Paragraaf 6 Flashcards

1
Q

Welke 5 soorten snavels zijn er en noem een vogel voorbeeld:

A
  1. Kegelsnavel (vink)
  2. Pincetsnavel (boomkruiper)
  3. Haaksnavel (buizerd)
  4. Priemsnavel (wulp)
  5. Zeefsnavel (wilde eend)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bekijk schema en afbeeldingen

A

NUuUuuuUuUuuuuUuu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom zijn de poten van een koe niet voor in de woestijn

A

Ze zouden wegzakken
Tussen al het losse zand met hun smalle hoeven (weinig weerstand)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat voor aanpassing hebben cactussen om niet opgevreten te worden

A

ze hebben scherpe stekels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat voor aanpassing hebben planten in droge gebieden

A

grotere en langere wortels zodat ze meer water zouden kunnen vinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat voor verdediging hebben organismes tegen roofdieren

A
  1. stekels
  2. gif
  3. haartjes die irritatie opwekken
  4. een schild
  5. schutkleur
    6 illusie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

welke 3 soorten voetgangers zijn er

A
  1. zoolgangers
  2. topgangers
  3. teengangers
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat voor aanpassingen hebben zeewezens om te kunnen overleven onder water

A
  1. vinnen en (vissen) staart
  2. kieuwen of lang adem in kunnen houden
  3. een laag slijm die hun huid glad maakt en dan is er minder weerstand
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

kop romp en staart gaan geleidelijk over in elkaar dat noem je…?

A

gestroomlijnd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarom leven planten in het bovenste gedeelte van water?

A

Ze hebben zonlicht nodig voor fotosynthese

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe beschermen planten die op het land leven zich tegen uitdroging?

A
  • kleine dikke planten kunnen goed water vasthouden
  • grote of lange wortels om te zoeken naar water
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waar is de kegelsnavel geschikt voor om te eten

A

Zaden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waarvoor is de pincetsnavel handig

A

Om insecten te eten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Waar is de haaksnavel geschikt voor

A

Om prooidieren in stukken te scheuren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar is een priemsnavel handig voor

A

Voor bodemdiertjes in een natte bodem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Waarvoor is een zeefsnavel handig

A

Om plankton te “zeven”