HC.1: Inleiding mammacarcinoom als exemplarische tumor, epidemiologie, etiologie en behandeling Flashcards
Primair mammacarcinoom
Niet op afstand uitgezaaid
Behandeling in opzet curatief
Behandeling door chirurg en meestal ook oncoloog en radiotherapeut
Gemetastaseerd mammacarcinoom
Op afstand aantoonbare metastasen
Palliatieve behandeling
Behandeling door oncoloog, soms radiotherapeut, zelden chirurg
Lymfekliermetastasen
Lokale metastasen
- Oksel
- Hals boven het sleutelbeen
- Achter het sternum
Afstandsmetastasen
- Contralaterale okselklier
- Buik
- Liezen
Hematogene metastasering
Alleen afstandsmetastasen
- Long
- Lever
- Bot
Geen curatie meer mogelijk
Micrometastasen
Niet detecteerbare borstkankercellen
Nieuwe inzichten in 1970
In 1970 kwamen artsen tot de conclusie dat bij een groot gedeelte van de patiënten met niet-detecteerbare afstandsmetastasen er wel micrometastasen aanwezig zijn. Hierdoor werd bekend dat ook kleine mammacarcinomen al hematogeen kunnen metastaseren. Dit leidde tot 2 nieuwe inzichten.
1. Bij beperkte grootte van mammacarcinoom
- Beperktere chirurgische ingreep mogelijk
- Minder mutilerende ingreep
2. Naast lokale therapie ook systemische therapie nodig gericht tegen micrometastasen
Frequentie van mammacarcinoom
Bij ongeveer 17.000 vrouwen/jaar
1 op de 7 vrouwen ontwikkelt borstkanker
Bij ongeveer 120 mannen/jaar
Borstkanker bij mannen
1 procent van alle borstkankers
Risicofactoren; obesitas, testiculaire afwijkingen, hypofyseadenoom, bestraling op thoraxwand, etniciteit
Fenotype: ER, PR en AR positief, Her2 negatief, meestal luminal B
Vaker geassocieerd met genetische afwijkingen
Redenen toename incidentie borstkanker
Starten landelijke borstkankerscreening
Vegrijzing
Stage-migration
Redenen afname sterfte aan borstkanker
Starten landelijke borstkankerscreening
Betere detectiemethodes
Betere behandelingsmogelijkheden
Laag verhoogd risico borstkanker
Late menopauze, multipariteit, vroege menarche
Late eerste leeftijd kind
Hormonale substitutie therapie
OAC
BMI > 35
Hoog verhoogd risico borstkanker
Leeftijd
Mutatie BRCA1 of BRCA2
Etniciteit
Dicht klierweefsel
Atypische benigne proliferatief borstklierafwijkingen
Bestraling op mediastinum
Eerder mammacarcinoom
Borstkanker types
Op dit moment zijn er 4 subtypen afhankelijk van receptor status
- ER/PR receptor
- Her2 receptor