h1 duits-nederlands Flashcards
unbedingt
per se, zonder meer
gegenseitig
elkaar, wederzijds
sich bewerben
solliciteren
in Nachhinein
achteraf
forschen
onderzoeken
sich austauschen
van gedachten wisselen
sich einig sein
het eens zijn
sich ergänzen
elkaar aanvullen
eigenständig
zelfstandig
die Leistung
de prestatie
die Sehnsucht
het verlangen
trotzdem
desondanks
häufig
vaak
die Entfernung
de afstand
das Wohlbefinden
het welzijn
verringen
vermindenren
die Wirkung
het effect
die Entscheidung
de beslissing
neulich
onlangs
damals
toen, destijds
ständig
voortdurend
kaum
nauwelijks
oberflächlich
oppervlakkig
unbedingt
per se
die Wertschätzung
de waardering
die Entfernung
de afstand
klappen
lukken
auf dem Laufenden halten
op de hoogt houden
sich trennen
scheiden, uit elkaar gaan
ausziehen
verhuizen
gründen
stichten
die Betreuung
de opvang, de verzorging
Rücksicht nehmen auf
rekening houden met
der Misserfolg
de mislukking, flop
ehrgeizig
ambiteus
scheitern
falen, mislukken
etwas schaffen
iets halen, voor elkaar krijgen
sich nicht unterkriegen
zich niet klein laten
lassen
krijgen
enttäuscht
teleurgesteld
durchfallen
(voor een exmen) zakken
am Boden zerstört sein
zich helemaal down voelen
peinlich
gênant
der Außenseitetr
de outsider
vor
geleden
laut
volgens
sonst
anders
in Bezug auf
met betrekking tot
die Lücke
het gat
