les 4 BA: Heupgewricht Flashcards
heupgewricht: ?
- gewrichtsvlakken
- A (C)
- B
art. coxae
os coxae: acetabulum (A)
-op de benige rand van het acetabulum zit het labrum acetabuli (C)
→ vergroot de diepte van de gewrichtspan
-in het midden van het acetabulum zit een vetkussentje
femur: caput femoris (B)
heupgewricht
-kenmerken
(B, C)
kogelgewricht:
kop (B) wordt bijna volledig omsloten door de kom (A)
heupgewricht
kenmerken:
-sterk gewrichtskapsel
(A, B)
membrana synovialis (A): vertrekt op het labrum van het acetabulum naar de rand van het kraakbeen op de femurkop, vormt een ‘omslagplooi’
membrana fibrosa (B)
heupgewricht
kenmerken:
-sterk gewrichtsbanden
(A1, A2, A3)
→ helpen bij de stabilisatie van het bekken
- benige kom
- sterk kapsel
- gewrichtsbanden
- sterke omliggende spieren zorgen ervoor dat er zelden een luxatie (ontwrichting) optreedt in het heupgewricht
(heupgewricht)
kogelgewricht
-kenmerken
- 3 bewegingsassen
- loodrecht op elkaar
-doorheen centrum van de femurkop
= draaipunt van het heupgewricht
(Bewegingen in het heupgewricht)
flexie/anteversie
extensie/retroversie
-rondom de transversale as
- flexie/anteversie: 140°
- extensie/retroversie: 20°
(Bewegingen in het heupgewricht)
abductie & adductie
- met gestrekt heupgewricht (A)
- rondom sagittale as
- abductie: 50°
- adductie: 30°
(Bewegingen in het heupgewricht)
abductie & adductie
- met 90° buiging heupgewricht (B)
- rondom verticale as
- abductie: 80°
- adductie: 20°
(Bewegingen in het heupgewricht)
endo-/binnenwaartse rotatie
exo-/buitenwaartse rotatie
-90° buiging heupgewricht (A)
- endo-/binnenwaartse rotatie: 40°
- exo-/buitenwaartse rotatie: 50°
(Bewegingen in het heupgewricht)
endo-/binnenwaartse rotatie exo-/buitenwaartse rotatie
-buiklig met gestrekte heup (B)
- endo-/binnenwaartse rotatie: 40°
- exo-/buitenwaartse rotatie: 30°