Medische begeleide voortplanting Flashcards
MBL medisch begeleide voortplanting
Verzamelnaam voor reeks technieken die procreatie mogelijk maken bij
–Heteroseksuele koppels met fertiliteitsproblemen
–Heteroseksuele koppels met genetische contra-indicaties voor natuurlijke procreatie
–Personen en/of koppels die kinderen wensen in omstandigheden die geen natuurlijke procreatie toelaten
Belang van fertiliteitsproblematiek
§ Subfertiliteit >< reproductive failure (bvb. herhaald miskraam)
§ Uitblijven van zwangerschap na een jaar
§ Treft tot 15 pct. van de koppels (m.i.v. eenvoudig behandelbare vormen)
Voorwaarden voor menselijke vruchtbaarheid
- Produktie van gameten:
–spermatogenese
–oögenese
- Extrusie van gameten:
–ejaculatie
–ovulatie
- Samenkomst van de gameten:
–migratie zaadcel
–migratie eicel
- Penetratie zaadcel in eicel
- Migratie bevruchte eicel en implantatie
Overzicht technieken
- KI (Kunstmatige inseminatie)
- IVF (In Vitro Fertilisatie)
- PID (pre-implantatie-diagnose)
- ICSI (intra-cytoplasmatische sperma-injectie)
- Kloneren
Kunstmatige inseminatie
A. ‘Homoloog’ of ‘autoloog’
–Met semen van echtgenoot (K.I.E.) of partner (K.I.P.)
B. ‘Heteroloog’
–Met semen van (al dan niet anonieme) donor (K.I.D.)
In-vitrofertilisatie (IVF)
- Doel: Bevruchting buiten het lichaam (overbrugging van de afgesloten eileiders)
- Hoe?
- Ovariële hyperstimulatie
- Eicelmaturatie
- Eicelaspiratie (pick-up)
- In-vitrofertilisatie
- Embryo terugplaatsing
- Ondersteuning luteale fase
- stappen
1. HORMONALE STIMULATIE
2. EICELPUNCTIE
In-vitrofertilisatie (IVF)
Resultaten IVF
Hangen af van
–de leeftijd van de vrouw
–aantal embryo’s ( 3 = 2 = 1 ? ? )
–kwaliteit embryo’s
–(aantal voorgaande pogingen)
UZG: 35% per gestarte cyclus
37% per transfer 18% miskraam 2% ectopische zwangerschap 80% evolutief: 70% eenlingen
28% tweelingen
2% drielingen
Soorten IVF naar oorsprong
van gameten
- ‘Homoloog’ of ‘autoloog’
–Eicel van vrouw die embryo draagt wordt bevrucht met zaadcel van haar partner - ‘Heteroloog’
–IVF met spermadonatie
–IVF met eiceldonatie
–IVF met embryodonatie (beide gameten zijn afkomstig van donoren)
Pre-implantatie-diagnose (PID)
- Techniek waarbij genetische kenmerken van embryo worden geanalyseerd vòòr de inplanting ten einde op grond hiervan beslissing over inplanting te nemen
- Gebeurt door bij achtcellig (totipotent) embryo twee cellen weg te nemen met oog op DNA-analyse
- Na genetische analyse: beslissing over welke embryo’s men verder laat ontwikkelen
ICSI
- Intra-cytoplasmatische sperma-injectie
- Indicatie:
1. ernstige vormen van mannelijke infertiliteit (extreme OAT tot azoöspermie), waar IVF geen zin heeft
2. gefaalde IVF (<20% der eicellen bevrucht) - Varianten:
–MESA = microscopische epididymaire sperma aspiratie: aspiratie van zaadcellen uit de bijbal.
–Indicaties: obstructieve azoöspermie (bvb. post sterilisatie)
–TESE = testiculaire sperma extractje (testis biopsie)
–Indicaties: idem + non-obstructieve azoöspermie (hypospermatogenese)
Reproductief kloneren
- Reproductief kloneren: ‘het voortbrengen van een individu wier genen identiek zijn met die van het menselijk organisme van waaruit het kloneren werd gerealiseerd’
- Kloneren gebeurt door kern van (haploïde) eicel te vervangen door kern van (diploïde) somatische cel
- Reproductief menselijk kloneren is verboden (art. 6 wet van 11 mei 2003 betreffende het onderzoek op embryo’s in vitro)
- Essentieel verschil met therapeutisch kloneren waarbij (genetisch identiek) weefsel van te behandelen persoon wordt aangemaakt (op basis van ‘stamcellijnen’)
Ethische en juridische dilemma’s
- Voor wie mag MBV aangewend worden:
–Enkel als therapie (bij heteroseksuele koppels in vruchtbare leeftijd) ?
–Of ook als alternatief
§ Voor (holebi-) koppels ?
§ Voor alleenstaande vrouwen ?
§ Tot welke leeftijd? - Afstammingsgevolgen – Technieken leiden tot mogelijke scheiding van:
–Genetisch
–Gestatief
–Sociaal-educatief
–Juridisch ouderschap - Hoe omgaan met ‘boventallige’ embryo’s
–Vernietigen ?
–Gebruiken voor wetenschappelijk onderzoek ?
§Welk onderzoek ?
§Hoelang (in ontwikkeling) ?
–Bewaren (cryopreserveren)
§Met welk doel ?
§Hoelang ?
§Wie beslist over bestemming ?
–Doneren ?
- Hoe omgaan met gedoneerde gameten
–Bewaren ?
–Hoelang ?
–Steeds (volledig) anoniem ?
Actueel juridisch kader
- Tot juli 2007: geen bijzondere wetgeving inzake medische begeleide voortplanting
Wel
–Art. 318 § 4 BW
–Wet van 11 mei 2003 betreffende het onderzoek op embryo’s in vitro
–KB van 15 februari 1999 tot vaststelling van de normen voor zorgprogramma’s reproductieve geneeskunde
Art. 318 § 4 BW
- “De vordering (tot betwisting van het vaderschap door een gehuwde man) is niet ontvankelijk wanneer de echtgenoot toestemming heeft gegeven tot kunstmatige inseminatie of tot een andere daad die de voortplanting tot doel had, tenzij de verwekking van het kind niet het gevolg kan zijn van die behandeling”
- Wordt historisch beschouwd als erkenning van legitiem karakter van KID
KB 15 februari 1999
* Voert kwaliteitsnormen voor zorgprogramma’s reproductieve geneeskunde in
* Met onderscheid tussen
–Zorgprogramma’s B (volledige behandeling, met inbegrip van IVF, herplaatsing van embryo’s, bewaring van gameten en embryo’s)
–Zorgprogramma’s A (patiëntenbehandeling en – begeleiding, prelevatie van gameten)
–Overeenkomsten tussen ziekenhuizen met zorgprogramma’s A en B
* Bepaalt dat IVF enkel kan in erkende zorgprogramma’s
–Rem op proliferatie van IVF-centra (en daardoor misschien op commercialisering)
–Zou via band met ziekenhuizen en ethische comités zorgen voor mogelijkheid tot ethische reflectie en zelfregulering