Les III medisch Flashcards

1
Q

3 G’s van de psychologie

A

-Gedrag - doen
-Gedachten - denken
-Gevoelens - voelen
Gedachten en gevoelens zijn samen ‘psychologisch’ in de enge zin

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

De kracht van de psyche

A

-Psychologie van (chronisch) lichamelijk ziek zijn
-Mind-body interacties ahv capita selecta (stress en het hart, stress en de hersenen, prenatale stress)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Van biomedisch naar biopsychosociaal model

A

-Het biopsychosociale model is een multifactorieel model en een balansmodel
-Complexiteit: dynamisch, feedback loops - circulariteit
-Model(leren) staat niet gelijk aan de realiteit
-Empirische cyclus van deductie en inductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Multifactorieel

A

Samenspel van vele verschillende oorzaken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Factoren kwetsbaarheid-weerbaarheid

A

-Genetische factoren
-Intra-uteriene factoren (Barker-hypothese) (eerste negen maanden)
-Vroegkinderlijke ervaringen
-Sociale steun, relaties
-Coping, persoonlijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Factoren belasting-stress

A

-Omgevingsfactoren
-Toxische stoffen
-Ingrijpende levensgebeurtenis
-Verlieservaringen
-Conflicten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Paternalisme

A

Dat je iemands vrijheid beperkt, omdat je vindt dat dat in het belang is van die persoon
Was vroeger hoe als arts werd gehandeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Therapietrouw

A

-Compliance - fidelity - adherence - concordance - alliance: verschillende connotaties -> van paternalisme naar gemeenschappelijke besluitvorming (shared decision making)
-Voor medicatie, maar ook afspraken, revalidatieprog, levenstijlveranderingen
-De mate waarin gedrag van patiënt overeenkomt met medisch advies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Problemen therapietrouw

A

Te veel of te weinig, verkeerde tijdstip/interval, drop-outs, drug holidays, andere geneesmiddelen bijnemen… - vaak partiële therapietrouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Dose-frequency compliance

A

(genomen/voorgeschreven tabletten)x100

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Dose-interval compliance

A

% van de dagen met correcte inname

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Meten therapietrouw simpel

A

-Anamnese
-‘Dagboek’
-Pillen tellen
-Voorschriften tellen
-Inaccuraat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Meten therapietrouw niet simpel

A

-Drug/metaboliet concentratie
-In onderzoekscontext: MEMS (medication event monitoring system)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly