW
  • het is onder bezwarende titel of ermee gelijkgesteld
  • in België
  • door een btw-belastingplichtige binnen de uitoefening van zijn economische activiteit
32
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: diensten)

Wat is de plaats van de dienst?

A

B2B: de vestiging van de afnemer van de dienst
B2C: de vestigingsplaats van de dienstverrichter

Uitzonderingen

  • B2B: opsomming in art. 21 WBTW
  • B2C: opsomming in art. 21bis WBTW
33
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: diensten)

Wat is het tijdstip van de dienst?

A

Is niet expliciet bepaald in het WBTW

Een belastbaar feit op zich is wel gedefinieerd: tijdstip waarop de dienst is verricht.

34
Q

(hfst 3: belastbare handelingen)

Wat is de invoer van goederen?

A

= het in Belgie binnenbrengen van een goed dat afkomstig is van een land dat geen lidstaat is van de EU

  • belasting is aftrekbaar
35
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: intracommunautaire verwervingen)

Wat zijn intracommunautaire verwervingen?

A

= aankopen of verwervingen in België van goederen die afkomstig zijn uit een andere lidstaat:

  • verkrijgen van de macht om als eigenaar te beschikken over een lichamelijk RG dat door de verkoper of afnemer is verzonden of vervoerd naar een ander LS dan waaruit het goed is verzonden of vervoerd
  • louter verzenden of vervoeren van goederen naar een andere LS n.a.v een wettelijke bepaling of ingevolge een administratieve verordening of de ontvangst van een goed ingevolge een verbruiklening
36
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: intracommunautaire verwervingen)

Wat is het principe van de plaatsbepaling?

A

IC levering: levering vindt plaats in de LS waar het vervoer aanvangt –> vrijstelling

IC verwerving: verwerving vindt plaats in de LS waar het vervoer aankomt –> belastbaar

37
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: intracommunautaire verwervingen)

Wat zijn de voorwaarden opdat IC verwervingen onderworpen zijn aan btw?

A
  • verricht onder bezwarende titel
  • vindt plaats in België
  • verwerving gebeurt door een btw-belastingplichtige die als zodanig optreedt of door een niet belastingplichtige RP
  • de levering gebeurt door een btw-belastingplichtige
  • heeft geen betrekking op een levering met installatie, montage of het stelsel van verkopen op afstand
38
Q

(hfst 3: belastbare handelingen: intracommunautaire verwervingen)

Wat is de groep van vier?

A
  • vrijgestelde kleine ondernemingen
  • btw-belastingplichtige onderworpen aan de landbouwregeling
  • btw-belastingplichtigen zonder recht op aftrek
  • niet-belastingplichtige RP
39
Q

(hfst 4: maatstaf van heffing)

Wat is de maatstaf van heffing?

A

= het bedrag waarover de btw voor iedere belastbare handeling moet worden berekend

40
Q

(hfst 4: maatstaf van heffing)

Welke bijkomende kosten behoren tot de maatstaf van heffing.

A

Bijkomende kosten die rechtstreeks in verband staan met de levering van het goed of de dienstverrichting

Vb. aansluitingskosten, installatiekosten, normale administratiekosten.

41
Q

(hfst 4: maatstaf van heffing)

Wat behoort niet tot de maatstaf van heffing?

A
  • toegestane kortingen
  • nalatigheidsintresten
  • verpakking die moet teruggestuurd worden of met statiegeld
42
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Hoe wordt het btw-tarief vastgelegd?

A

Supranationaal, er is namelijk een Europees minimumtarief van 15%.

In België is bij KB nr.20 vastgelegd dat het normaal tarief 20% bedraagt.

43
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Voor welke goederen is er een verlaagd tarief van 6%?

A
  • voedingsmiddelen
  • bloem- en sierteelt
  • levende dieren
  • leidingwater
  • farmaceutische producten
  • mondmaskers en ontsmettingsgels
44
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Voor welke diensten is er een verlaagd tarief van 6%?

A
  • landbouwdiensten
  • vervoer
  • hotels en campings
  • huisvesting in het kader van sociaal beleid
  • herstelling van fietsen
45
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Waarvoor is er een tarief van 12%?

A
  • restaurant en cateringdiensten
  • levering van sociale woningen
  • steenkool
46
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Waarvoor is er een tarief van 0%?

A
  • kranten en weekbladen (minstens 48x verschijnen per jaar)

- coronavaccins en testkits

47
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Waarvoor is er een tarief van 21%?

A

Alle andere goederen en diensten.

48
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Welk tarief geldt voor nieuwbouw?

A

21%

49
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Welk tarief geldt voor omvorming en renovatie van woningen?

A

6%

Voorwaarden

  • werken in roerende staat en daarmee gelijkgestelde handelingen
  • met betrekking tot een onroerend goed dat uitsluitend of hoofdzakelijk voor private bewoning aangewend wordt
  • minstens 10 jaar oud
  • verstrekt en gefactureerd aan de eindverbruiker
50
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Welk tarief geldt voor de afbraak en heropbouw van woningen?

A

6% mits voorwaarden

51
Q

(hfst 5: btw-tarieven)

Welke tarieven gelden voor restaurantkosten en cateringdiensten.

A

Ter plaatse ten of consumeren:

  • voeding: 12%
  • dranken: 21%
  • COVID: 6% (8/5/2021-30/9/2021)

Catering op de plaats van verbruik (=dienst)

  • V: 12%
  • D: 21%
  • COVID: 6%

Afhalen / take away of levering aan huis

  • V en D zonder alcohol: 6%
  • D met alcohol: 21%

Ontbijt aangeboden als onderdeel van een hoteldienst: 6%

52
Q

(hfst 6: vrijstellingen)

Wat zijn vrijstellingen met behoud van recht op aftrek?

A

Als een goed of dienst elders dan in België verbruikt wordt dan is er vrijstelling van btw in België

53
Q

(hfst 6: vrijstellingen)

Wat zijn vrijstellingen zonder recht op aftrek?

A

Handelingen die vrijgesteld zijn door art. 44 WBTW gaan gepaard met de uitsluiting van het recht op aftrek.

Handelingen met betrekking tot OG

54
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting)

Wat zijn de algemene principes inzake aftrek?

A
  • Bestemmingsbeginsel: voorbelasting is maar aftrekbaar voor zover de btw-belastingplichtige die goederen en diensten gebruikt voor btw-activiteiten
  • uitsluiting van de aftrek: goederen en diensten voor privé-gebruik of voor andere doeleinden dan die van de economische activiteit
  • aftrek bij gemengd gebruikte bedrijfsmiddelen: aftrekbare btw beperken tot het beroepsgedeelte
55
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: gemengde aanwending van een vervoermiddel)

Wat is de riitenadministratie-methode?

A

Percentage van beroep = beroepskilometers per jaar x 100 / totaal aantal kilometers per jaar

Af te ronden naar de hogere eenheid

56
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: gemengde aanwending van een vervoermiddel)

Wat is de semi-forfaitaire formule.

A

Percentage privé = ((afstand woon-werkverkeer x 2 x 200) + 6000) x 100 / totaal aantal kilometers per jaar

Percentage beroep = 100% - percentage privé

Deze methode en de rittenadministratie methode kunnen gecombineerd worden.

57
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: gemengde aanwending van een vervoermiddel)

Wat is het algemeen forfait?

A

Het percentage voor beroep is 35%.

  • Combinatie is niet mogelijk
    (COVID: combinatie tussen de semi-forfaitaire en de forfaitaire is mogelijk)
  • Moet gedurende 4 kalenderjaren toegepast worden
    (COVID: voorwaarde vervalt)
58
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting.

Hoe zit het met de aftrekbaarheid van andere roerende goederen die een gemengde aanwending hebben?

A

1e mogelijkheid: de beroepsmatige aanwending bewijzen

2e mogelijkheid: het algemeen forfait: 75% beroepsmatig

59
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting)

Welke belasting kan de belastingplichtige aftrekken?

A

(art. 45, §1 WBTW)

  • btw die hem is gefactureerd voor de levering van goederen en wegens de verstrekking van diensten
  • btw die hij heeft voldaan voor de invoer van goederen voor zijn bedrijf
  • btw die hij heeft voldaan naar aanleiding van een intracommunautaire verwerving
  • btw die hij heeft voldaan wegens de ingebruikneming van goederen voor de doeleinden van zijn economische activiteit of wegens werk in onroerende staat dat hij voor dezelfde doeleinden verricht

Belasting moet opeisbaar zijn om aftrekbaar te zijn.

60
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting)

Hoe zit het met de toestand van de gewone btw-belastingplichtige met betrekking tot de aftrek van voorbelasting?

A

Deze persoon brengt in principe alle btw in aftrek die ter zake van zijn beroepsuitgaven wordt geheven.

Hij moet echter wel bepaalde btw uitsluiten

  • btw geheven op niet-beroepsuitgaven
  • btw waarvoor uitsluiting of een beperking van het recht op aftrek uitdrukkelijk wordt bepaald
61
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting)

Hoe zit het met de toestand van de btw-belastingplichtige met gedeeltelijk recht op aftrek.

A

Eerst moet er btw uitgesloten worden van de aftrek:

  • btw geheven op niet-beroepsuitgaven
  • btw waarvoor een uitsluiting of een beperking van het recht op aftrek uitdrukkelijk wordt bepaald.

Daarna gedeeltelijke aftrek volgens art. 46 WBTW

  • algemeen verhoudingsgetal = jaaromzet behaald in de handelingen met aftrekrecht / globale jaaromzet
  • de regel van het werkelijke gebruik
62
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: uitsluiting van het recht op aftrek voor de btw geheven van sommige beroepsuitgaven)

Hoe zit het met de aftrek van de autokosten?

A
Aftrek mag niet hoger zijn dan 50%.
Uitzonderingen: 
- lichte vrachtauto's
- voertuigen voor personenvervoer meer dan 8 personen
- bromfietsen
- motorfietsen
- ...
63
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: uitsluiting van het recht op aftrek voor de btw geheven van sommige beroepsuitgaven)

Hoe zit het met de aftrek van de tabaksfabrikanten?

A

(art. 45, §3, 1°)
- btw is niet aftrekbaar –> btw wordt samen met de accijns aan de bron geïnd via taksbandjes

Een taksbanje is een ‘fiscaal kenteken’.

64
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: uitsluiting van het recht op aftrek voor de btw geheven van sommige beroepsuitgaven)

Hoe zit het met de aftrek van de geestrijke dranken?

A

Btw is niet aftrekbaar voor dranken met een alcoholgehalte van meer dan 22 graden.

Geen aftrekverbod als het gaat om dranken die bestemd zijn voor:

  • wederverkoop of verwerking
  • handelsmonsters of proeverij
  • verbruik ter plaatse in de horeca
65
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: uitsluiting van het recht op aftrek voor de btw geheven van sommige beroepsuitgaven)

Hoe zit het met de aftrek van de kosten van logies en kosten van spijs en dranken om ter plaatse te worden verbruikt?

A

Btw is niet aftrekbaar.

uitzonderingen:

  • horecakosten gedaan door het personeel tijdens de levering van goederen, of de prestatie van diensten buiten de onderneming
  • horecakosten opgelopen door een btw-belastingplichtige, die op zijn beurt diensten verstrekt
66
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: uitsluiting van het recht op aftrek voor de btw geheven van sommige beroepsuitgaven)

Hoe zit het met de aftrek van kosten van onthaal?

A

Deze zijn niet aftrekbaar.

Kosten van onthaal = kosten gedaan om personen vreemd aan de onderneming te ontvangen, te vermaken en te ontspannen

67
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: uitsluiting van het recht op aftrek voor de btw geheven van sommige beroepsuitgaven)

Hoe zit het met de aftrek voor publiciteitskosten?

A

Deze zijn volledig aftrekbaar.

68
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: de uitoefening van het recht op aftrek)

Welke voorwaarden moeten voldaan zijn opdat een belastingplichtige de aftrek mag toepassen?

A
  • Het recht op aftrek van die belasting moet ontstaan zijn

- De voorwaarden om dat recht uit te oefenen moeten voldaan zijn

69
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: de uitoefening van het recht op aftrek)

Hoe ontstaat het recht op aftrek van voorbelasting?

A

Onmiddellijke aftrek: de aftrek ontstaat op het tijdstip zelf dat de belasting opeisbaar wordt bij de leverancier of dienstverstrekker.

Levering van goederen, verlenen van diensten: recht op aftrek ontstaat op datum dat de belasting opeisbaar is

  • btw opeisbaar op het tijdstip waarop de factuur wordt uitgereikt (uiterlijke opeisbaarheid: 15de dag van de maand volgend op de maand waarin het belastbaar feit heeft plaatsgevonden)
  • btw op voorschot: btw wordt opeisbaar over het ontvangen bedrag op het tijdstip waarop de betaling wordt ontvangen
70
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: de uitoefening van het recht op aftrek)

Wat zijn de voorwaarden om het recht op aftrek uit te oefenen?
(voor leveringen en diensten, invoer en intracommunautaire verwerving)

A

Leveringen en diensten: btw-belastingplichtige moet in het bezit zijn van een regelmatige factuur

Invoer: btw-belastingplichtige moet naast het in bezit zijn van een regelmatige factuur ook een invoerdocument voorleggen

  • Intracommunautaire verwerving: in het bezit zijn van een door de leverancier uitgereikte factuur en de btw opnemen in de aangifte
71
Q

(hfst 7: recht op aftrek van de voorbelasting: de uitoefening van het recht op aftrek)

Hoe gebeurt de uitoefening van het recht op aftrek van de voorbelasting?

A

Onmiddellijk en globaal: op het totale bedrag van een voor een aangiftetijdperk de verschuldigde belasting, het totaal van de aftrekbare btw toe te rekenen.

Uiterlijk de laatste dag van het derde kalenderjaar, volgend op dat waarin het aftrekrecht ontstond

72
Q

(hfst 8: herzieningen)

Wanneer is de oorspronkelijk verrichte aftrek definitief verworven?

A
  • de aftrek is correct verricht
  • de bestemming die de btw-belastingplichtige aan de ontvangen goederen en dienst had gegeven wordt niet gewijzigd door een latere gebeurtenis.
73
Q

(hfst 8: herzieningen)

Wat gebeurt er als blijkt dat de verrichte aftrek niet definitief verworven is?

(de voorwaarden ervoor zijn niet voldaan)

A

Correcties moeten uitgevoerd worden.

Onrechtstreeks: de aanpassing gebeurt dan aan de leveringen en diensten zelf –> oorspronkelijke aftrek blijft behouden

Rechtstreeks: via herziening

  • terugstorting van de teveel afgetrokken btw
  • bijkomende aftrek van de te weinig afgetrokken btw
74
Q

(hfst 9: teruggave van btw)

Wat is de teruggave van Belgische btw?

A

Voor btw-belastingplichtigen gevestigd in BE is er een teruggave van btw op het einde van het kalenderjaar indien de aftrekbare btw meer bedraagt dan de verschuldigde btw.

75
Q

(hfst 9: teruggave van btw)

Wat is de teruggave van buitenlandse btw?

A

Een btw-belastingplichtige loopt btw op in een LS van de EU waar de belastingplichtige geen economische activiteit uitoefent heeft recht op teruggave overeenkomstig de gewone regels.

Procedure: module vat refund in intervat

76
Q

(hfst 10: voldoening van de belasting)

Door wie is btw verschuldigd?

A

(art. 51 WBTW) in principe:
- btw-belastingplichtigen die in BE belastbare goederen leveren of diensten verrichten
- degene die in BE een belastbare intracommunautaire verwerving van goederen verricht
- eenieder die op een factuur of een ander stuk de btw vermeldt

afwijking: medecontractant is schuldenaar van de btw bij
- in het buitenland gevestigde leveranciers / dienstverrichters waarbij de btw geheven wordt in BE = verlegging van heffing
- werken in onroerende staat door een in Be gevestigde btw-belastingplichtige, ten behoeve van een btw-belastingplichtige onderworpen aan de periodieke aangifteverplichting –> aangifte moet gebeuren door btw-plichtige opdrachtgever, niet door de aannemer