h3 nederlands - duits Flashcards
de ingang
der Eingang (-‘‘e)
de speler
der Spieler (-)
het sportveld
der Sportplatz
de trainer
der Trainer
de vereneging
der Verein (-e)
het voetbaldveld
der Fußballplatz
de wedstrijd
der Wettkampf (-‘‘e)
de afspraak
die Verabredung (-en)
de conversatie
die Unterhaltung (-en)
de discussie
die Diskussion (-en)
de fluit
die Flöte (-n)
de hal
die Halle
de serie
die Serie (-n)
het team
die Mannschaft (-en)
de tekening
die Zeichnung (-en)
de viool
die Geige (-n)
het computerspel
das Computerspiel (-e)
het doelpunt
das Tor (-e)
het drumstel
das Schlagzeug
het feest
das Fest (-e)
het instrument
das Instrument (-e)
de piano
das Klavier
het publiek
das Publikum
het resultaat, de uitslag
das Ergebnis (-se)
het stadion
das Stadion
de training
das Training (-s)
afspreken
sich verabreden
afzeggen
absagen
bakken
backen - gebacken
bekijken
sich ansehen - angesehen
deelnemen aan
teilnehmen an - teilgenommen
fitnessen
ins Fitnesstudio gehen
foto’s bewerken
Fotos bearbeiten
koken
kochen
plaatsvinden
stattfinden - stattgefunden
progammeren
progammieren
schaken
Schach spielen
schilderen
malen
series kijken
Serien gucken
sporten
Sport treiben - getrieben
staan
stehen - gestanden
tekenen
zeichnen
trainen
trainieren
uitgaan
ausgehen - ausgegangen
uitkomen
passen
vangen
fangen - gefangen
verliezen
verlieren - verloren
verzamelen
sammeln
vloggen
vloggen
voorstellen
vorschlagen - vorgeschlagen
werpen
werfen - geworfen
winnen
gewinnen - gewonnen
zich bezighouden met
sich beschäftigen mit
zich ontspannen
sich entspannen
binnen
drinnen
buiten
draußen
daarmee
damit
in geen geval
auf keinen Fall
per se
unbedingt
het artikel
der Artikel (-)
de auteur, schrijver
der Autor (-en)
het bericht
der Bericht (-e)
de detective
der Krimi (-s)
de entree
der Eintritt
de fotograaf
der Fotograf (-en)
de hoofdrolspeler
der haubtdarsteller (-)
de journalist
der Journalist (-en)
de musicus
der Musiker (-e)
de professional
der Profi (-s)
de reggiseur
der Regisseur (-e)
de schilder
der Maler (-)
de titel
der Titel (-)
de toeschouwer
der Zuschauer (-)
de toneelspeler, acteur
der Schauspieler (-)
de zanger
der Sänger
de advertentie
die Anzeige (-n)
de boekhandel
die Buchhandlung (-en)
de ervaring
die Erfahrung (-en)
het evenement
die Veranstaltung (-en)
de galerie
die Galerie (-n)
de literatuur
die Literatur
de openingstijd
die öffnungszeit (-en)
de reclame
die Werbung
de rij
die Reihe (-n)
de sfeer
die Stimmung
de tentoonstelling
die Ausstellung (-en)
de uitrusting
die Ausrüstung
de voorstelling
die Vorstellung (-en)
het interview
das Interview (-s)
het kunstwerk
das Kunstwerk (-e)
het lied
das Lied (-er)
het schilderij
das Gemälde (-)
het toneelstuk
das Theaterstück (-e)
aanbevelen
empfehlen - empfholen
bezichtigen
besichtigen
bekend
bekannt
beroemd
berühmt
buitengewoon
außergewöhnlig
geopend
geöffnet
gesloten
geschlossen
geweldig
großartig
grappig
lustig
griezelig
gruselig
heftig
heftig
klassiek
klassisch
populair
beliebt
raar
komisch
tegenvallend
enttäuschend
uitverkocht
ausverkauft
verrassend
überraschend
wekelijks
wöchentlich
zoetsappig
kitschig
met korting
ermäßigt
op internet
im Internet
op televisie
im Fernsehen
tamelijk
ziemlich