opvoeding in de kinderopvang Flashcards

1
Q

Voorschoolse kinderopvang

A

Zorg en educatie voor kinderen vóór zij naar de basisschool gaan, met als doel het bevorderen van sociale, emotionele en cognitieve ontwikkeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Formele kinderopvang

A

Kinderopvang aangeboden door professionele organisaties of gecertificeerde personen, gereguleerd door overheidsregels en -beleid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Informele kinderopvang

A

Niet-gereguleerde zorg verleend door familieleden, vrienden of buren zonder formeel toezicht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Gesplitst systeem

A

Een kinderopvangsysteem waarin onderwijs en zorg apart worden aangeboden, vaak verdeeld over verschillende instellingen of aanbieders. Kleuterklas en kinderopvang zijn gesplitst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Kinderopvang als complementair

A

Kinderopvang die ouderlijke zorg aanvult door op een samenwerkende manier bij te dragen aan de ontwikkeling van kinderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kinderopvang als vervangend

A

Kinderopvang die ouderlijk toezicht vervangt tijdens werkuren of andere momenten waarop ouders niet beschikbaar zijn. Vaak staat er ‘huiselijke sfeer’, etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Maatschappelijke rol kinderopvang

A

Kinderopvang ondersteunt gezinnen met een economische, pedagogische en sociale functie, als aanvulling op de opvoeding thuis, met respect voor kind, gezin en keuzevrijheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Economische functie

A

De economische functie stelt ouders in staat om hun ouderlijke verantwoordelijkheid te combineren met deelname aan arbeidsmarkt/opleiding.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Sociale functie

A

De rol van kinderopvang in het bevorderen van inclusie, het verkleinen van ongelijkheid en het versterken van sociale samenhang tussen gezinnen en gemeenschappen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Pedagogische functie

A

De pedagogische functie stelt kinderen in staat om zich op een geborgen manier emotioneel, cognitief, motorisch en sociaal te ontwikkelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welbevinden

A

Hoe kinderen zich voelen, wordt ook beschreven als “de mate waarin kinderen zich thuis” voelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Betrokkenheid

A

De mate waarin kinderen van activiteiten genieten en geboeid bezig zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

De derde pedagoog

A

De fysieke ruimte die, naast de opvoeder en de groep, een actieve rol speelt in de ontwikkeling en het leren van kinderen. Bv. Context, materiaal, inrichting, etc.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Horizontale leefgroep

A

Baby’s, kruipers en peuters verblijven in aparte groepen – groepering van kinderen van dezelfde leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Verticale leefgroep

A

Baby’s, kruipers en peuters verblijven samen in één groep – een gemengde groep met verschillende leeftijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Semi-verticale groep

A

Een tussenvorm waarin kinderen in een beperkte leeftijdsmarge samen worden opgevangen.

17
Q

Groepssocialisatie

A

Het proces waarbij kinderen binnen een groep leren omgaan met sociale normen, waarden en vaardigheden.

18
Q

Pedagogisch raamwerk

A

Een richtlijn die de pedagogische visie en aanpak binnen kinderopvang bepaalt, gericht op ontwikkeling en welzijn van kinderen.

19
Q

MemoQ

A

Het meten en monitoren van de kwaliteit in de kinderopvang van peuters en kleuters.

20
Q

Psychologisering

A

Het doordringen van wetenschappelijke taal uit disciplines zoals neuropsychologie en ontwikkelingspsychologie in

21
Q

Het meetbare/voorspelbare kind

A

Het idee dat de ontwikkeling van kinderen volledig te meten en te voorspellen is via tests, data en vastgelegde normen.

22
Q

Overmoedig universalisme

A

De veronderstelling dat opvoedkundige of pedagogische benaderingen overal en voor alle kinderen toepasbaar zijn, zonder oog voor context of diversiteit.

23
Q

Infant Mental Health

A

De emotionele, sociale en cognitieve ontwikkeling van kinderen van 0 tot 3 jaar, met aandacht voor hun relaties en omgeving.

24
Q

Doorgaande lijn

A

Een geïntegreerde benadering waarin opvang, opvoeding en onderwijs naadloos op elkaar aansluiten, zonder de scheiding van zorg en educatie zoals bij een gesplitst systeem. Het biedt continuïteit in de ontwikkeling van het kind. Vb. Een peuter leert vormen en kleuren in de opvang, en deze kennis wordt naadloos voortgezet in de kleuterklas, zodat de overgang soepel verloopt.