HC'S WEEK 6 Flashcards
2 voorwaarden van geneesmiddelontwikkeling?
Organisatorisch
- kliniek vs industrie
Farmacologische eigenschappen
- werking vs bijwerking
- toediening/dosering
Wat is therapeutische bandbreedte?
Het verschil in werkende dosering en toxische dosering van een middel
2 typen bindingsplaatsen?
Klassieke: receptoren, enzymen, ionkanalen, transporter eiwitten
Ongewone: cytoskelet, DNA, RNA
Kenmerken van ‘small molecules’?
Juiste molecuulgewicht
Juiste mate lipofiel en hydrofiel
Goed absorberend
Lang genoeg circulering in lichaam
Specificiteit bindingsplaats
Op welke 3 farmacokinetische aspecten moet je letten bij dosering van een middel?
Opname
Biologische beschikbaarheid
Lengte halfwaardetijd
Voordelen werken met antilichamen/siRNA tov ‘small molecules’?
Zéér specifiek
Minder kans op bijwerkingen
Sterk groeiende mogelijkheden
Nadelen werken met antilichamen/siRNA tov ‘small molecules’?
Oraal slecht/niet beschikbaar
Kans op immuunreacties die efficiëntie van het middel dempt
2 redenen voor gebruik diermodellen?
Farmacokinetische factoren zijn niet te overzien in silico of in vitro
Effectiviteit en toxiciteit zijn moeilijk te voorspellen in silico en in vitro
2 basisprincipes klinische farmacologie?
Farmacokinetiek = wat het lichaam doet met het medicijn –> absorptie, distributie, metabolisme en excretie
Farmacodynamiek = wat het medicijn doet met het lichaam
Factoren die invloed hebben op blootstelling van een medicijn zijn?
Ziekte gerelateerd
Lichaamskenmerken
Genetische factoren
Leefstijl
Orgaanfunctie
Co-medicatie
Lichaamsoppervlakte
Wat houdt co-medicatie in?
Geneesmiddeleninteracties tussen verschillende medicijnen die tegelijkertijd worden ingenomen en elkaar dus kunnen beïnvloeden
Wat houdt Therapeutic Drug Monitoring (TDM) in?
Meten van geneesmiddelspiegels
Aanpassen dosering bij spiegel boven/onder streefwaarde
Per persoon kijken naar ideale dosis
Wat zijn 2 toepassingen van monoklonale antilichamen?
Targeted therapie: tumor gericht
Immunotherapie: T-cel gericht
Wat is de Breslow dikte?
Maat voor hoe diep een melanoom groeit
Melanoom heeft 4 mogelijke opties om te metastaseren, welke?
Hematogeen
Lymfogeen
Satelliet metastase = rond primair melanoom
In transit metastase = tussen primair melanoom en eerste lymfklierstation van het melanoom
Wat is het doel van de sentinel node procedure (SNP) bij melanoom stadium IB en hoger?
Bepalen van de prognose
Bepaling indicatie adjuvante therapie
DUS is GEEN therapeutische test/behandeling
Op welke 2 momenten kunnen T-cellen van checkpoint inhibitie het melanoom aanvallen?
Bij priming fase: als T-cel aan dendritische cel bindt in de lymfeknoop
–> anti-CTLA-4 (ipilimumab)
Bij effector fase: als T-cel direct koppelt aan de kankercel
–> anti-PD-(L)1(pembrolizumab/nivolumab)
2 ‘soorten’ uitstrijkjes?
Uitstrijkje vanwege klachten: beoordeling cytologische kenmerken
Uitstrijkje bevolkingsonderzoek: primair beoordeling van aanwezigheid hrHPV types, als positief dan beoordeling cytologie
Wat veroorzaakt cervixcarcinoom?
Humaan PapillomaVirus (HPV)