Hoorcollege 5 Flashcards

1
Q

2 vragen van Popper

A
  • kunnen we wetenschap redden van irrationaliteit van inductie?
  • kunnen we een ander demarcatiecriterium geven?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

overeenkomsten Popper en LP

A
  • empirie is van belang (LP te radicaal)
  • Logica en wiskunde kunnen worden gebruikt
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

verschil Popper en LP

A

ander wetenschappelijk model
- LP = observatie –> inductie –> verifiëren via inductie
- Popper = probleem –> hypothese –> weerlegging zoeken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

4 kenmerken van Poppers kritisch rationalisme

A
  1. falsificationisme
  2. ingeboren ideeen
  3. KRITISCH rationalisme
  4. kritisch RATIONALISME
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  1. 4 kenmerken van poppers Falsificationsime
A

1.1 feilbaarheid van de mens
1.2 falsifieerbaarheid als demarcatiecriterium
1.3 enkele falsifieerbare theorieën zijn informatief
1.4 enkel door falsificatie kunnen we kennis vergroten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

1.1 feilbaarheid van de mens

A

mensen kunnen fouten maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

1.2 falsifieerbaarheid als demarcatiecriterium

A

een theorie moet falsifieerbaar zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wanneer is een theorie immuun voor falsificatie?

A

als theorie niet weerlegd kan worden (altijd juist is)
bv. morgen regent het of niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

1.3 enkel falsifieerbare theorieën zijn informatief

A
  • kenmerk van kennis is dat overtuiging waar moet zijn
  • gaat er niet om dat je waarheid spreekt, maar dat je waarachtig bent
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

corroborating evidence

A
  • bewijs die theorie sterker maakt
  • niet succesvolle poging om theorie te weerleggen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is waarachtig zijn?

A
  • wetenschapper heeft falsifieerbare theorie maar heeft nog geen weerlegging gevonden –> denkt waarheid te spreken, maar kan het fout hebben
  • je mag nooit zeggen iets bewezen te hebben
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

is psychologie een wetenschap volgens falsificationisme?

A

ja

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

1.4 enkel door falsificatie kunnen we kennis vergroten

A
  • wetenschappers houden theorie voor zolang deze niet gefalsificeerd is
  • kunnen van fouten leren –> negatieve weg naar waarheid
  • ‘ware kennis’ heeft betrekking op theorieën die confrontatie met werkelijkheid tot nu toe hebben weerstaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
  1. ingeboren ideeën
A
  • we worden geboren met ingeboren reacties/verwachtingen
  • kunnen onbewust zijn
  • belangrijkste verwachting is regelmaat vinden in wereld
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
  1. KRITISCH rationalisme
A
  • neiging om naar regelmaat te zoeken leidt tot dogmatisch denken
  • regelmaat is vaak interpretatie, geen werkelijkheid
  • kritisch zijn
  • confirmation bias –> niet zoeken naar bevestiging maar naar weerlegging
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

kritisch zijn

A

kijken of theorie te falsificeren is

17
Q

confirmation bias

A

neiging om bevestigende informatie uit onze overtuigingen te zoeken in licht van eerder gevormde overtuigingen

18
Q

wat gebruik je in de kritische methode

A

deductie (=geldige manier van redeneren)

19
Q
  1. kritisch RATIONALISME
A
  • Popper accepteert ingeboren kennis
  • wetenschap is rationeel omdat het niet toegeeft aan dogmatisch denken –> ratio zorgt ervoor dat we niet alles zomaar accepteren
20
Q

Problemen met Poppers opvattingen

A
  1. pseudowetenschappen doen ook falsifieerbare uitspraken
  2. vaststellen van tegendeel is gebaseerd op inductie