Hoofdstuk 8 Flashcards

1
Q

Moeilijk probleem

A

Lichaam geest debat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Het moeilijke probleem als illusprobleem - Dennet

A

• Dennet = de reden waarom we het probleem zo moeilijk is, is omdat we eigenlijk niet weten wat we precies proberen te verklaren

• Dennet zegt dat fenomenaal bewust zijn illusoir is. Bewustzijn is niet zoals het voor ons lijkt te zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is het illusieprobleem?

A

Visuele perceptie lijkt in te houden dat we rijke en gedetailleerde representaties of beelden aanmaken in ons hoofd, maar dat is slechts een illusie

Het is niet dat we fout zijn over WAT we zien, maar over HOE we zien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Illusionisme

A

We moeten onze ervaringen niet voor waar aannemen

We kunnen ons erg vergissen over onze bewuste ervaringen, omdat ze niet altijd zijn zoals ze voor ons lijken

We moeten verklaren wat wij ervaren als “bewustzijn” en waar dit vandaan komt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Visuele perceptie: de grote illusie

A

Rene descartes - alles in twijfel trekken

Hoe kunnen we op onze zintuigen vertrouwend als bron van kennis?

Visuele illusies (die lijnen die niet even lang lijken bv)
Tactiele illusies (rubberen hand)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

3 aannames/intuïties uit de wetenschap van visuele perceptie

A
  1. Visuele ervaringen zijn rijk en gedetailleerd
  2. Op elk moment is er inhoud die zich binnen ons bewustzijn bevindt, terwijl de rest onbewust blijft
  3. Zien betekent mentale beelden hebben: de wereld wordt gerepresenteerd in ons hoofd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Die intuïtie die volgt uit de aannames

A

Visuele perceptie is het proces waarin we, in ons hoofd, een gedetailleerde en rijke representatie construeren van het object van onze percepties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Alva Noë

A

De intuïtie die volgt uit de aannames is fout. Ook de aannames zijn fout. = bad fenomenology

Dit is de grote illusie : visuele perceptie LIJKT zo, maar IS NIET zo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

3 argumenten tegen de “beelden in het hoofd” interpretatie van perceptie
= perceptie is een illusie

A
  1. Het homunculus probleem
  2. De incompleetheid of “gappiness” van visuele perceptie
  3. het fenomeen van veranderingsblindheid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Het homunculus probleem

A

• wie kijkt naar de beelden in ons hoofd die we maken als we zien?

• is er een subsysteem in het brein dat deze info verwerkt nadat ze wordt doorgegeven door het visuele systeem?

• is er een geest in de geest?

• de homunculus (kleine mannetje in het hoofd die naar de beelden kijkt) vormt ook een beeld in het hoofd van de homunculus, wie kijkt er naar zijn beelden? Enzovoort

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Theater of the mind - metafoor

A

Dennet zegt dat hier te veel mensen nog vanuit gaan

= het idee dat er een plek in het brein/geest is waar bewustzijn gebeurt: een soort theater waar alles wat op het toneel verschijnt, bewust wordt (hume). Op het toneel verschijnen onze percepties, sensaties, gedachten, emoties die we bewust ervaren

• gerelateerd aan homunculus probleem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

De incompleetheid of “gappiness” van visuele perceptie

A

Visuele perceptie is incompleet omdat

  1. We weten niet altijd precies wat we zien
    > geen rijk/detail beeld van het schilderij van monroe omdat dit teveel energie kost
  2. We vullen veel in: amodale perceptie
    > drie cirkels met gat erin: je ziet een driehoek omdat je brein dit invult / andere kant van de hond zien in je hoofd, terwijl je maar 1 kant zien
  3. We zien nooit alles: de blinde vlek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Het fenomeen van veranderingsblindheid

A

We merken vaak veranderingen niet op, tijdens een oogsprong (saccade) of tijdens het knipperen

(2 afbeeldingen met grijs vlak ertussen: die boot die verdwijnt)

• Omdat het visuele systeem de verandering niet kan oppikken tijdens saccades, steunt het eerder op geheugen om de verandering te vinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

De grote illusie uitpakken:
2 manieren om visuele perceptie te beschrijven

A

• zoeken naar een representationeel alternatief = perceptie is het opbouwen van representaties in ons hoofd, maar deze zijn niet hoe we dachten ze te ervaren

• zoeken naar een niet-representationeel alternatief =
Perceptie bestaat NIET uit het opbouwen van representaties in ons hoofd, we moeten er ANDERS over denken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Theorieën over de grote is illusie aanpakken

A

Beide theorieën zijn illusionistisch = ze accepteren beide dat visuele ervaring niet is zoals het lijkt voor ons

Ze verklaren niet alleen hoe visuele ervaring wél is, maar ook waarom we het anders ervaren dan het eigenlijk is.

Met andere woorden: verklaren waarom we zelf fout zijn over onze fenomenologie

= NATUURLIJKE METHODE (femenologie combineren met wetenschap: bv experiment blinde vlek)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Zoeken naar een representstioneel alternatief

A

Psycholoog Ronald Rensink

• geen complete representatie van de wereld in ons hoofd
• wél kortstondige object-representaties als je gefocust bent
• wél globale, incomplete virtuele representaties/ schema’s
• top down = deze schema’s sturen onze perceptie

17
Q

Zoeken naar een niet-representationeel alternatief

A

Psycholoog Kevin O’Regan & filosoof Alva Noë

The Skill theorie
• visuele perceptie is een actie = het vergt de uitoefening van skills of vaardigheden

• het visueel verkennen van de wereld vergt een beheersing van sensomotorische vaardigheden = input zintuigen > actie > input > actie ….

• bv: ik weet dat ik meer details van een boom zie als ik dichterbij kom, mijn ogen richt op de schors etc

• je hebt geen beeld in je hoofd nodig, want wat je ziet is gewoon daar voor je