hoofdstuk 3: algemeen regime van de verbintenis

Question 1

eenvoudige verbintenis

Answer 1

verbintenis zonder modaliteit

Question 2

modaliteit

Answer 2

voorwaarde of tijdsbepaling

Question 3

opschortende voorwaarde

Answer 3

voorwaarde vervuld => verbintenis opeisbaar
voorwaarde niet vervuld => verbintenis teniet

Question 4

ontbindende voorwaarde

Answer 4

verbintenis is opeisbaar, maar gaat teniet bij vervulling van de voorwaarde

Question 5

potestatieve opschortende voorwaarde

Answer 5

vervulling hangt af van de wil van degene die zich verbindt

Question 6

opschortende tijdsbepaling

Answer 6

verbintenis is opeisbaar bij het verstrijken van de termijn

Question 7

uitdovende tijdsbepaling

Answer 7

verbintenis eindigt bij het verstrijken van de termijn

Question 8

cumulatieve verbintenis

Answer 8

als de ene prestatie onmogelijk wordt blijven de andere nog steeds verschuldigt

Question 9

alternatieve verbintenis

Answer 9

bij nakoming van een van de prestaties is de schuldenaar bevrijdt

Question 10

verbintenis met subsidiaire prestatie

Answer 10

als de hoofdprestatie onmogelijk wordt moet je de subsidiaire ook niet meer doen

Question 11

deelbare verbintenis

Answer 11

een verbintenis met meerdere schuldeisers of schuldenaars wordt van rechtswege onder hen verdeeld

Question 12

hoofdelijke verbintenis van schuldenaars

Answer 12

de schuldenaars zijn gehouden tot dezelfde prestatie en de schuldeiser kan ieder van hen voor het geheel aanspreken

Question 13

ondeelbaarheid tussen schuldenaars

Answer 13

prestatie is niet vatbaar voor verdeling

Question 14

verbintenis in solidum

Answer 14

schuldenaars zijn elk gehouden tot de gehele betaling (vb. twee onafhankelijke partijen veroorzaken samen een ongeval)