HC 3 Flashcards
attitudes
meningen
zowel impliciet als expliciet
unitary attitudes
eenzijdige attitudes
attitudes zijn niet eenzijdig en wel contextafhankelijk
file-drawer-model
‘attitudes worden opgehaald uit LTM en daarom stabiel, niet context afhankelijk’
niet waar?
attitudes-as-constructions-perspective
‘attitudes niet perse langdurig, gemaakt ‘online’ (nu), context afhankelijk
attitude strentgh
weak = vaak ‘online’ geconstrueerd
strong = vaak opgehaald uit LTM
strong attitude
vaak opgehaald uit LTM
stabieler over tijd
grote impact op gedrag
grote weerstand tegen overtuiging
5 factoren gerelateerd aan attitude strength
- accessibility
- importance
- knowledge
- certainty
- ambivalence
- accessibility
hoe makkelijk/snel wordt het opgehaald uit het geheugen?
makkelijk? -> sterke attitude
- importance
hoe belangrijk is het voor iemand?
belangrijk? -> sterke attitude
- knowledge
hoeveel kennis heeft iemand erover?
veel? -> sterke attitude
- certainty
hoe zeker is iemand van zijn gelijkheid van attitude?
heel zeker? -> sterke attitude
- ambivalence
wanneer iemand evenveel positieve als negatieve attitude over iets heeft
bv alcohol
attitude formatie
dmv ABC model
Cognitive information
Affective information
Behavioral information
attitude formatie dmv cognitieve informatie
- directe ervaring: mensen laten proberen
- indirect ervaring: mensen horen praten over product
- heuristics: bv ‘rolex must be good’, ‘expensive so must be good’
attitude formatie dmv affective informatie
- mere exposure: hoe vaker gezien hoe leuker
- conditioning: positieve associaties
- affect-as-information hypothesis: eigen gevoelens beinvloeden attitudes
- bv in een merk auto die je goed vind rijd je ook beter