HC 1: medicamenteuze behandeling - coronaire syndromen Flashcards
Wat is het proces rondom wanbeschadiging?
Bij wandbeschadiging komt VWF vrij, trombocyten blijven daaraan plakken met GP 1a/1b receptor.
De trombocyten gaan stoffen uitscheiden: ADP, TxA2 (tromboxaan), 5-HT hydroxy triptamine). Wat weer trombocyten activeert.
Fibrinogeen bindt aan GP IIb/IIIa receptor
PGI2 komt vrij uit de endotheelcellen en remt thrombusvorming
De soorten cyclo-oxygenase?
- COX 1: constitutief, zit altijd in de bloedplaatjes (ook maag, darm en nier)
- COX 2: induceerbaar bij inflammatoir proces (zit standaard in hersenen, nieren en ovarium)
COX zet arachidonzuur om in tromboxaan in trombocyten
Aspirine resistente?
- Zou eventueel kunnen komen door COX-2 yupregulatie bij weinig COX 1 wat dan ook tromboxaan kan vormen
- Kan ook door combinatie met andere nsaids waardoor de bindingsplek vol zit
- Slecht innemen medicatie
Welk risico verlaagt aspirine?
Bij mannen op MI en bij vrouwen op beroertes
Hoe werkt clopidogrel?
Oiv CYP2C19 wordt het in lever geactiveerd. Kan genvariant zijn (1/3 westers, 40% Afrikaans en 50% Aziatisch), waardoor clopidogrel niet werkt.
Prasugrel: geen enzym nodig
Ook ticagrelor (geen prodrug)
Antistolling middelen:
- Vitamine K antagonisten, werken op stollingsfactoren 2,7,9,10 en worden dus niet geproduceerd in de lever
- Heparine, werkt op antitrombone III en factor Xa en trombine.
- Trombine remmers (dabigatran)
Hoe werkt heparine?
Bestaat uit pentasacchariden (remt factor Xa) en 18 monosacchariden (remt trombine). 12-15 kDA, gemaakt uit dierlijke eiwitten.
LMWH = laag moleculair gewicht 4-6 kDA bevat alleen nog de pentasacchariden dus remt alleen factor Xa.
Hoe werkt stolsel afbraak?
Plasminogeen wordt door tPA plasmide wat afbreekt.
tPA = tissue plasminogen activator
Wat is de behandeling bij acuut MI?
- Morfine
- Atropine, muscarine antagonist
- Trombolytica icm heparine/aspirine
- Secundair: ACE-remmer, beta blokker, statine, aspirine, trombocytenaggregatieremmer
Trombolytica:
- Streptokinase (risico allergie)
- urokinase (humane niercellen)
- Alteplase, tenecteplase, reteplase.