H6 Flashcards
complexatie-evenwichten
complex
een central positief geladen metaalion met daarrond negatieve of neutrale liganden
ligand
molecule of ion met een vrij elektronenpaar dat bindt met metaal-kation
monodentaatligand
een ligand dat bindt met 1 vrij elektronenpaar van het kation
polydentaatligand
een ligand dat bindt met meerdere vrije elektronenparen van het kation
coördinatieverbinding
de liganden plaatsen hun vrije elektronenpaar in de lege orbitalen van de eerste coördinatiesfeer van het centraal kation
hoe werkt de naamgeving?
- prefix = # liganden
- ligand type ligand vb. fluoro
- metaalion = naam van metaal
- oxidatiegetal = valentie van metaalion (I, II, …)
!! negatieve lading => metaalion eindigt op -aat
hoe hoger kF
hoe meer complex er wordt gevormd
hoe hoger Ka of Ksp
hoe meer zuur/zout zal splitsen in ionen
de totale Kf is gelijk aan =
het product van de Kf’s = K1.K2.K3
wat is complexometrie
titratie dmv complexvorming
EDTA
= ethyleendiaminetetra-azijnzuur
- 4 waardig zuur = kan 4 protonen afstaan
- = hexadentaat ligand = bij deprotonatie 6 sites beschikbaar als ligand
- vormt verstoord-octaëdrische complexen
de totale concentratie van EDTA stellen we voor als
CT = [H4Y] + [H3Y-] + [H2Y2-] + [HY3-] + [Y4-]
EDTA in oplossing (voorkomen, voorwaarden?)
- 5 vormen = H4Y, H3Y-, H2Y2-, HY3- en Y4-
- pH tussen 8 en 12
hoe hoger de pH
hoe meer Y4- er beschikbaar is
hoe hoger alfa-4