Het doorbreken van de besmettingscyclus Flashcards
Doorbreken van de besmettingscyclus, preventieve maatregelen, onderverdeling
Maatregelen tav:
- het micro-organisme
- de bron
- de besmettingsweg
- het gevoelig individu
Maatregelen tav het micro-organisme, doel, voorzorgsmaatregelen, kenmerken voorzorgsmaatregelen
Doel: aantal micro-organismen verlagen door gebruik te maken van schoon, gedesinfecteerd of gesteriliseerd materiaal. Voorzorgsmaatregelen om overdracht van micro-organismen via direct contact of via besmette voorwerpen te voorkomen.
- de overdracht van micro-organismen van de ene patiënt naar de andere via de medewerker te voorkomen
- de medewerker te beschermen en te voorkomen dat de medewerker tijdens het werk een infectie oploopt
- de overdracht van micro-organismen van een medewerker met een infectie naar een patiënt te voorkomen
Kenmerken voorzorgsmaatregelen:
- goed persoonlijke hygiëne medewerker
- bij infecties medewerker (specifieke aandoeningen medewerker melden bij Arbo-dienst, medewerker die korter dan 2 maanden geleden is opgenomen of gewerkt heeft in ziekenhuis in het buitenland, moeten dit melden
- waar mogelijk bescherming van de medewerker dmv vaccinatie
- bevordering van hygiënisch gedrag van patiënten
- grote nadruk op handhygiëne
- gebruik van persoonlijke beschermingsmiddelen
- veilig omgaan met scherpe voorwerpen om prikaccidenten te voorkomen
Maatregelen tav de bron, maatregelen, vormen van isolatie
Besmet materiaal of ongedierte: bron vernietigen/doden. Als de bron een mens is, dan isolatie.
Vormen van isolatie:
- contactisolatie: doel is vermijden van overdracht van micro-organismen die via direct contact of via voorwerpen besmet met patiëntmateriaal worden overgedragen. Patiënt wordt gescheiden van medepatiënten op een eenpersoonskamer. Wordt alleen toegepast wanneer er sprake is van extra risico op verspreiding bij direct contact. Zwaarte van maatregelen hangt af van type micro-organisme.
- via de lucht: verpleging in isolatiekamer, deur gesloten, patiënt mag kamer niet verlaten, op deur kaart met te nemen maatregelen bij betreden, mond-neusmasker dragen. 2 soorten isolatie hierbij:
- druppelisolatie: overdracht van micro-organismen die via druppels worden overgedragen. Grote druppels bij hoesten en niezen kunnen verspreiden over ongeveer 1,5 m. Eenpersoonskamer. Instructies voor hoest- en handhygiëne. (bijv. bij bof, influenza en erythema infectiosum)
- aerogene isolatie: vermijden van overdracht via kleine druppels en druppelkernen (ingedroogde druppels), verspreiden veel verder doordat ze in de luchtstroom worden meegenomen, dan inademen door ander, besmet. Verplegen in isolatiekamer (eenpersoonskamer met sluis en onderdruk). Instructies voor hoest- en handhygiëne. (bijv. mazelen en open long-tbc)
- strikte isolatie: bij zeldzame ziekten en ziekten die ernstige gevolgen kunnen hebben. Eenpersoonskamer met sluis en onderdruk. Patiënt mag kamer niet verlaten, deuren gesloten blijven. Op deur kaart met te nemen maatregelen. Altijd beschermende kleding, mond-neusmasker, handschoenen. (bijv. bij difterie en MRSA)
maatregelen tav de besmettingsweg, blokkeren op verschillende punten, hoe
Door middel van:
- persoonlijke hygiëne
- wassen van de handen
- huishoudelijke reiniging
- desinfectie
- sterilisatie
- adequaat vervoer afval
- verzorging van voedsel
- ongediertebestrijding
Persoonlijke hygiëne, welke maatregelen
- verzorging van het haar, kunnen veel stof met micro-organismen bevatten, soms haren afdekken
- nagels kort en schoon houden
- dienstkleding dragen, beschermende functie en herkenningsfunctie, soms speciale kleding (OK)
- kousen en schoenen, kousen niet verplicht, schoenen met gesloten neus
- sieraden, niet dragen, alleen oorknopjes mogen
- gebruik wegwerp zakdoek
Handen wassen, desinfecteren
Wanneer handdesinfectie, 5 situaties
Uitvoering
Transiënte flora: verwijderen door handen wassen (met water en zeep of alcohol 70%)
Residente flora: verwijderen door handdesinfectie (met huiddesinfectans)
5 situaties handdesinfectie:
- voor patiëntencontact
- voor aseptische behandeling
- na mogelijke blootstelling aan lichaamsvloeistoffen
- na patiëntencontact
- na contact met patiëntenomgeving
Uitvoering:
- wrijf handen over elkaar, ook rug van de duim
- wrijf tussen de vingers
- wrijf tussen vingers andere kant
- maak twee vuisten in elkaar
- wrijf individuele vingers met gehele hand in
- maak nagels schoon door in handpalm te wrijven
Huishoudelijk reinigen, doel, wat is het, 3 categorieën, 3 manieren
Desinfectie/sterilisatie
Het verwijderen van zichtbaar vuil en onzichtbaar organisch materiaal. Doel is door het verwijderen van stof en vuil de verspreiding van micro-organismen tegen te gaan.
3 categorieën:
- instrumenten en medische apparatuur
- vloeren, meubilair en andere grote oppervlakken
- gewone gebruiksvoorwerpen
3 manieren:
- klamvochtig: met vochtige microvezeldoek
- nat: schoonmaakmiddel opgelost in warm water
- droog: wisdoek, stofzuiger etc.
Desinfectie: het verlagen van het besmettingsniveau zodanig dat geen besmetting met ziekteverwekkende micro-organismen kan optreden. Voorwerpen die in contact komen met de niet-intacte huid, moet gedesinfecteerd zijn.
Sterilisatie: voorwerpen die in contact komen met steriele holtes en weefsels, moeten gesteriliseerd zijn.
Afval, soorten, voorbeelden
Gewoon afval: gewoon bedrijfsafval
Specifiek ziekenhuisafval: met verhoogd risico van besmetting, biologisch, chemisch, nucleair en radioactief afval
Maatregelen tav het gevoelig individu, hoe
- patiënt zo verplegen en behandelen dat overdracht van infecties wordt voorkomen.
- gebruik maken van schoon, gedesinfecteerd of gesteriliseerd materiaal
- goede handenwasdiscipline
- gebruik aseptische technieken bij verzorging katheters en wonden
- beschermende isolatie van gevoelige/kwetsbare patiënt