Hoofdstuk 2 Flashcards
afspraak, de
Appointment
bijna
almost
de douche
the shower
gelijk hebben
to be right
de minuut
the minute
net
just
opschieten
hurry up
over (over tin minuten)
over
slapen (v)
to sleep
sorry
sorry
te (te laat)
too (too late)
thuis
at home
het uur
the hour
veel
many
wakker
awake
de avond
the evening
de dag
the day
door de week
between the week
gisteren
yesterday
kiezen (v)
to chose
de maand
the month
middag
afternoon
morgen
tomorrow
de morgen
the morning 🌅
de nacht
the night
de ochtend
the morning
of
or/if
rijden (v)
to drive
’s avonds
in the evening
’s middags
in the afternoon
’s morgens
in the morning
’s nachts
in the night
’s ochtends
in the morning
sporten (v)
to sport
tussen de middag
between afternoon
vanavond
this evening
vanmiddag
this afternoon
vanmorgen
this morning
vannacht
this night
vanochtend
this morning
volgend
next
vorig
last
vrij
free
de week
the week
het weekend
the weekend
aflopen
to finish
alweer
again
de collega
the colleague
eten
to eat
het feest
the party
graag
yes please/ please (sound more kind)
half
same
hoe laat
how late / what’s the time?
klaar
finished
kwart, het
a quarter ( 15 minutes)
laat
late
land, het
the country
lezen
read
over (kwart over twee 2:15)
past
precies
precisely / exactly
het programma (tv)
the program
de tijd
the time
de verjaardag
the birthday
voor (vijf voor acht 7:55)
before
de vriendin
the girlfriend
vriend
friend
ander
other
anderhalf
one and a half
de bus
the bus
het centrum
the center
duren
to last
dus
so
de halte (de bushalte)
the stop (the bus stop)
hoeveel
how many/much
de keer
the time
lang
long
de les
the lesson
nemen (v)
to take
per
per
station, het
the station
tot
until
vaak
often
de vakantie
the vacation
het ziekenhuis
the hospital
al
already
beste
dear
feliciteren
to congratulate
geboren
newborn
hartelijk gefeliciteerd
congratulations
hartelijke groeten
friendly regards
het bericht
the message
jarig
birthday
jong
young
de kalender
the calendar
lieve
sweet
oud
old
pas (pas 19)
just (just 19)
toch
yet
tot
untill
vieren (v)
to party
wanneer?
when?
de wc
wc (wc-water closet)
worden
to become
het toilet
the toilet
