H3.2.2 Onlogica - drogredenen Flashcards

1
Q

Onlogica:

A

Een argument dat niet gebaseerd is op een juiste manier van denken;

Als iets niet het vanzelfsprekende gevolg is van iets anders.

Niet logisch, onnavolgbaar, onbegrijpelijk, idioot, willekeurig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Onlogica 1) De drogreden van het valse dilemma

A

o Je kunt proberen iemand te dwingen tot een keuze voor jouw standpunt door te doen
alsof een keuze voor een alternatief veel vreselijker is. Je creëert dan een dilemma dat er
niet is.

Voorbeeld:
 You‟re with us, or you‟re with the terrorists.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Onlogica 2) De drogreden van het beroep op medelijden

A

o Zieligheidsargument

Voorbeeld:
 Ik heb zo hard geleerd voor dit tentamen, en als ik het niet haal moet ik stoppen
met de studie, dus u moet me een voldoende geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Onlogica 3) De drogreden van het oorzaak-gevolgrelatie

A

o Onlogisch redeneren

Voorbeeld:
 Mijn colleges zijn goed, want studenten halen hoge cijfers op de tentamens. (is niet persé zo)
 De overheid is zelf schuldig aan de bankencrisis door de
hypotheekverstrekkingen niet aan te pakken. (wordt niet gezegd waarom)
 Sinds het aantreden van dit kabinet is de werkloosheid behoorlijk toegenomen,
dus het beleid van het huidige kabinet is slecht voor de werkgelegenheid. (hoeft niet persé het gevolg te zijn, kan andere oorzaken hebben)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Onlogica 4) De drogreden van het valse analogie

A

o Je vergelijkt kwestie A met kwestie B en impliceert dat de conclusie die bij kwestie A hoort ook opgaat bij kwestie B.
Als A en B niet vergelijkbaar zijn, is de analogie vals.

Voorbeeld:
 Roken moet gewoon kunnen op de werkvloer. Als Kees elke dag patat neemt in de kantine, is er immers ook niemand die hem dat verbiedt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Onlogica 5) De drogreden van de consequenties, zoals het dreigement en het hellend vlak

A

o Dreigementen en de drogreden van het hellend blak hebben met elkaar gemeen dat actie
A zogenaamd tot gevolg B leidt, en dat dat een reden moet zijn om A niet te doen.

Voorbeeld:
 Als je met dat voorstel instemt, kijk ik je nooit meer aan.
 Jij kunt het wel leuk vinden dat je ‟s avonds kunt winkelen, maar als de
winkelsluitingstijden worden verruimd zal dat leiden tot uitbuiting van het personeel.
 Alle inpakkers moeten om 9:00 beginnen en om 17:00 stoppen met werken, anders wordt het weer een zootje, zoals vroeger, toen iemand soms dagenlang niet op kwam dagen en anderen tot middernacht zaten te ploeteren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Onlogica 6) De drogreden van het Non sequitur (Latijn: ‘het volgt er niet uit..’)

A

o Een argument waarbij de conclusie niet volgt uit het argument.

Voorbeeld:
 Of Edwin de Roy van Zuydewijn gelijk heeft weet ik niet, maar iemand die zo lief naar zijn hond kijkt, deugt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly