Hoofdstuk 3.6 Flashcards
1
Q
Auteur
A
Is niet gelijk aan de verteller.
2
Q
Auteursaanwijzingen
A
1.titel
2.ondertitel
3.motto
3
Q
Titelverklaring
A
Als lezer vraag je je af welk verband je kunt leggen tussen de titel en het verhaal.
4
Q
Ondertitel
A
Een titel onder de eigenlijke titel die deze extra kan verklaren of toelichten.
5
Q
Motto
A
Een citaat dat aan het verhaal vooraf gaat.