HC.5 - Revascularisatie (en nabehandeling) Flashcards
Wat is het risico van de drug eluting stent?
Door het medicijn duurt het langer voordat het endotheel geheeld is waardoor je langer een hoger risico hebt op een stenttrombose
Wat zijn de vasculaire complicaties van revascularisatie?
- arteriele trombose
- distale embolisatie
- bloeding/hematoom
- pseudo-aneurysma
- AV-fistel
- occlusie van de a. radialis
Welke anti-trombotische therapie geven we als nabehandeling?
-heparine
Welke anti-plaatjes therapie geven we als nabehandeling?
P2Y12 inhibitor
- clopidgrel
- ticagrelor
- cangrelor
Wat is de behandeling bij een STEMI?
grootste kans op slechte afloop, dus agressief behandelen; zo snel mogelijk reperfusietherapie (time=muscle)
- trombolyse
- PCI
Wat is de behandeling bij een NSTEMI?
kleiner risico, andere vaatpathologie;
- wacht tot patiënt zich beter voelt
- binnen 48u geplande interventie
- ‘afkoelen’ –> subcutane heparine, antiplatelet agents
- <24u-48u PCI (GRACE-score)
Waarom zou je een CABG (Coronary Artery Bypass Grafting) boven PCI (percutane coronaire interventie) verkiezen?
minder hoog risico op revascularisatie in de toekomst
Wat is de ‘golden five’ die patiënten krijgen na een PCI?
- aspirine
- tricagelor/prasugrel
- atorvastatine
- perindopril
- metoprolol
Wat zijn de periprocedurele complicaties?
- perforatie
- dissectie
- occlusie zijtak
- distale embolisatie
- stent trombose