pathofysiologie van specifieke zwsaandoeningen Flashcards
a terme, voldragen
= 37-42 wk zwsduur
- early term = 37-39 w
- full term = 39-41 w
- late term = 41-42 w
preterm
< 37 w
- late preterm = 34-37 w
- moderate preterm = 32-34 w
- very preterm = 28-32 w
- extremely preterme < 28 w
geboorte gewicht
low birth weight (LBW) ~ GW less than 2500 g
very low birth weight (VLBW) ~ GW less than 1500 g
extremely low birth birth weight (ELBW) ~ GW less than 1000 g
postdatisme
> 42 w zws duur
voorkomen preterme geboorte
5-10% vd zws
impact preterme geboorte
belangrijke oorzaak van perinatale mortaliteit en morbiditeit:
- sterfte
- hyalijne membraanziekte
- necrotiserende enterocolitis
- retinopathie
- intracraniele bloedingen
- hypothermie
- hypoglycemie
- hyperbilirubinemie
- infectie
lange termijn:
- CP
- neurocognitieve problemen
- visus- en gehoorsvermindering
- gedrags en -psychische problemen
- astma
- hypertensie
- diabetes
etiologie preterme geboorte
pathologische uterusuitzetting (polyhydramnion, meerling) beperkt uitzettingsmogelijkheid (bv congenitale uterusafwijking)
deciduale bloeding (placenta praevia, abruptio) of PROM –> prikkeling vd uteruswand door PG-synthese
inflammatie en infectie –> PG synthese
activatie van maternale of foetale hypothalamo-hypofysaire as (maternale angst, depressie, foetale stress)
cervixinsuffciëntie, constitutioneel of na trauma (bv conisatie, curettage)
RF voor preterme geboorte
maternaal:
- jonge maternale lft
- lagere socio-economische klasse
- laag LG
- rookster
- VG preterme arbeid
- cervixinsufficiëntie, conisatie
- congenitale uterusannomalie
zwangerschapsverloop:
- preterme ruptuur vd vliezen
- meervoudige zws
- polyhydramnion
- infecite - tandvleesontsteking, bct vaginose, chorioamnionitis
- placentaire bloedingen
- foetale problemen: IUGR, congenile anomalie, MIU
mechanisme
- preterme arbeid
- cervixinsufficiëntie
- PPROM
- iatrogeen (30-40%):
- maternaal: bv ernstige preeclampsie
- foetaal: IUGR, foetaal lijden, congenitale afwijkingen
definitie: preterme arbeid –> preterme geboorte
= arbeid die aanvang neemt voor 37 wk zws (regelmatig pijnlijke contracties die aanleiding geven tot verstrijking en dilatatie vd cervix )
doch, bij klinische diagnose preterme arbeid: 66% niet bevallen na 48 uur, ongeveer de helft bevat a terme
diagnose: preterme arbeid –> preterme geboorte
goede anamnese:
contracties, progressieve ontsluiting, bloedverlies, vruchtwaterverlies
DD/ braxton hicks contracties
speculumonderzoek:
- lange gesloten cervix?
- puilende vliezen?
- bloedverlies?
- afloop van vruchtwater?
- afname cervicovaginale culturen en fibronectine test
! geen vaginaal toucher bij PPROM (of placenta previa)
bijkomende onderzoeken:
- echografische cervixlengtemeting
- fibronectinetest:
FN = glycoproteïne dat als een lijm tussen de placenta en de decidua aanwezig is. Bij disruptie van het choriodeciduale vlak, lekt FN naar de cervix en vagina waar het dan met een monoclonaal antilichaam kan worden aangetonod. Heeft een lage specificiteit, maar hoge NPV
cervixlengte > 30 cm (50%)
geruststelling (partus < 7 d =<1%)
cervixlengte: 16-29 cm (30%)
fFN test negatief –> geruststelling (partus < 7 d = 1-3%)
fFN test positief –> opnama vr tocolyse, longrijping of IUT (partus < 7 d = 20%)
cervixlengte < 15 cm (20%)
opname voor tocolyse, longrijping of IUT (partus < 7 d = 50%)
bij hoog risico op vroeggeboorte
controle foetaal welzijn (CTG, echografie: groei, ligging, vruchtwater, BFP)
afname culturen (urine en vagina)
BN infectieuze parameters (CoFo, CRP)
beleid: preterme arbeid –> preterme geboorte
bij dreigende vroeggeboorte > 24 w en < 34 w, tocolyse voor
–> toediening longrijping (steroiden):
= 2 x 12 mg dexa of betamethasone met een intervan van 24 uur
= verbeteren neonatale longfunctie door architectonische en biochemische maturatie met verhoogde surfactant productie
= 50% reductie van het risico op hyalijne membraanziekte, intraventriculaire bloeding, necrotiserende enterocolitis, sepsis en neonatale mortaliteit
—> transport naar tertiaire centrum
bij dreigende vroeggeboorten < 28-32 wk - Mgsulfaat –> vermindert het risico op cerebral palsy
doel tocolyse: bevalling uitstellen, vnl eerste 48 uur om antenatale corticosteroiden te kunnen toedienen –> wordt niet meer toegediend na 34 weken
tocolyse wat
- oxytocineantagonisten: tractocile (Atosiban)
- beta-sympathomimetica: ritodrine, terbutaline, salbutamol
- PGsynthaseinhibtoren: indomethacine
- calciumantagonisten: nifedipine
- NO-donoren: nitroglycerine (cedocard)
beta-2-sympathomimetica (bv ritodrine)
- B1 (hart, GI stelsel) en B2 (myometrium, bloedvaten, bronchiolen) receptoren
- effect afh van receptoren (> 20 wk, desensitisatie en donwregulatie
- werking via stimulatie PG-productie
- nevenwerkingen:
1. maternale TC en palpitaties, tremor, nausea, braken, hoofdpijn, onrust, gejaagdheid, zenuwachtigheid, en dorst
2. toename vd plasmaconcentratie van glucose, insuline, VVZ en lactaat en verlaging van K
3. stijging van renine en vasopressine –> bevordert de vochtretentie
4. cardiaal ziet men een toename vd ritme en vh debiet en een verlaging vd perifere weerstand –> diastolische BD daalt, MAP blijft constant
5. ook foetaal ziet men een toename van het hartritme, hyperglycemie, ketoacidose, tremor
CAVA: longoedeem: bij langdurige behandeling, bij vochtoverbelasting, bij multifoetale zws en bij longrijping mbv steroïden
opvolging maternale BD en elektrolieten
CAVE: ontregeling diabetes
CI: hartziekten, een hyperthyroïdie en hypertensie (diabetes, meerling)
uitkomst: ook als zijn B-sympathomimetica efficiënt in het remmen vd contracties, hun effect op zwsduur, laag GG, hyalijne membraanziekte en perinatale mortaliteit zijn nt significant
vroeger langdurig gebruikt - achterhaald voor tocolytica
nu nog vb ventolin puffer (salbutamol) bij acute tocolyse
PG-synthetase-inh (bv indomethacine)
werking: remmen van cyclo-oxygenase en daarmee de omzetting van arachidonzuur naar prostaglandines
efficiënt: 85-90% 48 uur uitstel
nevenwerkingen:
- maternaal: GI irritatie
- foetaal: nierfalen, vroegtijdige sluiting van ductus van arteriosus
- neonataal: indien preterm geboren verhoogd risico op intraventriculaire bloedingen en necrotiserende enterocolitis (iin vgl met niet indomethacine blootgestelde neonaten)
calciumkanaalremmers (bv nifedipine)
werking: inhibitie van calciuminflux
efficient: idem beta-2-mimetica en NSAIDs in remmen van contracties. Effect op perinatale mortaliteit en lange termijn uitkomst nog onduidelijk.
kan per oraal ingenomen worden
nevenwerkingen:
- maternaal: perifere weerstand en bloeddruk dalen, HR stijgt, hot flushes, hoofdpijn en nausea
oxytocine-antagonist (bv atosiban)
werking: competitieve inhibitor thv oxytocinereceptor
efficient: idem beta-2 mimetica
toediening: oplaaddosis over 3 uur, gevolgd door onderhoudsdosis gedurende 48 uur
nevenwerkingen:
- misselijk, hoofdpijn, duizigheid, opvliegers, braken, tachycardie, hypotensie en hyperglycemie
nadeel: duur
CI tocolyse
- fulminante preeclampsie
- ernstige placentaloslating
- foetale distress
- tekenen van chorioamnionitis bij PPROM (koorts, leukocytose, CRP)
- MIU of lethale foetale afwijkingen
- ernstige nevenwerkingen op tocolytica
definitie: cervixinsufficiëntie –> preterme geboorte
= vroegtijdige ontsluiten van de cervix zonder dat dit door weeënactiviteit werd veroorzaakt
diagnose: cervixinsufficiëntie –> preterme geboorte
kliniek:
bloedverlies of toevallige vondst vn ontsluiting (gn pijn, gn contracties)
transvaginale echografie: verkorte cervix of ontsluiten
beleid: cervixinsufficiëntie –> preterme geboorte
noodcerclage (mc donald, shirodkar)
CI: bloeding, contracties, infectie (klinisch, bloedname, culturen, AC)
definitie: PPROM
= preterm prelabour rupture of the membranes
2% vd zws tss 24-37 wk
! risico intra-uteriene infectie en maternale septicemie
diagnose: PPROM
kliniek: vaginaal vochtverlies obv vruchtwaterafloop
steriel speculumonderzoek: afloop v vruchtwater uit de cervix
PPROM-test:
- varentest
- sneltest op aanwezigheid van specifiek eiwit zoals insuline like growth factor binding protein-1 (IGFBP-1) of placental alpha microglobuline-1 (PAMG-1) in het schedevocht
beleid: PPROM
- controle foetale conditie: CTG en echografie (ligging, groei, vruchtwater)
- klinische tekenen van infectie opvolgen: koorts, slechtruikend vaginaal verlies, contracties, pijn over de uterus, foetale tachycardie
- bloedname: infectieparameters
- culturen: urine, vagina, vaginorectaal (GBS)
- profylactisch AB gedurende 1 week (erythromycine)
- longrijping bij PPROM tussen 24 en 34 wk (ev tocolyse zo geen infectie)
- eerste dagen opname, nadien individueel te bekijken opname vs home care
wanneer bevallen:
- bij chorio-amnionitis tekenen
- afhankelijk van termijn:
- -> PROM < 24w: ongunstige prognose (longontwikkeling, psychomotore retardatie)
- -> PROM 24-34 w: infectierisico vs prematuriteitsrisico –> uitstel tot > 34w
- -> PROM 34-37 w: afwegen infectierisico vs risico late preterm
preventie preterme geboorte
- evenwichtige voeding
- rookstop
- adequaat behandelen van asymptomatische bacteriurie
- adequaat behandelen van SOA, bacteriele vaginose
goede prenatale risicostratificatie –> cerclage en progesterone in hoogrisico populatie