HC 11.5 - Extrinsieke beschadiging van de longen Flashcards
Soorten extrinsieke longbeschadigingen (2)
pneumoconiosen
en extrinsieke allergische alveolitis (EAA)
Effect op longen afhankelijk van (4):
- anatomie longen en luchtwegen
- grootte ingeademde deeltjes en daarmee samenhangende depositie
- eigenschappen ingeademde deeltjes
- reactie lichaam op ingeademde deeltjes
Effect exposure to fijnstof (PM10)
- longfunctie omlaag
- COPD
- longkanker
- allergische aandoeningen
Effect ultra fine particles (< 100 nm) (2)
- kunnen membranen passeren
- effect afhankelijk samenstelling stof
Kenmerken pneumoconiosen
- longaandoening door inademen anorganische stoffen
- meestal beroepsziekten
- kan fijne nodulaire afwijkingen en uitgebreide fibrose
Pneumoconiose - mijnwerkers
- door kolengruis
- stoflong/anthracose
Pneumoconiose - asbest
- door asbest
- kan plaque (goedaardig)
- kan asbestose (fibrose)
- kan mesothelioom (longkanker)
Pneumoconiose - berylliose
- door beryllium (elektrotechniek, tandartsen
- overgevoeligheidsreactie
Pneumoconiose - sarcoidose
- onbegrepen systeemziekte
- ontstekingsziekte die overal lichaam probleem geeft
- geeft longfibrose
Extrinsieke allergische alveolitis (EAA)
ziekte door herhaalde inhalatie van allergeen
Extrinsieke allergische alveolitis afhankelijk van: (3)
antigeen, exposure, gastheerfactoren
EAA oorzaken:
dierlijke eiwitten, bacteriën, schimmels, chemicaliën
EAA pathofysiologie (3):
- partikels kleiner 5 𝜇m
- type of ontsteking
- ontwikkeling fibrose
Soorten ontsteking EAA
- cellulaire interstitiele penumonie
- cellulaire bronchiolitis
- slecht gevormde granuloom (ontstekingsmassa)
EAA mechanisme:
antigeen –> alveolitis + granulomateuze ontsteking –> longfibrose