Hoofdstuk 1 - Inleiding Flashcards
Wat is leven?
Unieke chemische samenstelling Hiërarchische organisatieniveaus Voortplanting Genetische code Metabolisme Ontwikkeling
Unieke chemische samenstelling
Alle levende systemen bevatten ingewikkelde macromoleculen. 4 groepen:
1) nucleïnezuren
2) proteïnen of eiwitten
3) koolhydraten
4) lipiden
Hiërarchische organisatieniveaus
Van klein naar groot:
- Subcellulair-moleculair niveau
- Cellulair niveau
- Weefsels
- Organen
- Individu
- Populatie
- Gemeenschap
- Ecosysteem
Voortplanting
Gebeurt op verschillende organisatieniveaus.
Tegenstrijdig samenspel erfelijkheid variatie.
Dit samenspel zorgt voor biologische evolutie.
Genetische code
Speelt een rol bij erfelijkheid.
Gebruik van nucleïnezuren, vaak DNA.
Metabolisme
Opnemen van voedingsstoffen uit de omgeving -
afbraak voedingsstoffen - energie & kleine moleculaire componenten komen vrij - nieuwe verbindingen maken.
Ontwikkeling
Typische levenscyclus waarbij het organisme een ontwikkeling doormaakt; meestal ook groei. Eerst eenvoudig stadium; later meer complex stadium.
Indeling van levende organismen
Eukaryoten
Prokaryoten
Eukaryoten
Volledige celbouw (celkern en andere intracellulaire structuren) Opdeling: - Protista (eencelligen) - Fungi (zwammen) - Plantae (planten) - Animalia (dieren)
Prokaryoten
Hebben geen celkern.
Opdeling:
- Eubacteria
- Archaebacteria
Eubacteria
- Cyanobacteriën/Blauwwieren:
- Proteobacteriën/purperbacteriën
- Spirocheten
Cyanobacteriën/Blauwwieren
- Leven in water
- Fotosynthese
- Produceren zuurstof
- Komen eventueel in kolonies voor
- Waarschijnlijk basis voor ontstaan planten
- Chloroplast is cyanobacterie in endosymbiose met eukaryote cel (denkt men)
Proteobacterie/Purperbacterie
- Grote diverse groep
- Bekende ziekteverwekkers (salmonella, escherichia)
- Soms fotosynthetisch
- Mitochondria ontstaan door endosymbiose purperbacterie op eukaryote cel
Spirocheten
- Lang en spiraalvormig
- Ziekteverwekkers (ziekte van lyme, syphillis)
- Genus leptospira: veroorzakers ernstige ziekten
- Endosymbiose met eukaryote cel: ontstaan bewegingsorganellen
Archaebacteria
- o.a. Methanogenen, Extreem halofiele en thermoacidofiele bacteriën.
- Meestal anaëroob, sommigen aëroob
- Sommige autotroof (fotosynthese!)