Hoofdstuk 5 - De pols en het hand Flashcards

1
Q

Door welke spier worden de distale interfalangeale gewrichten in flexie gebracht?

A

Flexor digitorum profundus. Deze heeft een aparte spierbuik voor de wijsvinger en een gemeenschappelijke spierbuik voor de middenvinger, ringvinger en pink.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Door welke spier worden de proximale interfalangeale gewrichten in flexie gebracht?

A

Flexor digitorum superficialis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een Colles of Pouteaufractuur?

A

Een fractuur van de distale radius die afschuift naar dorsaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een Smithfractuur?

A

Een fractuur van de distale radius die afschuift naar palmair.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een Barton fractuur?

A

Een intra-articulaire fractuur van de distale radius.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe worden polsfracturen behandeld?

A

Conservatief indien ze stabiel en onverplaatst zijn, anders heelkundig.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bij wie doet zich vaker een scaphoïdfractuur voor?

A

Bij mannen tussen 15-40 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Juist of fout?

Een scaphoïdfractuur is goed te zien op RX.

A

Fout, in 30% van de gevallen zal RX negatief zijn. In dat geval doe je CT bij duidelijke kliniek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe behandel je een scaphoïdfractuur?

A
  • Niet verplaatste fracturen van distale pool en middelste deel: gipsimmobilisatie gedurende 8-12 weken
  • Verplaatste fracturen of fracturen van proximale pool: gefixeerd met schroef
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke pezen zullen beschadigd zijn bij een distale, middenste en proximale snijwonde van de vinger?

A
  • Distale snijwonden: beschadigen de flexor digitorum profundus
  • Middenste deel: beschadigen de flexor digitorum profundus + superficialis
  • Proximale snijwonden: beschadigen de flexor digitorum superficialis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een Malletvinger en hoe wordt het behandeld?

A

Afrukking van de extensorpees doordat de eindfalanx geforceerd in flexie wordt gedrukt (met of zonder stukje botfragment). Als behandeling wordt het DIP in extensie gesplint gedurende 6-8 weken. Het PIP moet wel nog kunnen bewegen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is een Boutonnièremisvorming en hoe wordt het behandeld?

A

centraal peesletsel t.h.v. de PIP waarbij de proximale
falanx door de twee collaterale banden van de extensorpees steekt. Hierdoor krijg je flexie van PIP en extensie van DIP. Als behandeling wordt het PIP in extensie gesplint gedurende 6 weken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Juist of fout?

De prognose van een Malletvinger is gunstiger wanneer er een beenderige avulsie is dan wanneer enkel de pees wordt afgerukt.

A

Juist.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is een Skiërsduim en hoe wordt het behandeld?

A

Het afscheuren van het ulnaire collaterale ligament van de duim door geforceerde abductie. Indien er geen instabiliteit is wordt de duim geïmmobiliseerd in gips of spalk, indien wel instabiel wordt voor heelkunde gekozen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bij wie doet zich vaker een De Quervain tenosynovitis voor?

A

Bij vrouwen van middelbare leeftijd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe wordt een De Quervain tenosynovitis behandeld?

A

Eerst conservatief met rust, immobilisatie van de pols en basisfalanx in associatie met een NSAID. Indien de klachten hier niet mee verdwijnen wordt ofwel een lokale injectie gegeven ofwel heelkunde.

17
Q

Wat is de aandoening van Dupuytren en bij wie komt het vaker voor?

A

Het is een palmaire fibromatose: nodulaire verdikking en fibrosering van de palmaire fascia waardoor je een gefixeerde flexiestand van MCP krijg en later ook van PIP. De ringvinger is het meest aangetast, daarna
middenvinger en pink. Het doet zich meer voor bij mannen > 50 jaar en er is een associatie met DM, chronische longaandoeningen, alcoholisme, tabakveslaving en repetitieve (vibratie)traumata.

18
Q

Hoe wordt de aandoening van Dupuytren behandeld?

A

Soms wordt beslist om over te gaan tot heelkunde zodra er een flexiedeformiteit van 30° optreedt t.h.v. MCP of 10° t.h.v. PIP. Er is echter een hoog recidiefpercentage met nood aan lange periode van kinesitherapie.
Bij een lichtere vorm kan een injectie met collagenase verlichting brengen.

19
Q

Bij wie doet zich vaker een triggervinger voor?

A

Bij vrouwen van middelbare leeftijd. Het doet zich meest voor t.h.v. de middel- en ringvinger.

20
Q

Hoe kan je het onderscheid maken tussen een triggervinger en de aandoening van Dupuytren?

A

Bij een triggervinger kan de vinger meestal wel nog passief gestrekt worden, bij Dupuytren niet.

21
Q

Bespreek de stadia van de aandoening van Kienböck.

A
  1. Normale RX, botscan wel positief
  2. Toename in de densiteit van het os lunatum
  3. Afbrokkeling en inzakken os lunatum
  4. Polsartrose
22
Q

Bij wie doet zich de de aandoening van Kienböck meer voor?

A

Bij mannen van 20-40 jaar.

23
Q

Welke heelkunde wordt gedaan voor de de aandoening van Kienböck?

A

Een gevasculariseerde botent in stadium 1, een verkortingsosteotomie in stadium 2 en 3 en een artrodese bij artrose en uitgesproken pijn.

24
Q

Wat is felon?

A

Een infectie van de vingertip.

25
Q

Bespreek de flexor peesschede infectie.

A

Dit is een urgentie. Je zal een zwelling zien van de proximale distale huidplooi, de regio is zeer drukgevoelig, er is pijn bij passieve extensie en de vinger zal zich spontaan in flexie bevinden. De behandeling bestaat uit IV antibiotica en chirurgisch debridement.

26
Q

Welke dierenbeten hebben meer kans op infectie, die van een hond of een kat?

A

Kat (30-50% risico t.o.v. 5-10% risico bij hond).