Les 8: behandeling van cariës Flashcards

1
Q

2 soorten behandelingen cariës

A
  • curatief/operatief (vanaf wanneer doen we dit dan, met welke techniek?)
  • preventief/niet operatief (mh, fluor, dieet)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

geef de 3 principes van cariës controle

A
  • verstoor dagelijks, mechanisch de vorming en structuur van de dentale biofilm
  • gebruik steeds fluorhoudende tandpasta
  • verlaag de dagelijkse inname van fermenteerbare koolhydraten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat controleren we bij elk tandartsbezoek (mondhygiëne)

A
  • elektrische/ manuele tandenborstel
  • poetstechniek
  • interdentaal reinigen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is de hoeksteen van niet- operatieve behandeling voor cariës

A

plaque- controle

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Fluor bestaat in verschillende vormen, zoals

A
  • fluoride applicatie (gel, lak)
  • gefluorideerd water (<1ppm)
  • fluoride tabletten
  • tandpasta (min 1000ppm)
  • gefluorideerd zout
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

fluorosis

A

hypomineralisatie van de tand door teveel fluoride inname

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is de lethale dosis van fluoride

A

15mg/kg lichaamsgewicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bij inname van hoeveel fluoride moet men al ingrijpen

A

bij 1mg/kg lichaamsgewicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

symptomen van overdosis fluoride

A
  • braken
  • speekselvloed
  • misselijk
  • dood binnen 24u, door hart of ademhalingsproblemen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

door wat wordt fluoride overdosis geneutraliseerd

A

gedeeltelijk door melk + maagspoeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

dieet hangt af van 3 factoren

A
  • frequentie suikerinname
  • hoeveelheid suikerinname (verborgen suikers)
  • dieetadvies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

dieetadvies (4)

A
  • drink water
  • eet minder suiker, minder zoetigheden
  • vermijd snacks tussen maaltijden
  • check of medicijnen geen toegevoegde suikers hebben
  • beperk suikerinname tot 5% van totale energie inname
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

speekselcontaminatie in de restauratiefase kan zorgen voor

A
  • een verminderde hechting van composiet

- desintegratie van opp lagen GI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hoe kunnen we vocht contaminatie vermijden?

A
  • wattenrollen
  • rubberdam
  • speciale technieken voor cervicale laesies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

voordelen van rubberdam

A
  • werkterrein volledig vrij van speeksel en bloed
  • beschermt patiënt tegen inslikken van partikels en instrumenten
  • verbetering van zichtbaarheid tgv kleur
  • mondspiegel beslaat niet
  • beschermt slijmvliezen tegen irriterende producten
  • drukt gingiva weg waardoor diepe preparaties en cervicale caviteiten beter zichtbaar worden
  • behandelaar ondervindt minder hinder van tong, wang, lippen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wanneer is rubberdam moeilijk te plaatsen

A
  • bij onvolledig doorgebroken elementen
  • derde molaar
  • sterk gemutileerde tanden/ uitgebreide preparaties
  • ruimtegebrek
  • overgevoeligheid
17
Q

Wanneer kan men wattenrollen gebruiken

A
  • voor korte periode
  • in combinatie met speekselzuiger
  • geringe vocht contaminatie is geen probleem
18
Q

indicaties wattenrollen

A
  • nauwkeurige inspectie van de elementen
  • rubberdam kan niet geplaatst worden
  • bij fluoride applicatie
  • bij tijdelijke restauratie
19
Q

droogleggen van cervicale laesies door

A
  • contourstrips
  • gemodificeerde klem+ rubberdam
  • minimale gingivaflap
20
Q

indicatie fissuurlakken/sealants

A
  • onregelmatige, gegroefde fissuren
  • plaqueverwijdering kan niet efficiënt gebeuren
  • cariës controle faalt
  • erupterende molaar, onder occlusie niveau
21
Q

doel van sealants

A
  • preventie van fissuurcariës
  • fissuren bedekken zodat ze makkelijker te reinigen zijn
  • -> altijd samen met cariës controle opvoeding
22
Q

voordelen sealants

A
  • geen invasieve interventie

- ontwikkeling van laesies elders in het element wordt voorkomen

23
Q

wat is essentieel voor een succesvolle verzegeling

A

langdurige retentie en afwezigheid van lekkage

24
Q

sealen is primaire of secundaire preventie?

A

secundair

25
Q

wat heeft invloed op de retentie van de fissuurlak

A
  • doorbraakfase van de tand
  • leeftijd
  • bk/ok
  • rangnummer van de tand
26
Q

oorzaken van de retentie van fissuurlak

A
  • toegankelijkheid
  • kans op vochtcontaminatie
  • werking van de zwaartekracht
27
Q

etsen doodt hoeveel % bacteriën

A

75%

28
Q

is de lak zelf toxisch voor de bacterie

A

nee

29
Q

wat voor materiaal gebruikt men voor sealants

A
  • kunsthars (licht/chemisch uithardend en vulstof)

- glasionomeer ( chemische uitharding)

30
Q

kenmerken glasionomeer

A
  • fluor afgifte
  • bij moeilijke isolatie (onvolledige eruptie)
  • gaat sneller verloren dan kunsthars (etsen vooraf)
  • laag- visceus/ hoog visceus
31
Q

reinigen van de fissuur kan met

A
  • puimsteen
  • air polishing met natriumbicarbonaat
  • beslijpen
  • zandstralen met AlO3= air abrasion
  • met sonde of propere borstel
32
Q

Beslijpen kenmerken

A
  • ongunstige fissuurvorm elimineren
  • beter zicht, inschatten uitbreiding cariës
  • reductie van het aantal MO met 95%
33
Q

Zandstralen AIO3

A
  • fissuur wordt perfect gereinigd
  • betere adaptatie en penetratie van lak
  • minder micro- lekkage
34
Q

AIO3

A

aluminiumoxide

35
Q

Geef de behandelmethode voor het aanbrengen van fissuurlak

A
  • Droogleggen
  • etsen
  • aanbrengen van de fissuurlak
  • polymeriseren (high power LED-lamp)
  • verwijderen zuurstofgeremde laag
  • controle retentie
  • controle occlusie
  • nacontrole
36
Q

Verzegelen met GI: methode

A
  • reinigen van pitten en fissuren met puimsteen en borstel
  • conditioneren van opp met poly-acrylzuur (10/15 sec)
  • afspoelen conditioner
  • drogen met wattenbolletje
  • GI poeder/vloeistof mengen
  • aanbrengen
  • bijwerken met handinstrument