HC.3: Chirurgie Flashcards

1
Q

Chirurgische behandeling van de mamma

A

Operatie van de borst
- Borstsparende chirurgie = mammasparende therapie (MST)
- Borst amputatie = ablatio = mastetomie
Operatie van de oksel
- Schildwachtklier- / poortwachtersklierprocedure / Sentinel Node (SN)
- Okselkliertoilet (OKT) / okselklierdissectie (OKD)
Borstamputatie + okselkliertoilet = gemodificeerde radicale mastectomie (GRM)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Borstsparende chirurgie

A

Ruim 70% van de patiënten kiest voor borstsparende chirurgie. MST wordt gevolgd door bestraling om risico op recidief te verkleinen. Dit leidt tot een gelijke overall survival in vergelijking met een borstamputatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Contra-indicaties MST

A

Grote tumor in kleine borst
Patiënt met bestraling in het verleden
Tumor is in meerdere kwadranten van de borst aanwezig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Doel MST

A

Radicale resectie
Cosmetisch acceptabel resultaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Pre-operatieve lokalisatie tumor

A

Draad in tumor
Radioactieve bron (jood) in tumor
Puntbron
Halfwaardetijd van 60 dagen
Kan ook in kliermetastase
Magnetiscche marker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Indicatie ablatio

A

Borstsparende behandeling niet mogelijk
Borstsparende behandeling niet wenselijk
- BRCA1/2 mutatie
- Keuze patient

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Stagering van de oksel

A

Sentinel node procedure
Okselklierdissectie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Methoden Sentinel node procedure

A

30-40 MBq 99m-technetium in nanocolloid
Patentblauw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Co-morbiditeit okselklierdissectie

A

Seroom
Lymfoedeem van de arm
Sensibiliteitsstoornissen
Krachtsverlies
Bewegingsbeperking schouder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Adjuvante behandeling

A

Preventieve behandeling van mogelijke aanwezige microscopische uitzaaiingen die men nog niet kan aantonen
–> Ter voorkoming lokaal recidief en/of uitzaaiingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Radiotherapie

A

Mamma: bij mammasparende chirurgie
Thoraxwand: bij grote tumor met slechte kenmerken
Locoregionaal: bij >3 lymfekliermetastasen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Systemische therapie

A

Afhankelijk van tumorstadium/tumorkenmerken
- Chemotherapie
- Anti-hormonale therapie
- Targeted therapie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Opties mammareconstructie

A

Oncoplastische chirurgie
Protheses
Autoloog weefsel en prothese
Uitsluitend autoloog weefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Aanvullende ingrepen mamma

A

Tepelreconstructie
Tepelhof tattoeage
Symmetrische operatie contralateraal
Touch-up gereconstrueerde borst
Verfraaiing donorplaats vorm of litteken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Timing totale borstreconstructie

A

Primaire (of directe) reconstructie
- Bij preventieve huidsparende amputatie
- Bij amputatie i.v.m. borstkanker/DCIS
Uitgestelde
- Enige tijd na amputatie
Tertiaire reconstructie
- Verandering van een mislukte reconstructie in een ander type reconstructie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Oncoplastische chirurgie

A

Toepassing van plastisch chirurgische technieken bij borstsparende chirurgie
Tot 10% volume-excisie bij MST geeft esthetische acceptabel resultaat
Vanaf 20% volume excisie bij MST kan een deformiteit geven die correctie vereist

17
Q

Redenen oncoplastische chirurgie

A

Om borstsparende chirurgie praktisch mogelijk te maken, bij patiënten die anders een mastectomie moeten ondergaan
Om de kans op een slecht esthetisch resultaat te minimaliseren

18
Q

Contra-indicaties oncoplastische chirurgie

A

Bij hoge kans op irradicale resectie
T4 tumoren
Multicentrische mammacarcinoom
Microcalcificaties door de hele mamma
Inflammatoir carcinoom

19
Q

Typen oncoplastische chirurgie

A

Volume displacement
- Zonder toevoeging van weefsel
Volume replacement
- Met toevoeging van weefsel

20
Q

Voordelen prothesereconstructie

A

Relatief eenvoudig
Korte OK-duur
Geen extra littekens
Geen desastreuze complicaties

21
Q

Nadelen prothesereconstructie

A

Twee ingrepen nodig
Minder natuurlijk
Kans op kapselcontractuur
Kans op malpositie
Niet na RT
Vaak revisie nodig

22
Q

Voordelen Larissimus dorsi + prothese

A

Gemiddelde moeilijkheidsgraad
Goed doorbloed weefsel
Introductie huid
Natuurlijker
Ook na RT mogelijk
Geen desastreuze complicaties

23
Q

Nadelen Larissimus dorsi + prothese

A

Opoffering LD
Extra litteken
Seroom rug
Vaak 2 ingrepen
Kans op kapselcontractuur en prothesemalpositie

24
Q

Voordelen volledige autologe reconstructie

A

Volledig lichaamskleur
Introductie huid en volume
Natuurlijk aspect
Ook na RT mogelijk
Eén ingreep
Buikwandcorrectie
Kan tertiair

25
Q

Nadelen volledige autologe reconstructie

A

Technisch complex
Lange OK-duur
Kans op grotere complicaties
Verscheidene contra-indicaties
Extra littekens