Moeilijke woorden Paasexamen Flashcards
alleen woorden van het 2e j
ager
agri, grondgebied/veld
similis
is,e +dat gelijkend op
premere
kwellen
impedire
hinderen
tam
zo (van graad)
postquam
+ind perf, nadat
ubi
+ind perf, zodra
super
+acc op
fama
- gerucht
- faam
ater
atra,atrum zwart donker
dissimilis
is, e +dat verschillend (van)
nonus
a,um negende
decimus
a,um tiende
colligere
verzamelen
amittere
verliezen
olim
- lang geleden
- eens
interum
opnieuw
athenae
arum Athene
Delphi
orum, Delphi
lex
legis wet
dolor
oris pijn
consul
lis consul
familiaris (subs)
is 1.familielid
2. vertrouweling
usus
us, gebruik/nut
tutus
a,um veilig
invitus
a,um tegen zijn zin
certus
a,um zeker
princeps (adj)
cipis, vooraanstaand
familiaris (adj)
is, e 1. van het gezin
2. vertrouwd
simulare
doen alsof
nocére
+dat beschadigen
decipere
io misleiden
igitur
dus
enim
immers
etsi
ook al
apud
+acc bij
Apollo
Apollinis Apollo
metus
us vrees
lacus
us meer
avidus
a,um +gen tuk op
mutare
in +acc veranderen in
complére
vullen
audére
durven
iungère
samenvoegen
crescère
groeien
resistère
+dat zich verzetten tegen
tangere
(aan)raken
invenire
- aantreffen
- uitvinden
fere
bijna
modus
manier
mos
moris gewoonte
facinus
facinoris 1. daad
2. misdaad
fas
onz goddelijke wil
gratus
a,um 1. dierbaar
2. dankbaar
nonnuli
ae, a meerdere
sperare
verwachten
sustinére
- ondersteunen
- tegenhouden
mihi placet +inf
ik beslis te
cognoscere
- leren kennen
- vernemen
perficere
io, voltooien
frustra
tevergeefs
simul
tegelijkertijd
aut
of
dum
+ind pr terwijl
num?
toch niet?
condicio
onis voorwaarde
rupes
rupis rots
sermo
onis m gesprek
proximus
a,um 1. dichtsbij
2. volgend/ vorig
lenis
is,e zacht
petère
- vragen
- streven naar
- halen
consulère
+acc 1.raadplegen
+dat 2. raadgeven
adscendere
in+ acc beklimmen
incipère
io beginnen
qua
langswaar
prope
+acc dicht bij
praeter
+acc 1. langs
2. behalve