opvoeding in vrije tijd Flashcards
Derde opvoedingsmilieu
De vrije tijd als een belangrijk opvoedingscontext naast het gezin en de school, waar kinderen en jongeren zich ontwikkelen door sociale interacties.
Vrije tijd (objectieve benadering)
Vrije tijd is de tijd die overblijft naast verplichtingen zoals werk of school, oftewel resttijd.
Vrije tijd (subjectieve benadering)
Vrije tijd is persoonlijke tijd die individuen zelf invullen, afhankelijk van hun voorkeuren en situatie.
Georganiseerde vrije tijd
Vrije tijd die plaatsvindt binnen gestructureerde activiteiten, zoals sportclubs of jeugdwerk, met begeleiding.
Ongeorganiseerde vrije tijd
Vrije tijd zonder structuur of begeleiding, zoals spelen of ontspannen zonder externe planning.
Hybride vrijetijdsorganisaties
Organisaties die zowel gestructureerde als spontane activiteiten aanbieden, zoals buurtsport
Vrijetijdsopvoeding
Opvoeding in de vrije tijd die zich richt op persoonlijke ontwikkeling door gestructureerde of spontane activiteiten.
Organiseren en institutionaliseren van vrije tijd
Het systematisch plannen van vrije tijd door instellingen om opvoedkundige en maatschappelijke doelen te bereiken.
Pedagogisering van vrije tijd
Het proces waarbij vrije tijd steeds meer wordt gezien als ruimte voor opvoeding en ontwikkeling.
Economisering van vrije tijd
Het benutten van vrije tijd om jongeren voor te bereiden op de arbeidsmarkt, met nadruk op vaardigheden.
Commercialisering van vrije tijd
Het proces waarbij vrije tijd steeds meer wordt gedomineerd door commerciële aanbieders die concurreren met non-profitactiviteiten. Bijvoorbeeld, pretparken en kermissen die commerciële alternatieven bieden voor het georganiseerde jeugdwerk.
Moratoriumstatus
Een tijdelijke fase waarin jongeren niet de verantwoordelijkheden van volwassenen dragen, waardoor ze ruimte hebben voor zelfontplooiing en het ontdekken van hun identiteit.
Psychosociaal moratorium
Een fase waarin jongeren zich kunnen ontwikkelen, experimenteren en hun identiteit vormgeven zonder verplichtingen aan de volwassen wereld, zoals werk of gezinsverantwoordelijkheden.
Sociaal-pedagogisch initiatief
Georganiseerde activiteiten die de sociale en morele ontwikkeling van jongeren stimuleren.
Geïnstitutionaliseerde driehoek van opvoeding
De drie opvoedingscontexten: gezin, school en vrije tijd, die samenwerken in de opvoeding van jongeren.
Toeleidingsmoratorium
Een periode waarin jongeren zich voorbereiden op hun toekomstige rol in de maatschappij door het ontwikkelen van kwalificaties en vaardigheden, met nadruk op werk en verantwoordelijkheid.
Cultureel moratorium
Een periode waarin jongeren via vrijetijdsactiviteiten vaardigheden en sociaal-economisch kapitaal ontwikkelen die belangrijk zijn voor hun toekomst, met de nadruk op persoonlijke en culturele groei.
Paranoid parenting
Ouders maken zich overmatig zorgen over de opvoeding van hun kinderen, wat leidt tot een constante druk om ‘verrijkende’ activiteiten te ondernemen.
Edutainment
Een combinatie van educatie en entertainment waarbij kinderen leren via leuke, interactieve activiteiten zoals educatieve games.
Toegankelijkheidsparadox
Jongeren die het meeste baat hebben bij vrije tijdsactiviteiten, ervaren vaak de grootste barrières om eraan deel te nemen, zoals financiële of praktische obstakels.
Rol van jeugdwerk
Jeugdwerk biedt jongeren een veilige ruimte voor ontwikkeling, sociale interactie en het leren van vaardigheden.
Instrumentele visie op vrije tijd
Vrije tijd wordt gezien als een middel om maatschappelijke doelen te bereiken, zoals het ontwikkelen van vaardigheden, in plaats van puur voor ontspanning.
Pedagogische kernwaarden van de georganiseerde vrije tijd
Veiligheid, welkom voelen en aansluiting bij het kind zijn essentiële waarden die de ontwikkeling van kinderen ondersteunen.
Veilig
Veiligheid betekent dat kinderen zich beschermd en vrij voelen om te leren en te experimenteren.