Les 3 Flashcards

1
Q

Endogene verkleuringen oorzaken

A
porfyrie
hemolytisch anemie
ghost teeth
amelogenesis
chemotherapie
turner tand
fluorose
tetracyclines
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

porfyrie

A

stofwisselingsziekte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hemolytischa nemie

A

rbc worden afgebroken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

turner tand

A

melktand veroorzaakt schade aan definitieve tand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Infiltrieve verkleuring

A

als kleurstoffen van buitenaf de harde tandweefsels binnendringen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

pseudoverkleuringen

A

aanslag op de tand waardoor tandkleur slechts gemaskeerd wordt, kunnen we wegkrijgen met scaler of polijsten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Voorbeelden van verkleuring als gevolg van afbraak

A

slijtage
erosie
caries

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bleken

A

verandering van intrinsieke kleur van het glazuur en dentine in een wittere, lichtere tint met behulp van stoffen die vrij radicalen en ionen scheiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe werkt de kleur zwart?

A

als alle kleuren worden geabsorbeerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

hoe zien we de kleur wit?

A

als alle kleuren worden gereflecteerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hoe zien we de kleur groen?

A

als alleen groen wordt geabsorbeerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is er nodig voor een goede kleurbepaling?

A

voldoende lichtsterkte
kleurtemperatuur van de lichtbron
visuele hulpmiddelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Vita kleurenschaal

A

A=Oranje
B= Geel
C= geel grijs
D = oranje/grijs

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Value

A

hoe licht/donker een tand is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hue

A

kleurverzadiging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

chroma

A

staat effectief voor de kleur

17
Q

Colorimeters

A

absorptie van licht met een beperkte golflengte-interval wordt gemeten

18
Q

Spectrofotometers

A

het liht worden gemeten dat gereflecteerd wordt door een opaak object

19
Q

CCD

A

charged couple devices

20
Q

Endogeen formatief

A

uit lichaam afkomstig agentia in dentine/glazuur ingebouwd. Hiertoe worden hypocalcificaties en erfelijke stoornissen van het glazuur of dentine ook gerekend

21
Q

Endogeen posteruptief

A

vorming van tertiar dentine in de pulpa, pulpa obliteratie, pulpa bloeding

22
Q

pulpa-obliteratie

A

veroudering

23
Q

exogene posteruptieve infiltratie

A

vanuit de mond in het glazuur of dentine geinfiltreerd

24
Q

exogene posteruptieve pseudoverkleuring

A

aanslag op buitenzijde van gebitselementen

25
Q

exogene posteruptieve afbraakverkleuring

A

dunner worden van glazuur, blootliggend tandbeen

26
Q

Waarom wordt het glazuur bij ouderen geler?

A

afzetten secundair dentine

slijtage glazuur

27
Q

OTC

A

over the counter
geen voorschrift nodig
Max 0,1 waterstofperoxide

28
Q

H2O2

A

6%

dikkingsmiddelen zodat het beter op de tand blijft zitten.

29
Q

Carbamideperoxide

A

18%
gaat uiteen vallen in waterstofperoxide
langer werkzaam omdat het trager uiteenvalt dan H2O2

30
Q

HOe kan de werkingsduur van bleekproces verbeterd worden?

A

door toevoeging van additieven die de vorming van vrije radicalen bevorderen
Warmte bevorderen

31
Q

Wat gebeurd er als je niet stopt bij het verzadigingspunt?

A

de glazuurmatrix zal worden afgebroken

32
Q

Intern bleken

A

natriumperboraat
enkel voor avitale elementen
boven gutapercha komt GIC en daarboven het bleekmiddel

33
Q

NAf

A

beschermt tegen ontkalking tijdens bleken
Berschermt tegen laterale erosie
verkort de bleektijd
bestrijd tandpijn

34
Q

KNO3

A

kaliumnitraat

bestrijdt tandpijn

35
Q

Water

A

gaat uitdroging van glazuur tegen

bestrijd tandpijn

36
Q

Micro erosieve abrasieve methode

A

zuur laten inwerken op element, vervolgens met puimsteen polijsten
5-10x herhalen

37
Q

whitening strips

A

buigbare polythyleenstrip wordt tegen frontelement aangedrukt

38
Q

nadelen van whitening strips

A

elementen in malpositie moeilijker te bleken

bleekmateriaal komt met gingiva in aanraking

39
Q

Conclusie over bleken

A

alle peroxideafscheinde producten bleken

homebleaching werkt maar vraag discipline van patient