Hoofdstuk 4 Flashcards

Gehoorzaamheid

1
Q

Wat is het milgram experiment?

A

Proefpersoon wordt gezegd mee te doen aan een experiment over geheugen, moet schokken geven aan pseudoproefpersoon. Schokken gaan omhoog in voltage met elke nieuwe fout, man met witte labjas zegt dat het verder moet gaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Resultaten van het Milgram experiment

A

Ook al vonden vele proefpersonen het onaangenaam, de meerderheid is niet gestopt met het toedienen van de schokken tot de 450 volt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hoeveel varianten bestaan er op dit experiment en hoe heten ze?

A
  • Verschillen in fysieke nabijheid
  • Proefpersoon is niet enige die meedoet
  • Proefpersoon is niet de enige + Doet niet het vuile werk
  • Morele tegendruk (hartproblemen pseudo)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Opzet van het experiment van Milgram

A

advertentie via krant, onderzoek wordt anders voorgesteld geen uitleg over bedoeling. pseudoproefpersoon doet alsof die geschokt wordt terwijl proefleider een autoritaire attitutde aanneemt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke linken kunnen er gemaakt worden tussen het milgram experiment en de holocaust?

A

In beide gevallen gaat het over agressie, werden er expliciete bevelen gegeven, schoven de uitvoerders de verantwoordelijkheid van zich af. Ook wisten de proefpersonen wat ze deden, de slachtoffers zijn onschuldig en de daders zijn normale mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

welke verschillen zijn er tussen het milgram experiment en de holocaust?

A

Niet gedreven door haat en xenofobie, geen rechtstreekse confrontatie met hun daden, minder dwang en geen zware consequenties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke ethische en methodologische bedenken zijn er bij het milgram experiment?

A

psychologische druk, schuldgevoelens, geen clarification, sommigen van proefpersonen dachten dat het nep was

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welke determinanten zijn er die zorgen voor gehoorzaamheid?

A
  • Tendens tot groepsvorming
  • Tendens tot hiërarchisering
  • The agentic shift
  • Psychologische mechanismen tijdens het gehoorzamen
  • Bindende factoren
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat betekent “tendens tot groepsvorming”?

A

De mens is sociaal, we volgen de regels die de groep opstelt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat betekent “tendens tot hiërarchisering

A

Zorgt voor vlotte samenwerking groep, er wordt een onderscheidt gemaakt tussen leiders en volgers. De meerderheid wilt vaker volger of uitvoerder zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat betekent “The agentic shift”?

A

Het luisteren naar iemand die deskundig is, die de leider is, etc. Het maken van de keuzes wordt niet gedaan door het individu maar degene naar wie zij luisteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke voorwaarden zijn er voor een agentic shift?

A

Je moet de leider kunnen herkennen, je moet de leider erkennen, het aanvaarden van de bevelen (hangt samen met erkenning en tegenantropomorfisme)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is tegenantropomorfisme?

A

Het ontdaan van het mens erachter. Bevel wordt losgekoppeld van het individu en is passief verwoordt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de psychologische mechanismen tijdens het gehoorzamen?

A
  • Afstemming/Tuning
  • Herdefiniëren van de betekenis
  • Ontmenselijken
  • Verlies van verantwoordelijkheidsgevoel
  • Verengen van de handeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat betekent Tuning/afstemming?

A

Je stemt je af op de leider, en los van de realiteit. Wat de leider zegt is juist.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat betekent herdefiniëren van de betekenis?

A

Het overnemen van de woorden en begrippen die de leider gebruikt, en nieuwe betekenissen geven aan woorden.

17
Q

Wat betekent ontmenselijking?

A

Als je iemand niet ziet als mens is het makkelijker om hen pijn te doen

18
Q

Wat betekent een verlies van verantwoordelijkheidsgevoel?

A

Het bevel werd gegeven door de leider, dus is het de schuld van de leider, niet die van de uitvoerder.

19
Q

Wat betekent verenging van de handeling?

A

Het enige wat de uitvoerder moet doen is de taak goed uitvoeren en luisteren naar de leider, niks anders is belangrijk

20
Q

Wat betekent “bindende factoren” en wat zijn ze?

A
  • Point of no return
  • Loyaliteit
  • Angst voor sancties
21
Q

Wat is psychopathie?

A

Is een persoonlijkheidsstoornis die zich laat kenmerken door het vertonen van ernstige emotionele afwijkingen zoals een gebrek aan empathie, rouw, schuldgevoel en angst