Les 4 Afweer en toepassingen van immunologie Flashcards
- Kan aangeboren en adaptieve immuniteit onderscheiden
Eerste lijn: fysieke barrieres: huis,slijmvliezen mechanisch: cilia, vloeistofstroom chemisch: oa lysozym, ph, antimicrobiele peptide biologisch: normale microbiota
Tweede lijn, aspecifieke afweer
staat paraat
fagocytose, complement, interferon, ontsteking, koorts
adaptieve immuniteit is de derde linie afweer
aangepast aan de ziekte verwekker
moet opgebouwd worden: duurt langer
induceert geheugen
- Kan in de les behandelde onderdelen van de eerste lijns afweer benoemen en verklaren
eerste lijn: fysieke barrieres: huis, slijmvliezen mechanisch: cilia, vloeistofstroom chemisch: oa. lysozym, ph, antimicrobiële peptide biologische: normale microbiota
- Kan de algemene eigenschappen van een PAMP benomen en het lang van PAMPs voor de afweer uitleggen
Pathogen-associated molecular patterns (PAMPs)
vaste patronen op bacteria, virussen of scimmels
herkenning door pattern recognition receptors (PRR)
>cytokine release
- aantrekken fagocytose
- reguleren van afweer en ontsteking
- activeren adaptieve immuniteit
Kan de verschillende stappen van fagocytose benoemen
Stap 1: chemotaxis en adhesie
Stap 2: ingestion binnen halen van het fagocyt
Stap 3: formatie van het fagosoom
Stap 4: fuseren van het fagosoom met het lysosoom tot fagolysosoom
Stap 5: digestie door enzymen in het fagolysosoom
Stap 6: formatie van het residu en afgebroken materiaal
Stap 7: afgebroken materiaal weggooien
- Kan het proces van ontsteking en koorts bescheijven
proces ontsteking
- door beschadiging aan de fysische barriere kunnen pathogenen binnendringen. Als gevolg hiervan komen cytokinen vrij.
- de bloedtoevoer neemt toe, evenals de doorlaatbaarheid van de bloedvatwanden.
- de fagocyterende cellen verlaten het bloedvat en migrerren richting de pathogenen
- een fagolysosoom breekt het pathogeen af, waardoor alleen antigenen overblijven.
Deze zijn belangrijk voor de specifieke afweer (PAMPs)
Proces koorts:
koorts is een abnormale verhoging van de bloedtemperatuur, wat een bijeffect is van een onstekingsreactie. Hierbij worden IL1 en TNF-a gevormd door fagocytsen, wat de hypothalamus aanstuurt tot het verhogen van de temperatuur. Dit zorgt ervoor dat de cellen in het lichaam sneller kunnen werken.
- kent de functie van interferon (alfa, beta)
als een cel geinfecteerd word door een virus, gaat het interferonen produceren. Deze activeren cytotoxische T-cellen en macrofagen, zodat nabijgelegen cellen gewaarschuwd worden. Deze cellen maken vervolgens antivirale eiwitten aan, zodat ze beschermd worden tegen het virus.
- kan globaal de functies van complement acitvatie beschrijven
cascade van enzymen activatie via antilichaambinding (klassiek) of directe herkenning (lestine/alternatieve pathway) functies: - cytolyse - opsonisatie - inflammatie
- kan hymoale en cellulaire afweer onderscheiden
cellulaire immuniteit
- T-lymfocyten
humorale immuniteit:
- B-cellen, antistoffen
- Kan factoren noemen waardoor HIV het immuunsysteem omzeilt