Neuropsychologie Flashcards

1
Q

Rechtstreeks effect op de receptor

A

Nicotine en opiaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Afdekken receptoren

A

LSD en Alcohol

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Re-uptake verminderen

A

Amfetamine en cocaïne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Imiteren anandamide

A

Cannabis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Noradrenaline

A

Allertheid, aandacht, orthosympathisch zenuwstelsel, hartslag omhoog, bloeddruk omhoog, ….

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Endorfine

A

Blokkeert pijn, geeft geborgen en veilig gevoel, bereidt parasympathisch ZS voor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Serotonine

A

Vertraagt, tempert, filtert, ontspant denkproces -> soms bij depressie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Anandamide

A

Versnelt het vuren, zelfde info herhaald (lijkt op cannabis)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Glutamaat

A

versnelt het vuren, samen-vuren in bundel, exciterend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

GABA

A

remt, onderdrukt, zorgt voor pijnafstelling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Dopamine

A

Exciterend, voedt aantrekking, willen en doen, hunkeren, … = belangrijkste NT bij verslaving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Ods & Milner (1954)

A

Genotshypothese = genot zo krachtig dat ze het blijven doen (experiment met de ratten); nuclues accumbens gevonden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Antagonisten

A

Beloning onderdrukken. Antabus bij alcohol; naltrexone bij opiaten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Agonist

A

Gaan de effecten van ander product nabootsen.
- Methadon: bij opiaten, langer effect dan heroïne, kunnen zo weer werk doen
- Baclafone: alcohol; gaba receptoren, niet echt leer voorgeschreven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Soorten opiaten

A

Heroïne, morfine, codeïne; oxycodon, methadon, …

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Incentive sensitization theory of addiction

A

Verschil liking & wanting
- Dopamine codeert het verlangen om iets te vinden, belooft beloning, verlangen nr meer, … (wanting)

  • Endorfines: liking! genot geven, …
17
Q

Dopaminemechanismen (in het overleven, gedreven door dopamine)

A

Wanting & Learning (door dopamine gedreven te zoeken naar eten; je leert herkennen waar te vinden, welke hints wijzen nr eten, …)

18
Q

Uitleg verwachting aanwezigheid beloning (Wolfram Shultz, 1997)

A

Dopamine omhoog bij verwachting; wanneer niet aanwezig zakt het in elkaar. Wanneer meer dan verwacht meer dopamine. Na een tijdje wil je ook steeds meer, want als het te voorspelbaar is minder dopamine.

19
Q

Gevangenisparadox

A

In gevangenis verwachten geen aanwezigheid drugs (minder drang); wanneer plots toch aanwezig is er een hele sterke aanvoer dopamine en kunnen er niet afblijven, ookal zorgt het voor langere straf (beschikbaar en meer dan verwacht)