management Flashcards
1
Q
Wat is gezondheidszorg
A
- Alles wat te maken heeft met het gezond hoduen van mensen, ook zelfredzaamheid. Het geheel van zorgverleners (en ondersteunend personeel) instellingen, middelen en activiteiten dat direct gericht is op instandhouding en verbetering van gezondheidstoestand en/of zelfredzaamheid en op het reduceren, opheffen, compenseren en voorkomen van tekorten
2
Q
Wat is het gezondheidsstelsel
A
- Zorgstelsel is breder dan gezondheiszorg, omvat naar zorgverlening ook activiteiten van partijen die meer op afstand staan van primaire proces. Financieën, beleid, kwaliteit, verzekeraars, betrokken instanties. Alle organisaties in totaliteit is het gezondheidsstelsel
3
Q
Benoem de 4 indelingen van gezondheidszorg
A
- Zorg naar zorgbehoefte
a. Zorg rondom geboorte
b. Gezond blijven
c. Beter worden
d. Leven met handicap - Zorg naar plaats behandeling
a. Intramuraal; binnen muren van instelling (ziekenhuis)
b. Extramuraal; buiten muren van instelling (eerste lijn, fysiopraktijk/huisartspraktijk)
c. Semimuraal; binnen muiren van instellingen maar word tniet opgenomen, dagverpleging
d. Transmurale zorg; ook wel ketenzorg, door de muren heen, combi van intra en extramuraal. Verschillende disciplines van invloed maar specialist is verantwoordelijk - Zorg naar behandelingsniveau
a. Nulde zijn preventie
b. Eerste lijn direct toegankelijk of aan huis
c. Tweede lin intramuraal ziekenhuis
d. Derde lijn hoog specialistische zorg verpleeghuizen - Zorg naar doelgroep
a. Totale bevolking
b. Gericht op geslacht en leeftijd (moeder-kindzorg)
c. Gericht op bevolkingsgroepen (militair)
d. Gericht op bepaalde ziekte of handicap
4
Q
Hoe ziet te zorgmarkt er uit voor de fysiotherapeut
A
- De markt wordt bepaald door 3 partijen, client, zorgverzekeraar, ondernemer/zorgverlener.
- Client heeft behoefte aan zorg, ondernemer levert en zorgverzekeraar die de diensten inkoopt.
5
Q
Wat is een bedrijf
A
- Een bedrijf is een organisatie die zich bezig houdt met handel in goederen en/of diensten aan klanten, klanten kunnen consumenten of andere bedrijven zijn. Een bedrijf is een bedrijf als het werk verdeeld wordt en de taken gecoördineerd worden en de structuur van een organisatie een combinatie van deze beiden zaken is
6
Q
Welke rechtsvormen van bedrijven zijn er
A
Rechtsvormen zonder rechtspersoonlijkheid
- Eenmanszaak; snel eenvoudig op te richten, nadeel = met prive-vermogen aansprakelijk voor schulden bedrijf
- Vennootschap onder firma VOF; alle vennoten (partners) brengen iets in bijv. geld goederen.
- Commanditaire vennootschap CV; een stille vennot of commanditaire vennoot heeft directe band met bedrijf, een geldschieter
- Maatschap; samen met anderen als zelfstandig ondernemer, samen met partners een beroep beoefenen onder gemeenschappelijke naam
Rechtsvormen met rechtspersoonlijkheid
- Besloten vennootschap BV; het kapitaal is verdeeld in aandelen minimaal 0.01, die in bezit zijn van de aandeelhouders, macht ligt bij de aandeelhouders, bestuurders geven de dagelijke leiding
- Naamloze vennootschap NV; kapitaal verdeeld in aandelen maar vrij verhandelbaar op beurs, minimaal aandelenkapitaal van 45.000
- Vereniging, een wens of doel in samenwerking met anderen bereiken is met een vereniging
- Coöperatie en onderlinge waarborgmaatschappij, als individuele ondernemer profiteren van de voordelen van een collectief, gezamenlijke inkoop of marketing
- Stichting, bepaald maatschappelijk, sociaal of ideëel doel realiseren en vermogen beschikbaar kan met een stichting.
7
Q
Wat is een externe analyse
A
- Er dient een hoge mate van fit te zijn tussen wat de organisatie kan en wilt en de ontwikkelingen in de omgeving. De omgeving kan verdeeld worden in transactionele (meso) en contextuele (macro) omgeving. De contextuele omgeving kan niet wodren aangepast en de organisatie moet zich hieraan aanpassen, zo goed mogelijk in kaart brengen en gebruiken.
- Een externe analyse begint met analyseren van de buitenste ring (contextuelen omgeving) en daarna gaat de aandacht naar transactionele omgeving, je komt steeds dichterbij de organisatie.
- Contextuele omgeving analyse mogelijkheid is PEST
- Transactionele omgeving analyse mogelijkheid is 5 krachten model van porter, stakeholder analyse
8
Q
Beschrijf de PEST methode
A
- Politiek-juridisch (bijv. fysio in basispaket)
- Economisch (bijv. meer geld is eerder naar fysio)
- Sociaal-demografisch (bijv. migranten vrouwen)
- Technologisch (bijv. robot training, ect)
9
Q
Beschrijf het 5 krachten model van Porter
A
- Het model van Porter gaat uit van krachten die bepalen hoe groot de concurrentie is, je hebt als organisatie bestaansrecht als je een strategisch voordeel hebt. Dit voordeel wordt behaald door de organisatie te positioneren dat zij anders zijn maar de zelfde doelgroep benaderen er zijn 5 domeinen van invloed
- Concurrentie (bestaande ondernemingen)
- Nieuwe toetreders (nieuwe praktijk)
- Client/patiënt (als ze avond uren verwachten kan dit bepalend zijn waar ze naar toe gaan)
- Alternatieve diensten (mensediek, manueletherapie)
- Leverancies (zogverzekeraars, verwijzers)
10
Q
Wat is een regioanalyse
A
- Een regioanalyse is van de bevolking van de regio hieronder valt de leeftijdsverdeling, geslacht, opleidingsniveau, inkomstenverdeling
11
Q
Beschrijf de volgende wetten. Maatschappelijke ondersteuning / tegemoetkoming chronisch zieken en geandicapten / zorgtoeslag / algemene wet bijzondere ziektekosten / toelating zorginstelling
A
- Wet maatschappelijke ondersteuning Wmo; de gemeenten moeten zorgen dat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen, deze ondersteuning geeft de gemeente via de WMO. Begeleiding, ondersteuning om mantelzorg te ontlasten, beschermde woonomgeving
- Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten Wtcg; is afgeschaft in 2014 in plaats daarvan is de WMO of bijzondere bijstand
- Wet op zorgtoeslag; een financiële tegemoetkoming in de premie van zorgverzekering vanwege een laag inkomen.
- Algemene wet bijzondere ziektekosten; is voor mensen die langdurige zorg en ondersteuning nodig hebben als gevolg van ziekte of handicap.
- Wet toelating zorginstelling; hier zijn de eisen in vastgesteld waaraan zorginstellingen moeten voldoen willen zij zorg aanbieden met vergoedingen via zorgverzekeringswet
12
Q
Wat is een interne analyse
A
- De interne analyse is bepaald aan de hand van de processen die er binnen een organisatie plaats vinden.
- In de eerste sectie worden de waardeketen van de organisatie uitgelegd
- In de tweede sectie de competenties en middelen die nodig zijn voor elk van de processen
- de derde sectie gaat in op de manier hoe een organisatie de klant van toegevoegde waarde voorziet door gebruik te maken van de competenties, middelen en processen
- vierde sectie behandelt de activiteiten van de organisatie
- deze resultaten maken het mogelijk de sterke en zwakke punten van de organisatie te identificeren
13
Q
wat is een stakeholders analyse
A
- stakeholders zijn individuen of groepen die een belang, interesse, claim of aandeel hebben in de activiteiten van de fysio praktijk en dus invloed op de ideeën. Dit zijn bijv. patienten, verwijzer, zorgverzekeraars.
- Er zijn 2 belangrijke aspecten, het belang en macht. Wat voor belang heeft een stakeholder voor mij en hoeveel macht heeft deze. Tegen over elkaar krijg je de mate van invloed. Hoog belang en veel macht is een sleutelspelen en deze krijgt veel aandacht
- Veel invloed weinig belang is de zorgverzekeraar die moet je tevreden houden
- Veel belang weinig invloed is de huisarts als je veel DTF werkt en dus geen verwijzingen krijgt.
14
Q
Wat zijn competenties in kader van interne analyse
A
- Een competentie is een speciaal type middel specifiek een in een de organisatie verankerd, niet overdraagbare capaciteiten, kennis en vaardigheden waarvan het doel is de productiviteit te verbeteren van andere middelen van het bedrijf. Middelen zijn input in de bedrijfsprocessen als geld, uitrusting, kennis en vaardigheden van werknemers.
- Het bundelen van middelen leidt tot een bepaalde competentie de kern voor concurrentievoordeel ligt in de competenties en middelen waarover een organisatie beschikt.
- Om in kaart te brengen over welke middelen en competenties nodig zijn, zijn de volgende vragen
- Bekijk het proces en activiteiten en bepaald welke competenties en middelen nodig zijn om activiteit goed uit te voeren
- Identificeer overige competenties en middelen die de organisatie heeft maar niet direct onder bepaalde activiteit of competentie geplaats kunnen worden
- Hebben deze competenties of middelen toegevoegde waarde waar de patiënt behoefte heeft.
Competenties zijn een verzameling van kennis, ervaring en persoonlijke vaardighedne
Kerncompetenties zijn aspecten waarin de praktijk uitblinkt
15
Q
Wat is een SWOT analyse
A
- Een SWOT analyse is het formuleren van sterke en zwakke punten uit de interne analyse en het formuleren van kansen en bedreigingen vanuit de externe analyse
- SWOT staat voor, strenghts, weaknesses, opportunities, threaths
