Hoofdstuk 4: casusformulering Flashcards

1
Q

Wat zijn de voordelen en nadelen van klasserende uitspraken via categorische diagnoses?

A
  • voordeel: kan hulpmiddel zijn om dynamieken te vatten
  • nadeel: geen verklaringen en opletten dat niet meegaan met maatschappelijke tendens tot labeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat doen we bij interpretatief-kritische casusconstructie?

A
  • symptoom/klacht als expressie van psychisch lijden in kaart brengen
  • belevingswereld exploreren
  • leefomstandigheden exploreren
  • eventuele medische/neurologische complicaties exploreren
  • subjectieve logica van probleem ophelderen
  • verhaal vertellen van wat te pijnlijk, ondragelijk, beschamend… is om spontaan op te lossen
  • focus op handvaten voor een aanpak/uitweg
  • aan de hand van co-constructieve gesprekken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een casusformulering?

A

Georganiseerd narratief dat articuleert hoe iemands functioneren en dysfunctioneren is georganiseerd (= prodcut)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een casusconstructie?

A

Opbouw van een casusformulering (= proces)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de 4 kenmerken van een casusformulering?

A
  1. bespreekt de kernaspecten van een casus
  2. integreert de informatie over een casus binnen een coherent idee over de aard van de problemen waar de patiënt mee worstelt
  3. steeds tentatief en weerspiegelt wat de clinicus tot dan toe weet, bijkomende informatie kan er steeds voor zorgen dat men zijn mening over de casus herziet
  4. erop gericht om richting te geven aan de behandeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn volgens Jonhsotne en Dallos de essentiële kenmerken van een casusformulering, ongeacht het theoretisch referentiekader van de diagnosticus?

A
  • kernproblemen van de patiënt samenvatten
  • bespreken hoe kernproblemen van patiënt onderling samenhangen
  • op basis van psychologische theorieën uiteenzetten hoe kernproblemen ontstaan zijn en in stand gehouden worden
  • voorstel tot interventie weergeven
  • steeds voorlopig en vatbaar voor herformulering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke redeneerwijze zien we bij casusformulering

A

abductief redeneren: steeds afwisselen tussen detecteren van empirische fenomenen en plausibele verklaringen zoeken voor het fenomeen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn de 3 grote aandachtspunten bij kwaliteitscontrole?

A
  1. reflexiviteit: bewust zijn van de bril waarmee je naar een casus kijkt, noodzaak van een algmene kritische attitude
  2. geen vertekening, minimale basis, belang van een systematiek die bronnen van mogelijke vertekening uitsluit
  3. validiteit: correcte conclusie, waarheidsgetrouwe representatie, streven naar correcte bevindingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly