HC.4: Functie en anatomie van het oog Flashcards

1
Q

Conjunctiva en kapsel Tenon

A

Bedekt sclera, moet geopend worden om oogspieren en sclera te bereiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Limbus

A

Overgang cornea-sclera

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Cornea

A

Heldere centrale koepel van ca. 0.5 mm dikte die als vaste en sterkste lens van het oog werkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Voorste oogkamer

A

Collabeert bij perforatie cornea, bevat kamerwater, in kamerhoek wordt kamerwater via trabekelsysteem afgevoerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Iris

A

Diafragma met pupil als centrale opening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Corpus ciliare

A

Irisbasis achter de iris, produceert kamerwater, sterk doorbloed

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Lens

A

Deels voor accommodatie, omgeven door lenskapsel, opgehangen aan corpus ciliare met zonulavezels, geïsoleerd van immuunsysteem, gevoed door kamerwater

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Pars plana

A

Ca. 3-4 mm. posterior van limbus, intra-oculair gedeelte tussen corpus ciliaire en retina: deel waar doorheen achtersegment operaties worden uitgevoerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Glasvocht

A

Geleiachtige structuur, adhesies aan perifere retina, macula en papil

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Retina

A

Lichtperceptie, met centraal in de macula vooral kegels, naar perifeer meer staven. Staven gevoeliger voor licht, kegels voor kleuren. Retina wordt door pompen retinale pigment epitheel aan de wand gezogen. Retinale pigment epitheel is een monolayer en regenereert visueel pigment

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Traanopbouw

A

Tranen zijn opgebouwd uit mucus, water en oliefilm
- Conjunctiva produceert mucus
- Traanklier: lateraal superior achter orbitarand en deel in ooglid, produceert vooral reflex tranen
- Klieren van Krause en Wolfring: binnenzijde oogleden, produceren traanvocht
- Klieren van Meibom in oogleden produceren oliefilm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Traanafvoer

A

Afvoer tranen actief via traanpunten, canaliculi, traanzak en traanbuis door canalis nasolacrimalis in neusholte onder onderste concha

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Oogleden

A

Spleetopening door mediale en laterale ligament waardoor verbinding orbitarand met tarsaalplaten superior en inferior. Worden geopend met m. levator palpebrae, worden gesloten met m. orbicularis oculi. De oogleden bevatten o.a. klieren van Meibom en traanafvoer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Oogspieren

A

6 oogspieren: 4 recht en 2 schuin
- Innervatie merendeels n. oculomotorius
- Overig door n. abducens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Sensorische innervatie

A

Trigeminus 1e tak: n. ophthalmicus
- Sensorische innervatie van het oog, de traanklier, het voorhoofd, neusbrug en rug
- De traanklier wordt gestimuleerd door parasympatische vezels vanuit een vertakking van de n. facialis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Arteriële vascularisatie

A

Vrijwel alles via a. ophthalmica: aftakking van a. carotis interna
Opsplitsing naar a. centralis retinae en ciliair arteriën
Mediaal veel aftakkingen naar s. ethmoidalis

17
Q

Veneuze vascularisatie

A

Drainage mediale deel huid oogleden en neus via orbita naar o.a. sinus cavernosis

18
Q

Belangrijke doorgangen

A

Alles wat van belang is voor zicht gaat door Canalis opticus
Alles van belang voor beweging gaat door Fissura orbitalis superior
Fissura orbitalis inferior
Van belang traanafvoer: Canalis nasolacrimalis