H6.2 Flashcards
1
Q
diagnose
A
datgene wat de arts denkt dat de patient heeft, niet wat de patient daadwerkelijk heeft
2
Q
prognose
A
uitspraak omtrent vermoedelijk verloop gebeurtenis
3
Q
normaalverdeling
A
gemiddelde waarden om grens te trekken tussen ‘ziek’ en ‘niet ziek’
4
Q
aggregatie
A
samenvoeging informatie van veel patienten
5
Q
wat is het verschil tussen kwantitatieve en kwalitatieve metingen?
A
kwantitatief heeft betrekking tot de hoeveelheid welke objectief zijn en dus minder onzeker i.t.t. kwalitatieve metingen die subjectief zijn