Hoofdstuk 2 Management in kleine ondernemingen Flashcards
Wetenschapper Lievegoed heeft de ontwikkeling van de ondernemers in drie fasen onderscheiden, analoog aan de ontwikkeling van de mens. Welke zijn deze fasen?
De fasen die worden onderscheiden zijn:
- de pioniersfase;
- de differentiatiefase;
- en de integratiefase.
Wat houdt de pioniersfase van Lievegoed in?
In de pioniersfase (de beginfase) is de ondernemer bij alles betrokken. Het bedrijf kenmerkt zich door autocratisch leiderschap, directe communicatie en improvisatie als kenmerkende stijl van werken. Er is sprake van een sterke cliëntenbinding
Wat houdt de differentiatiefase Lievegoed in?
In de differentiatiefase (de groeifase) vindt er specialisatie en coördinatie plaats. Het arbeidsproces wordt meer uniform gemaakt zodat er sprake is van standaardisatie van werkzaamheden. De relatieve invloed van de ondernemer wordt minder.
Wat houdt de integratiefase van Lievegoed in?
In de integratiefase komen veel veranderingen op het bedrijf af en is een betere afstemming tussen de verschillende bedrijfsonderdelen vereist.
Welke structuur van organisatie onderscheid Mintzberg?
Mintzberg heeft de structuur van organisaties onderverdeel in de ‘simple structure’ en de ‘adhocracy’.
Wat houdt de simple structure van Mintzberg in?
De simple structure kenmerkt zich door een gecentraliseerde vorm van leidinggeven door de ondernemer zelf. Deze structuur is typisch voor een klein bedrijf in een relatief stabiele omgeving.
Wat houdt de ‘adhocracy’ van Mintzberg in?
De adhocracy kan zich handhaven in sterk veranderende omgevingen. Deze structuur moet organisaties de nodige flexibiliteit geven om zich snel aan ontwikkelingen aan te passen. Er moet sprake zijn van wederzijdse aanpassing, dat wil zeggen: mensen onderling en mens-machine moeten snel op elkaar inspelen bij het introduceren van verbeterde producten en productieprocessen.
Wat blijkt uit de onderzoek van Churchill en Lewis, dat een bedrijf succesvol maakt?
- Financiële middelen
- Bekwaamheden personeel
- Planning en besturingssystemen Marktpositie
- Doelstellingen van de ondernemer zelf
- Bekwaamheden en vaardigheden ondernemer
- Delegeren door de ondernemer
- Strategische oriëntatie van de directeur
Welke zijn de fasen als een onderneming van jong naar een volgroeide onderneming, volgen Churchill en Lewis?
- Bestaansopbouw
- Overleven
- Succes
- Expansie
- Optimale verhoudingen
Welke zijn de ‘levenscyclus’ van een ondernemer?
- Voorbereiding
- Start
- Groei
- Volwassenheid
- Onafhankelijkheid
- Expansie
- Statusgevoeligheid
- Afgeleid door de toekomst
- Voorbereiding overdracht
- Verkoop
Noem enkele combinaties van bekwaamheden en onbekwaamheden van ondernemers
- Onbewust onbekwaam: De ondernemer wil of kan niet erkennen dat hij zaken verkeerd uitvoert. Dit kan een gevaar zijn voor de onderneming.
- Bewust onbekwaam: De ondernemer weet dat hij iets niet kan en volgt daarvoor een cursus of haalt een adviseur binnen.
- Onbewust bekwaam: De ondernemer beschikt onbewust over bepaalde vaardigheden.
Waarom wil banken juist de ondernemingsplan van ondernemingen hebben?
Bij innovatie bedrijven zal veel onzekerheid bestaan, waardoor informatie voor de planning niet beschikbaar is. Het gaat erom dat het opstellen van een ondernemingsplan een onderdeel is van het leerproces, gericht op het beter in kaart krijgen van de toekomst van de onderneming. Banken willen daarentegen een ondernemingsplan omdat het informatie geeft over zekerheden.
Wat wordt verstaan als een onderneming een ondernemingsplan heeft gemaakt?
Het geeft aan dat de onderneming op langere termijn denkt en dat hij zijn planning vast zet. Met de planning kan de verschillen tussen de gewenste situatie en de werkelijkheid worden gecalculeerd.
Welke vragen moet een ondernemingsplan beantwoorden?
- Wat is de huidige positie van de onderneming? Hier komt naaste de financiële positie, de marktpositie etc. ook de kwaliteit van het management aan de orde: afhankelijkheid van de directeur-eigenaar, delegatie van verantwoordelijkheden, langetermijnbeleid en het inschakelen van deskundigen.
- Wat zijn de doelstellingen van de onderneming/ondernemer? Hierbij moeten zowel bedrijfsdoelstellingen als persoonlijke doelstellingen aan bod komen. Doelstellingen moeten meetbaar zijn om na afloop de realisatie vast te stellen. Hoe nauwkeuriger de doelstellingen, hoe beter ze kunnen dienen voor het ondernemingsbeleid.
- Wat is de strategie van het bedrijf? De strategie geeft aan hoe de missie en de doelstellingen kunnen worden gerealiseerd.
- Welke interne en externe ontwikkelingen kunnen de strategie beïnvloeden? Omdat deze niet van tevoren bekend zijn, moet de ondernemer zowel op korte als op lange termijn bijsturen. De korte termijn kent het operationele beleid, de lange termijn het strategische beleid.
Uit welke elementen bestaat een ondernemingsplan?
Het totale ondernemingsplan bestaat uit de doelstellingen van de onderneming, een aantal deelplannen en de financiële onderbouwing.