H4 winst uit onderneming Flashcards
Onderneming
is volgens jurisprudentie:
1 duurzame organisatie van kapitaal en arbeid
2 neem deel aan het economische verkeer
3 winst wordt beoogd
4 winst is redelijkerwijs te verwachten
NB: aan alle vier voorwaarden moet zijn voldaan, Anders is er geen sprake van een onderneming.
Beherende vennoot, commanditaire vennoot
Een commanditaire vennoot is slechts aansprakelijk voor de eigen storting in de cv.
Beherende vennoten zijn voor hun hele vermogen aansprakelijk. Beherende vennoten zijn ondernemer, een cv is geen ondernemer.
Transparantie
niet zichtbaar voor belastingwet
rechtstreekse verbondenheid
Bij een huwelijk in gemeenschap van goederen zijn de partners van een onderneming niet automatisch ook ondernemer, omdat er geen sprake is van een rechtstreekse verbondenheid.
Art. 3.3: “medegerechtigde (bv cv) tot het vermogen van een onderneming”
ondanks dat er geen sprake is van een ondernemer kan dus toch sprake zijn van inkomstenbelasting over de winst uit onderneming.
Een commanditaire vennoot is geen ondernemer en krijgt dus nooit
zelfstandigenaftrek.
Voordeel van een ondernemer ter aanzien van werknemer in loondienst of resultaatgenieter
zijn de aftrekposten die een ondernemer geniet.
winst uit onderneming
Reclame kosten, huurkosten en administratiekosten behoren tot de winst uit onderneming als bedoeld in artikel 3.8.
In feite behoort alles wat met de onderneming te maken heeft tot de winst. Dus ook bijvoorbeeld schade uitkering in geval van brand.
Uitzondering hierop zijn zaken die afgeschreven worden artikel 3.30.
Boekwinst
Boekwinst valt ook onder winst uit onderneming. Boekwinst is winst die wordt gegenereerd bij de verkoop van bedrijfsmiddelen.
Stakingswinst, artikel
3.61 wet inkomstenbelasting.
Alle voordelen voor de onderneming behoren op de winst. Er moet gekeken worden naar de waarde van de bedrijfsmiddelen in plaats van de boekwaarde.
Goedkoopmansgebruik
Wat is gebruikelijk en algemeen aanvaard.
Op grond van goed koopmansgebruik:
- Voorzichtigheidsprincipe:
Een boekhoudkundig principe dat bepaalt dat winsten worden opgenomen wanneer zij gerealiseerd worden en verliezen worden opgenomen wanneer zij worden geconstateerd.
- kan een ondernemer aan goederen en vermogen een bepaalde waardering toekennen zolang het maar redelijk en aanvaard is.
- moet elk jaar hetzelfde waarderingsmethode toegepast worden
- de beginbalans van een bepaald jaar en de eindbalans van vorig jaar moeten op elkaar aansluiten
debetzijde
Het aankoopbedrag van vermogensbestanddelen worden op de debetzijde van de balans geplaatst. Er vindt jaarlijks een afschrijving plaats.
creditzijde
En bij het vermogen behorende schuld, Bijvoorbeeld een hypotheek op het bedrijfspand, wordt op creditzijde van de balans geplaatst.
Vermogen kan behoren tot:
1 verplicht privé vermogen
2 verplicht ondernemingsvermogen
3 keuze vermogen
Ad 1: 90% of meer wordt voor privé gebruikt
Ad 1: 90% of meer wordt voor de onderneming gebruikt
Ad 3: vermogen dat voor privé en zakelijk wordt gebruikt. Ondernemer mag kiezen of hij het op de balans zet, Ook al is de verhouding 80/20%, behalve bij een splitsbaar pand.
Hiervan is sprake als er twee aparte ingangen zijn. Het privégedeelte met aparte ingang is dan verplicht privevermogen.
Bedrijfsmiddelen:
Machines en inventaris maar een pand is ook een bedrijfsmiddel.
afschrijving pand
De restwaarde blijft ook na einde van de afschrijvingsperiode op de balans vermeld staan.
Op een pand in eigen gebruik kan niet verder worden afgeschreven dan tot 50% van de WOZ waarde. Eigenlijk is de restwaarde van een pand 50% van de woz waarde. Voor een verhuurd pand is dat zelfs 100% van de woz waarde.
Waardering goodwill:
goodwill wordt in minimaal 10 jaar afgeschreven.
Waardering voorraden
ostprijs, lagere marktwaarde, lifo-fifostelsel, iJzeren voorraadstelsel.
Voorraad wordt vaak gewaardeerd tegen kostprijs. Het kan voorkomen dat goederen minder waard worden doordat ze bijvoorbeeld uit de mode zijn in dat geval mogen de goederen gewaardeerd worden op de verwachte verkoopprijs verminderd met de gebruikelijke opslag voor algemene kosten en de winstopslag.
Waardering onderhanden werk, Artikel
3.29 B:
Onderhanden werk is een goed dat wordt vervaardigd en nog in de vervaardigingsfase is.
Hoe verder het pand af is hoe hoger de waardering.
Waardering vorderingen:
worden op de balans vermeldt tegen nominale waarde (grootte van de schuldvordering vd debiteur)
Een vordering Moet worden afgewaardeerd als de debiteur deze niet meer kan betalen. Het vorderingsbedrag zal op de winst in mindering gebracht worden. Mocht de afgewaardeerde debiteur het later toch weer kunnen betalen dan moet dit bedrag weer tot de winsten worden toegerekend. Dit gebeurt al op het moment dat het te verwachten is dat debiteur zal gaan betalen en dus niet op het moment dat het daadwerkelijk wordt betaald.
waardering effecten
aan de hand vd beurskoers
Fiscale reserves die tot het eigen vermogen van de onderneming behoren:
Herinvesteringsreserve
Egalisatiereserve
Oudedagsreserve
Een voorziening op de balans
De ondernemer houden rekening met toekomstige verplichtingen. Hierbij kan men ook denken aan een garantievoorziening.
Waardering schulden:
Tegen nominale waarde
wanneer is er sprake van bijtelling?
Er is alleen sprake van bijtelling voor een pand of een auto als deze op de balans van de onderneming is vermeld.
Artikel 3.20:
Pas als aangetoond kan worden dat er voor privé-ritten minder dan 500 km per jaar van de auto gebruik is gemaakt vindt geen bijtelling plaats. Heeft een ondernemer een privé auto en een bedrijfsauto dan zal hij moeten aantonen dat hij alleen met de privé auto ook privé kilometers maakt. Hij moet dit kunnen aantonen. Het aantonen kan door middel van een rittenregistratie lid 7.
debetzijde
bezittingen
credtizijde
schulden
Ondernemersfaciliteiten zijn
extra aftrekposten op de fiscale winst.
art.nr.Fiscale reserves
art. 3.53
De egalisatiereserve wordt ook wel…genoemd
kostenegalisatiereserve KER