Mycologie Flashcards
Bij mycologie in welk domein kijken we dan?
In het domein van de eukaryoten.
Waarom zijn penicillines niet geschikt voor de behandeling van fungi?
Omdat ze inwerken op de peptidoglycaanlaag. Deze is niet aanwezig bij fungi.
Wat valt er allemaal onder de fungi?
Fungi is de algemene naam, hieronder vallen de gisten, schimmels en dermatofyten.
De laatste twee zijn multicellulair.
Vertel alles wat je weet over de hyphae
Als een schimmel op een agarplaat groeit zien we meestal de hyphae. We hebben de aereiale hyphae. deze bevatten sporen en staan invoer de reproductie.
Daaronder zitten de vegetatieve hyphae. Deze zorgen voor het groeien.
Hyphae kunnen gesegmenteerd zijn maar ook ce-enocytisch. Dan zitten ze aan elkaar vast.
Wat is de doorsnede van een gist?
10 micrometer ongeveer
Welke gist is belangrijk voor de diergeneeskunde?
Candida, deze groeit asymmetrisch. Er wordt een knop gemaakt, een blastospore.
Die knop komt later los. Op een gist kunnen meerdere blastosporen komen.
De candida albicans kan blastosporen aanmaken die blijven hangen. Deze noemen we ook wel pseudohyfen.
Dit is van belang omdat die pseudohyfen zich invasie in het weefsel kunnen indringen en daardoor moeilijk te behandelen is.
Wat is een blastospore?
Een knop die gemaakt wordt door een gist, deze kan later los komen. Op een gist kunnen meerdere blastosporen komen.
Typisch voor candida albicans is dat die blastosporen ook wel pseudohyfen niet los komen van de gist.
Wat weet je over de celmembraan bij fungi?
Dat dit ergosterol bevat. Dit is bij bacterien afwezig, met uitzondering voor mycoplasma.
Wat weet je over de celwand van fungi?
Deze bevat geen peptidoglycaanlaag. Wel kan er (vnl bij gisten) een capsule zijn. deze kan zeer dik worden.
Vertel alles wat je weet van de subcellulaire structuur van fungi
We hebben de celmembraan, daarboven is chitine gelegen. Verder hebben we beta-1,3-glucanen en er zijn eiwitten.
Beta-1,3-glucanen worden gesynthetiseerd door glycaan synthase, dat aanwezig is in de membraan. Dit kunnen we inhiberen met een antifungaal middel. Verderhebben we ook een antifugale verbinding die ergosterol gaat binden.
Er zijn ook nog 2 stoffen die op de pathway van sqauleen tot ergosterol inhiberen.