microscopie Flashcards

1
Q

Uit welke drie lagen bestaan bloedvaten?

A

Tunica intima
Tunica media
Tunica externa (adventitia)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke bloedvaten hebben maar één laag en welke laag is dat?

A

Capillairen hebben alleen de tunica intima.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de drie lagen van het hart en hun functies?

A

Endocardium – Binnenste laag, bestaat uit endotheelcellen.
Myocardium – Middelste laag, bestaat uit hartspiercellen.
Pericardium – Buitenste laag, bestaat uit:
- Visceraal pericardium (epicardium)
- Pariëtaal pericardium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een andere naam voor het viscerale pericardium?

A

Epicardium.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een kenmerk van de tunica media in arteriële bloedvaten?

A

In arteriën is de tunica media dik vanwege de hoge druk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een kenmerk van hartspierweefsel dat zorgt voor mechanische en elektrische koppeling tussen hartspiercellen?

A

glanslijnen bevatten desmosomen (voor mechanische hechting) en gap junctions (voor elektrische koppeling).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke structuren in hartspiercellen zorgen voor snelle elektrische geleiding?

A

Gap junctions, die zich in de glanslijnen bevinden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is de functie van desmosomen in hartspiercellen?

A

Ze zorgen voor sterke mechanische hechting tussen hartspiercellen, zodat de cellen bij contractie niet uit elkaar trekken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de rol van T-tubuli in hartspiercellen?

A

Ze zorgen voor een snelle verspreiding van actiepotentialen en daarmee een efficiënte contractie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is het verschil tussen skeletspierweefsel en hartspierweefsel qua structuur?

A

Hartspiercellen zijn vertakt en hebben glanslijnen.
Skeletspiercellen zijn lang en cilindrisch zonder intercalated disc

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Hoe verschilt de locatie van de celkern tussen skeletspiercellen en hartspiercellen?

A

Skeletspiercellen: Perifere kernen (aan de rand van de cel).
Hartspiercellen: Centrale kernen (in het midden van de cel).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke lagen van het hart zijn betrokken bij de opslag van vet?

A

Het epicardium, waar veel vetweefsel zit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke laag van het hart ligt direct onder het epicardium?

A

Het myocardium (hartspierlaag).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn Purkinjevezels en wat is hun functie?

A

Purkinjevezels zijn gespecialiseerde hartspiercellen die verantwoordelijk zijn voor de snelle geleiding van elektrische signalen door het hart, waardoor de ventrikels efficiënt kunnen samentrekken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe onderscheiden Purkinjevezels zich microscopisch van normale hartspiercellen?

A

ze lijken op postzegelrandjes door hun onregelmatige, opgedeelde structuur
Ze zijn groter dan gewone hartspiercellen.
Ze bevatten meer glycogeen, waardoor ze lichter aankleuren in histologische preparaten.
Ze hebben minder myofibrillen dan normale hartspiercellen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waar bevinden Purkinjevezels zich in het hart?

A

Purkinjevezels bevinden zich in de subendocardiale laag van het hart, net onder het endocardium.

16
Q

Welke structuur bekleedt het epicardium en wat is de functie hiervan?

A

Het mesothelium bekleedt het pericardium.

Dit is een enkellaags epitheel dat:
Wrijving vermindert tussen het hart en omliggende structuren.
Serieuze vloeistof afscheidt, wat helpt bij soepele bewegingen van het hart.

17
Q

In welke laag van het hart bevinden zich de Purkinjevezels?

A

Ze liggen in de subendocardiale laag, direct onder het endocardium.

18
Q

waar zit het mesothelium

A

Het mesothelium is het buitenste epitheel van het epicardium (het viscerale blad van het pericardium).

19
Q

Waaruit bestaat het endocardium?

A

Endotheelcellen (eenlagig plaveiselepitheel).
Subendocardiaal bindweefsel, waarin ook Purkinjevezels kunnen liggen.

20
Q

Wat is het subendocardiale weefsel en welke structuren liggen hierin?

A

Een laag bindweefsel onder het endocardium.
Bevat Purkinjevezels, zenuwen en bloedvaten.

21
Q

Waar bestaan glanslijnen (intercalated discs) uit?

A

Fasciae adherens → Hechten actinefilamenten van aangrenzende cellen aan elkaar voor mechanische stabiliteit.
Desmosomen → Voorkomen dat cellen uit elkaar getrokken worden tijdens contractie.
Gap junctions → Zorgen voor elektrische geleiding tussen hartspiercellen, zodat het hart synchroon samentrekt.

22
Q

Welke drie soorten spierweefsel bestaan er?

A

Skeletspierweefsel → Willekeurig, sterk, gestreept, lange meerkernige cellen.

Hartspierweefsel → Onwillekeurig, gestreept, vertakte cellen met centrale kernen en intercalated discs.

Glad spierweefsel → Onwillekeurig, niet-gestreept, spoelvormige cellen met één kern.

23
Q

Wat is de functie van de tunica media?

A

De tunica media reguleert de vasoconstrictie en vasodilatatie, waardoor de diameter van het bloedvat verandert en de bloeddruk wordt beïnvloed.

24
Q

Wat is de lamina elastica interna en waar bevindt deze zich?

A

De lamina elastica interna is een dunne elastische laag die de tunica intima scheidt van de tunica media.

25
Q

Waar bevindt de lamina elastica externa zich en wat is de functie?

A

De lamina elastica externa bevindt zich tussen de tunica media en tunica adventitia en zorgt voor extra elasticiteit van de vaatwand.

26
Q

Wat is het vasa vasorum en waar komt het voor?

A

het vasa vasorum is een netwerk van kleine bloedvaten in de tunica adventitia, dat grote bloedvaten voorziet van zuurstof en voedingsstoffen.

27
Q

waaruit bestsat de tunica intimia

A

Endotheel, subendotheliale laag en interne elastische lamina (bij slagaders).

28
Q

waaruit bestaat de tunica media

A

Gladde spieren en elastische vezels.

29
Q

waaruit bestaat de de tunica externa

A

Bindweefsel met collageenvezels, bevat soms vasa vasorum

30
Q

Wat is het verschil tussen een arterie en een vene qua structuur?

A

Arteries hebben een dikkere tunica media met meer elastische vezels en gladde spiercellen.

Venen hebben een dunnere tunica media, grotere lumina en klepjes (valves) om terugstroom van bloed te voorkomen.

De tunica adventitia is relatief dikker in grote venen.

31
Q

Wat is een arteriole?

A

Een klein bloedvat dat ontstaat uit een arterie, met een laagje endotheel en weinig bindweefsel.

32
Q

Wat is een capillair?

A

Een bloedvat bestaande uit slechts een enkele laag endotheelcellen, waar alleen nog maar een erytrocyt doorheen past.

33
Q

Wat is de basale lamina?

A

Een laag glycoproteïnen die het endotheel omgeeft en onderdeel is van het basaalmembraan.

34
Q

welke laag in de arteria bestaat vooral uit bindweefsel

A

tunica adventitia

35
Q

in welk type bloedvat tref je geen vasa vasorum