parasitologie Flashcards

1
Q

Cestoden (wat doen ze)

A

vormen een blaasworm in de tussengastheer. Deze blaasworm wordt dan later weer opgegeten door de eindgastheer.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

prepatente periode

A

de tijd tussen opname en uitscheiding van de parasieten. het is nog niet waarneembaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

patente periode

A

het moment dat je de parasiet in het lichaam waar kan nemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

ratenische gastheer

A

gastheer die niet perse nodig is om de cyclus in stand te houden. de parasiet kan ook zonder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

welke technieken zijn er voor detectie

A
  • Baermann –> je kan bewegend van niet bewegend onderscheiden. wordt gebruikt voor longworm
  • CSF –> voor wormeieren, cysten en oocysten
  • McMaster –> tellen van aantal oocysten of wormeieren in fecesmonster
  • Natief –> zonder kleuring
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

nadelen van een succrose oplossing

A
  • duurder
  • lab wordt plakkerig
  • hogere viscositeit leidt tot tragere floatatie
  • hogere osmotische activiteit leidt to sneller inklappen van wormeieren en (oö)cysten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

beoordeling eieren

A
  • grootte
  • vorm
  • wand eigenschappen
    – structuur
    – dikte
  • inhoud
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

vals negatieve

A
  • uitvoering methode –> verkeerde methodiek
  • cyclus van de parasiet –> verkeerde tijdstip
  • rol van de gastheer –> tussengastheer zonder uitscheiding meer wel klachten
  • bewaarmethode
  • eigenschappen testmethode - te hoge determinatiegrens
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

vals positieve

A
  • passant geconsumeerd doord e gastheer
  • plantaardig materiaal
  • eieren van mijten
  • schimmelsporen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke ectosparasieten komen voor bij welk dier?

A

bij de hond en kat komen voor
- vlooien
- luizen
- teken
- mijten

bij het paard en rund komen voor
- luizen
- teken (tussen haakjes bij paard)
- mijten
- horzels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly