(over)leven in europa: 3

Question 1

afschuiving

Answer 1

een geologische breuk waarbij het gesteente in tweeëen wordt gebroken en een blok langs het schuine breukvlak naar beneden glijdt. er onstaat een steile helling in het landschap. als tussen twee afschuivingen een dal onstaat, heet dat een slenk

Question 2

afschuivingsbreuk

Answer 2

breuk waarbij het gesteente in tweeën wordt gebroken en een blok naar beneden schuift

Question 3

alpiene plooiingsfase

Answer 3

de meest recentie plooiingsperiode, die aan het eind van het tertiar is begonnen en nog steeds voortdurend

Question 4

basalt

Answer 4

stollingsgesteente dat onstaat door snelle afkoeling van lava bij een vulkaanuitbarsting

Question 5

caldera

Answer 5

zeer grote vulkaankrater die is ontstaan door het instorten van het dak van een leeggelopen magmakamer

Question 6

convergente plaatsgrens

Answer 6

gebied waar twee tektonische platen naar elkaar toe bewegen

Question 7

duurzaam gebruik

Answer 7

op zo’n manier omgaan met de natuurlijke omgeving dat die tegemoetkomt aan de behoeften van de huidige generatie, zondie die van de toekomstige generaties gevaar te laten lopen

Question 8

explosive eruptie

Answer 8

heftige vulkaanuitbarsting van taaie lava, vulkaanbommen en as die onstaat onder invloed van hoge gasdruk of als het magma in contact komt met water

Question 9

hypocentrum

Answer 9

plaats diep in de aardkorst waar de aarbeving begint (aardbevingshaard)

Question 10

lava

Answer 10

al dan niet gestold, over het aardoppervlak uitgevloeid magma

Question 11

overtoerisme

Answer 11

als er zo veel toeristen zijn dat de kwaliteit van leven van de bewoners van het gebied achteruitgaat en het bezoek aan een bestemming ook voor de toeristen niet meer plezierig is

Question 12

pangea

Answer 12

supercontinent van zo’n 250 miljoen jaar geleden, waarbij alle huidige continenten bij elkaar lagen en aaneengesloten waren tot een grote landmassa

Question 13

plooiingsfase

Answer 13

periode in de geschiedenis van de aarde waarin gebergten zijn gevormd: de caledonische plooiingsfase, de hercynische plooiingsfase en de alpiene plooiingsfase

Question 14

pyroclastische stroom

Answer 14

een wolk die bestaat uit vaste of halfvloeibare lava, gas, rotsen en as, die (afhankelijk van de plaatselijke omstandigheden) een temperatuur tot zo’n circa 850 C en een snelheid tot ruim 700 km/u

Question 15

slenk

Answer 15

langgerekt gedeelte van de aardkost dan langs breuken relatief geedaald is ten opzichte van de omgeving. ook wel rift genoemd

Question 16

subductie

Answer 16

het wegdruiken van een oceanische plaat onder een andere plaat

Question 17

stratovulkaan

Answer 17

vulkaantype met steile hellingen waarvan de kegel is opgebouwd uit afwisselend as- en lavalagen. heet ook samengestelde vulkaan

Question 18

tuf

Answer 18

poreus, bruingrijs gesteente dat onstaat door verkitting van vulkanisch as

Question 19

waterproblematiek

Answer 19

alle vraagstukken die te maken hebben met de hoeveelheid en de kwaliteit van het water in een gebied