HC'S WEEK 7 Flashcards

1
Q

Wat is de definitie van screening?

A

Een medisch onderzoek bij mensen die geen gezondheidsklachten hebben
Onderzoek is gericht op het vinden van ziekte, een erfelijke aanleg voor ziekte of risicofactoren die de kans op ziekte vergroten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het doel van screening?

A

Het verhogen van de (gezonde) levensverwachting/kwaliteit van leven in de populatie
–> vroege behandeling, verandering van levensstijl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

3 belangrijkste criteria voor screening opgesteld door de WHO zijn …?

A

Bewijs voor effectiviteit van screening
Voordelen van screening zijn groter dan nadelen
Redelijke balans tussen kosten en netto voordelen van screening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat houdt lead time bias in?

A

Moment van diagnose is eerder door de screening, maar patiënt sterft op zelfde moment aan ziekte, dan dus geen winst in survival.
Tijd bewust van ziekte is langer, maar moment van sterven blijft gelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat houdt length bias in?

A

Een langere survival is niet genoeg om effectiviteit van screening vast te stellen, want screening detecteert vooral langzaam groeiende tumoren tov snelgroeiende tumoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de voordelen van screening?

A

Voorkomen sterfte
Voorkomen morbiditeit van de ziekte
Voorkomen morbiditeit van behandeling
Gerechtvaardigde geruststelling
Positief beïnvloeden van risicogedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de nadelen van screening?

A

Belasting/complicaties van de diagnostische test
Overdiagnosticering/overbehandeling
Vroege ontdekking zonder gezondheidswinst
Psychologische belasting/stress
Onbedoelde nevenbevindingen
Fout-positieven en fout-negatieven
Negatief beïnvloeden van risicogedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

2 vormen van screening?

A

Georganiseerde screening = screening aangeboden door overheid/zorgverzekeraar
- mensen actief benaderd: externe verantwoordelijkheid
Opportunistische screening = overheid geeft toestemming, maar legt initiatief bij individu
- interne verantwoordelijkheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

2 vormen van georganiseerde screening?

A

Mass screening
Population based screening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

1 vorm van opportunistische screening?

A

Case-finding

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

6 determinanten om de kwaliteit in de zorg te beschrijven?

A
  1. Effectief: juiste behandeling voor juiste patiënt
  2. Patiëntgericht: doe wat patiënt nodig heeft
  3. Veiligheid: niet-schaden
  4. Efficiënt: verspil geen geld en middelen
  5. Tijdelijk: verspil geen tijd
  6. Toegankelijkheid: discrimineer niet
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Kwaliteitsverbetering kan op 2 manieren, welke?

A

Intern = zorgaanbieders vergelijken met zichzelf (in de tijd)
Extern = zorgaanbieders vergelijken met elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Welke 3 pathways bestaan er tot kwaliteitsverbetering?

A

Change-pathway: informatie helpt zorgaanbieders te zien waar ruimte tot verbetering ligt
Selection pathway: patiënten kiezen beter presterende ziekenhuizen
Reputation pathway: zorgaanbieders verbeteren zorg vanwege reputatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is het idee van Porter?

A

Geen losse afdelingen meer zoals radiologie of neurologie, maar alles is gecentreerd als diagnosegroepen rondom een patiëntengroep
= bedrijfskundige visie op de zorg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Bij vooruitgang spelen 3 aspecten een rol, welke?

A

Demografisch: bevolkingsgroei, vergrijzing, etc.
Publieke gezondheidszorg/welvaart: zorg ook beschikbaar voor armen
Medische macht: mogelijkheden in de zorg zijn uitgebreid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn 4 aspecten betreft medicalisering?

A

Uitbreiding zorgdomein: cure, care en preventie
- nadeel = bij iedereen wordt wel iets gevonden
Aanzien medische professie: medische monopolie
- nadeel = artsen krijgen meer macht
Gezondheidscultuur: gezondheid steeds belangrijker voor mensen
Gezondheidszorg als recht
- nadeel = claimgedrag

17
Q

Wat is het verschil tussen werkzaamheid en doelmatigheid?

A

Werkzaamheid = werkt het middel
Doelmatigheid = treft het middel zijn doel

18
Q

Met welk doel is de trechter van Dunning bedacht?

A

Bepalen of behandeling of medicijn wel of niet in het basispakket kan/mag

19
Q

4 typen economische evaluatie?

A

Kosten minimalisatie studie: geeft effect meting
Kosten-baten analyse (KBA): monetaire eenheden
Kosteneffectiviteitsanalyse (KEA): primaire gezondheidseffecten, QOL
Kosten-utilitetisanalyse (KUA): QALY

20
Q

4 soorten kosten in de zorg?

A

Direct medische kosten: preventie, diagnostiek, behandeling
Direct niet-medische kosten: reiskosten, tijd, informele zorg
Indirecte medische kosten: medische zorg in gewonnen levensjaren
Indirecte niet-medische kosten: maatschappelijk productieverlies door ziekte, arbeidsongeschiktheid, sterfte

21
Q

Wat houdt het utilisme (consequentialisme) in?

A

Handel dusdanig dat je de grootst mogelijke winst/kleinst mogelijke verlies in welzijn/gezondheid voor de grootst mogelijke groep mensen kan bewerkstelligen
- signaalwoorden: minimaliseren, maximaliseren, efficiëntie

22
Q

Wat houdt egalitarisme in?

A

Handel dusdanig dat het perspectief op welzijn/gezondheid voor alle leden binnen de sameleving min of meer gelijk is

23
Q

6 oplossingen in de geschiedenis?

A

Marktwerking (< 1950)
Selectie op basis van sociale waarde
Rantsoenering (jaren 70/80)
Priotisering (jaren 90)
Sturing vanuit de overheid (jaren 0)
Eigen verantwoordelijkheid (jaren 10)