HC 3: cel aan het werk Flashcards
Wat hebben celorganellen met elkaar in gemeen?
- eigen membraan
- eigen functie
- eigen interne milieu
Wat kan met EM en lichtmicroscoop waargenomen worden?
EM ziet virussen macromoleculen en organellen en lichtmicroscoop cellen en bacterien.
Wat is het verschillen tussen cytosol en cytoplasma?
- cytosol: gelachtige substantie, ribosomen, eiwitten, RNA.
- cytoplasma: cytosol + celorganellen.
3 transportroutes van nieuw aangemaakte eiwitten
- naar kern via kernporie
- door membranen van organellen
- via blaasjes (vesikels)
Processen in de kern
- DNA-reparatie
- DNA-replicatie
- Transcriptie
Waaruit bestaat de kern?
- nucleaire envelop: dubbellaagse membraan om kern heen. In verbinding met ER en ER-lumen
- Nucleaire lamina: eiwitten binnen van nucleaire envelop, functie is stevigheid
- kernporie: functie is eiwittransport
Waaruit bestaat de kernporie?
eiwitcomplex van 30 eiwitten, fibrillen aan cytosolkant (vangen macromoleculen op), nuclear basket aan nucleuskant (eiwitten doorheen getransporteerd)
Transport eiwit door kernporie
- aanwezigheid van nucleair lokalisatie signaal (positief aminozuurvolgorde hoort kern in)
- Herkennen en binden van eiwit door nuclear import receptor (transporteert door de kern)
- Dit eiwit-receptorcomplex opgevangen door fibrillen in kernporie en getransporteerd door kernporie
- Ran-GTP bindt aan dit complex, eiwit laat los en receptor+Ran-GTP gaat terug naar cytosol. Proces kost energie
- Ran-GTP omgezet naar Ran-GDP en laat receptor los.
Waaruit bestaat de mitochondrien?
- Gladde buitenmembraan (doorlaatbaar voor kleine moleculen en ionen)
- Binnenmembraan heeft cristae (vouwen) en matrix (ruimte tussen cristae).
- Cristae doet oxidatieve fosforylering
- matrix doet citroenzuurcyclus
Transport naar mitochondrium
- eiwit heeft signaalsequentie aan N-terminus.
- herkend door importreceptor
- langs importreceptor ligt translocator die het eiwit naar een plek brengt waar de binnen en buitenmembraan dicht bij elkaar zijn.
- de 2 translocators maken contact en eiwit kan erdoorheen
- bij binnenkomst wordt signaalsequentie afgeknipt door signaal-peptidase.
- opnieuw gevouwen door chaperone eiwitten, nu is het mature eiwit
Wat zijn peroxisomen?
Kleine ronde organellen met enzymen erin. Functie is bv afbreken van schadelijke stoffen waarbij waterstofperoxide ontstaat. Ook synthese van fosfolipide.
Transport door peroxisoom
- eiwitten hebben in het midden 3 aminozuren die signaal sequentie zijn
- herkend door receptor eiwitten en brengt naar perixosoom waar translocator is
- eiwit gaat erdoorheen
Waaruit bestaat het ER en wat zijn de functies?
SER (glad) en RER (ruw).
- SER heeft geen ribosomen, zorgt voor synthese van vetten en metabolisme van koolhydraten. En aanmaak van hormonen.
-RER heeft ribosomen en doet eiwitsynthese. Zorgt voor kwaliteitscontrole van eiwitten.
ER stuurt eiwitten door naar andere organellen zoals golgi-apparaat. En ribosomen maken eiwitten aan die in ER-lumen of membraan horen.
- Bestaat uit: ER-lumen(binnen dubbele membraan), ER-membraan, ribosomen en cytosol.
Transport naar RER
- polyribosomen werken aan 1 mRNA.
-ribosoom herkent ER-signaal sequentie en maakt bij N-terminus hydrofobe import sequentie. - Dit wordt herkend door SRP (signal recognition particicles) in cytosol
- binding gevormd en zorgt voor vertraging van translatie.
- Dit geheel (ribosoom met mrna en srp) gaat naar ER-membraan waar SRP-receptor zit.
- SRP laat los en de rest wordt gebracht naar protein translocator waar translatie verder gebeurt.
- In ER-lumen wordt signaal afgeknipt door signaal peptidase en 3d vorm door chaperonne eiwitten
Aanmaak van transmembraaneiwit
Deze eiwitten blijven vast in het membraan.
- Na eiwitsynthese wordt het gebracht naar ER-membraan door ribosomen. Zelfde proces als bij het ER-eiwitten.
- Transmembraaneiwitten heeft midden in de keten een hydrofobe stop transfer sequence. Hierdoor blijft het eiwit vast in de membraan.
- Aan de cytosolkant wordt verder gesynthetiseerd en bij tegenkomst van nog een hydrofobe stopteken gaat het weer vastzitten in membraan en gaat zo door.