Hoofdstuk 12 Flashcards
Psychische stoornis
Elk patroon van emoties, gedragingen of gedachten dat niet bij de situatie past en dat persoonlijk lijden veroorzaakt of het individu ervan weerhoudt om belangrijke doelen te realiseren.
Hallucinatie
Zintuigelijke beleving die niet overeenkomt met de werkelijkheid. Kan op psychische stoornis wijzen.
Waan
Extreme verstoring van het denken, waaronder hardnekkige, foutieve overtuigingen.
Medisch model
Standpunt dat psychische stoornissen ziekten zijn die, net als lichamelijke ziekten, een objectieve oorzaak hebben en een specifieke behandeling vereisen.
Empowermentbenadering
Modellen waarin empowerment opgevat wordt als het zich bewust zijn van de eigen capaciteiten, het nemen van de regie over het eigen leven en zelf maken van keuzes.
Indicatoren van psychische stoornissen
Distress Onaangepastheid Irrationaliteit Onvoorspelbaarheid Onconventioneel en ongewenst gedrag
DSM
Is uitgebracht door de American Psychaitric Association; wereldwijd het meest gebruikte classificatiesysteem voor psychologische en psychiatrische stoornissen. Nieuwste versie -> DSM-5
Stemmingsstoornis
Abnormale verstoring in emoties of stemming, inclusief bipolaire en unipolaire stoornis. Ook wel affectieve stoornissen genoemd.
Ernstige depressieve stoornis
Een stemmingsstoornis die wordt gekenmerkt door verlies van levenslust en/ of zware neerslachtigheid. Vorm van depressie die niet afgewisseld wordt met manische perioden.
Seizoensgebonden depressie
Vorm van depressie waarvan men aanneemt dat ze wordt veroorzaakt door een gebrek aan zonlicht, ook wel winterdip genoemd.
Bipolaire stoornis
Psychische afwijking die gepaard gaat met stemmingsschommelingen, van manie tot depressie.
Angststoornis
Psychisch probleem waarvan het belangrijkste kenmerk angst is. Het zijn onder andere paniekstoornissen, specifieke fobieën en obsessief-compulsieve stoornis.
Generaliseerde angststoornis
Een psychologisch probleem dat wordt gekenmerkt door hardnekkige en algemene gevoelens van angst zonder externe oorzaak.
Paniekstoornis
Verstoring die wordt gekenmerkt door paniekaanvallen die geen verband houden met gebeurtenissen die het individu op dat moment ervaart.
Agorafobie
Angst voor openbare plaatsen en open ruimte; komt vaak voor bij patiënten met een paniekstoornis.
Fobie
Angststoornis die wordt gekenmerkt door een pathologische angst voor een specifiek object of een specifieke situatie.
Obsessief-compulsieve stoornis (OCD)
Angststoornis die zich kenmerkt door patronen van aanhoudende ongewenste dwanggedachten en/of -gedragingen.
Schizofrenie
Psychotische stoornis die wordt gekenmerkt door verstoring van gedachten, perceptie en/of emoties.
Psychose
Stoornis die gepaard gaat met ernstige verstoringen in de perceptie, het rationele denken of de emoties.
Persoonlijkheidsstoornis
Conditie waarbij de persoon chronisch pervasieve, inflexibele en slecht aangepaste denkpatronen, emoties, sociale relaties of impulsbeheersing heeft, die een normaal functioneren bemoeilijken of onmogelijk maken.
Schizotypische persoonlijkheidsstoornis
Gekenmerkt door een langdurig patroon van sociale en interpersoonlijke problemen, gecombineerd met een patroon van vreemde gedragingen en overtuigingen.
Schizoïde persoonlijkheidsstoornis
Meer gekenmerkt door de ‘negatieve’ symptomen van gebrekige sociale relaties en gebrek aan emotionele expressie.
Paranoïde persoonlijkheidsstoornis
Achterdocht en wantrouwen tegenover anderen staan hier centraal; neiging om verborgen en bedreigende betekenissen in opmerkingen/gebeurtenissen te lezen.
Borderline-persoonlijkheidsstoornis
Gekenmerkt door een langdurig patroon van impulsiviteit en instabiele, maar intense interpersoonlijke relaties. Patiënten soms suïcidaal. Zelfdestructief gedrag.