Nierfunctie Flashcards
4 functies nier
osmoregulatie
volumeregulatie
bloeddrukregulatie
uitscheiden hormonen
3 hormonen die nieren uitscheiden
Erythropoiëtine (EPO)
Renine (aldosteron)
Vitamine D3
osmolariteit
Concentratie stoffen in vloeistof opgelost
isotoon
osmotische waarde van 2 oplossingen gelijk
Hypertoon en hypotoon
Oplossing met hoogste osmotische waarde is hypertoon tov hypotone oplossing, welke lagere osmotische waarde heeft
Waarom in schors sterkere doorbloeding dan in niermerg?
omdat in schors nefronen liggen
Welke 2 typen nefronen zijn er?
Corticale nefronen
justamedullaire nefronen
3 eigenschappen cordiale nefronen
Liggen in cortex renalis (schors)
Sterk doorbloed
Erg actief in filtraatmechanisme
2 eigenschappen juxtamedullaire nefronen
Deels in cortex maar tegen medulla aan.
Instandhouding concentratiegradiënt van bloed
Creatinineklaring
volume bloedserum dat door nieren per minuut wordt ontdaan van creatinine.
Formule creatinineklaring
Ck = Uk x V / Pk
Wat is de volgorde van vloeistof door nefron heen?
- kapsel van Bowman
- voorste gewonden buis
- Dalend been lis van Henle
- Stijgend been lis van Henle
- Achterste gewonden buis
- verzamelbuisje