Overzicht pathogenen Flashcards

1
Q

Coxiella bacterie (Q-koorts)

A

Zoonose direct via inhalatie van sporen. Ook voedselinfectie uit ongepasteuriseerde melk.
Ook tijdens lammerperiode, vooral veel virus in vruchtwater en moederkoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

E. coli 0157

A

Enterobacteriacae. Enterohemorragische bacterie > STEC toxine producerend via besmet water e/o voedsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Antibioticaresistente E. coli

A

Vaak ESBL producerend. Hemorragisch uremisch syndroom.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Voedselinfectie

A

Meer dan 12 uur.
Koorts, buikkrampen, diarree, algehele malaise.
Pathogenen veroorzaken zelf infectie. Braken/diarree uitzitten en goed hydrateren.
Verdachte bacterie kweken uit voedsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Voedselintoxicatie

A

Minder dan 12 uur.
Braken, diarree met evt. bloed, toxine in bloed, algehele malaise, buikkrampen.
Opnemen van toxines die geproduceerd zijn in voedsel.
Norit als ondersteuning.
Verdachte bacterie/toxine kweken uit voedsel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Campylobacter spp.

A

Voedselinfectie. Kan niet leven onder T 25 graden en droogte. Doden bij pasteuriseren.
Sympt: koorts, buikkrampen, waterige/bloederige diarree. Lage MID. Vooral in vlees, kip, schaal- en schelpdieren en rauwe melk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Salmonella spp.

A

Voedselinfectie, maar kan ook toxines vormen. Facultatief anaeroob.
Sympt: braken, buikkramp, diarree, koorts en algehele malaise. Hoge MID. Vooral in rauw vlees (met name varkensvlees en kip), eieren, rauwe melk en melkproducten, vis en garnalen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

E. coli

A

Vergisten van lactose. Ook commensalen darmflora. Produceren toxines. Vooral in rauw vlees, rauwe groente en rauwe melkproducten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Listeria (ziekte van Weil)

A

Staafvormige bacteriën, doet het goed in koelkast.
Over het algemeen drager van listeria, maar niet ziekmakend behalve YOPI.
Sympt: voedselinfectie met griepachtige verschijnselen. Ook oorzaak van septikemie hersenvliesontsteking of abortus. Vooral in kazen gemaakt van rauwe melk, gerookte vis (zalm), rauwe dierlijke producten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Clostridium perfrigens

A

Voedselinfectie. Vormt sporen en toxines. Vooral in vlees en vleesproducten (maar ook kruiden en specerijen).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Bacillus cereus

A

Voedsel intoxicatie. maakt naast toxines ook sporen. Zit vaak in gekookte rijst of pastagerechten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Clostridium botulinum

A

Voedsel intoxicatie. oplopen door het eten van onjuist ingemaakt of bewaard, besmet voedsel.
Sympt: siechtet zien, slecht slikken en moeilijk praten > verlamming. (geen koorts/diarree). Vooral in zelf ingemaakte groente en vlees of in honing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Staphylococcus aureus (MRSA)

A

Komt op veel verschillende plaatsen voor, verspreiding via direct (huid)contact. Vooral door slechte hygiene of slecht koel bewaren van voedingsmiddelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Toxoplasma gondii

A

Parasiet. Overdraagbaar vanuit kat > schaap/varken of voedsel/kattenbak > mens. Schadelijk voor zwangere vrouwen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Taenia saginata

A

Mens EGH, rund TGH. Blaasworm, voorkeursplaats in spieren van rund. Doorbreken cyclus via riolering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Taenia solium

A

Mens EGH/TGH, varken TGH. Gaat in hersenen zitten (epilepsie). Vlees goed doorbakken.

17
Q

Trichinella spiralis

A

varken(/muis/beren) TGH, mens EGH.

Ongedierte bestrijding, varkens binnen opstallen en geen vlees voeren.

18
Q

Hepatitis E-virus

A

Geen producten eten waar varkenslever in zit (leverworst/paté).
Sympt: vermoeidheid, lichte koorts, pijn in bovenbuik en misselijkheid, geelzucht.

19
Q

Rotavirus

A

Sympt: koorts, misselijkheid, overgeven en waterdunne diarree. Zit in ontlasting van iemand die besmet is.

20
Q

Norovirus

A

Buikgriep. Braken, diarree, misselijkheid, koorts, hoofdpijn, buikpijn of buikkramp. Erg besmettelijk.