Hoofdstuk 1.1 Flashcards

1
Q

Wat is non-fictie? +voorbeeld

A

Teksten die overkomen met de werkelijkheid en die dus betrouwbaar en geloofwaardig zijn:
-krantenartikel
-recept
-leer tekst van aardrijkskunde/geschiedenis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is fictie?+voorbeeld

A

Verzonnen verhalen, waarin de schrijver de werkelijkheid naar zijn hand kan zetten. Als lezer heb je geen waarheidseis:
-roman
-film/toneel/serie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is literaire non fictie?

A

Teksten die een betrouwbare beschrijving
Van de werkelijkheid geven, maar die met literaire technieken zij geschreven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is een essay?

A

Een beschouwende of betogende tekst, waarin de schrijven op literaire wijze zin persoonlijke visie op een onderwerp presenteert (wordt tot literaire non fictie gerekend)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Foregrounding+voorbeeld

A

Het op de voorgrond schuiven van de taal zelf. De nadruk ligt op het taalgebruik; taalgebruik dat afwijkt van alledaags taalgebruik.
-rijmschema’s
-dichtvormen
-stijlfiguren
-beeldspraak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Actieve leeshouding

A

Een leeshouding bij het lezen van literaire teksten waarbij je aandachtig (de tekst, de stijl, het taalgebruik) waarneemt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Proza

A

Verhalende tekst. Presentatie op de pagina speelt geen rol: zinnen lopen door, verdeeld in alinea’s, soms hoofdstukken, soms zelfs delen. Bijvoorbeeld:
-roman
-novelle
-kort verhaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Poëzie

A

Een lyrische(gevoelige)tekst. Presentatie op de pagina is wel van belang. De dichter bepaalt de lengte van de versregels.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Strofe

A

Een poëzie alinea: versregels die bij elkaar horen en door witregels zijn afgescheiden van andere versregels. Bijvoorbeeld:
-gedicht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Toneel

A

Teksten die bedoeld zijn om door acteurs voor een publiek gespeeld te worden.
-LET OP: toneeltekst voor een film? Dan noem je het een (film)scenario of script.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een fictionele tekst?

A

Niet een beschrijving van een gegeven bestaande situatie in de werkelijkheid. Al lezend creër je een fictionele wereld (een wereld in woorden) met personages en handelingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly